Montage
Aansluitingen voor AW2
Het AW2-systeem heeft twee aansluitingen voor terminals
en gecombineerde terminals.
Iedere terminal of gecombineerde terminal kan tot 1
sensorbestuurde zone hebben. Het systeem ondersteunt
daarom tot 2 sensorbestuurde zones (één voor iedere
aansluiting).
Raadpleeg de vorige paragraaf voor aansluitingen op Z1.
Raadpleeg de vorige paragraaf voor aansluitingen op Z2,
maar
-
gebruik voor het regelen van de temperatuur de
kamertemperatuursensor voor zone 2 in plaats van de
gebruikersinterface
-
stel code 66 in in plaats van code 65
Mogelijke combinaties en besturingsinstellingen
Confi guratie
Zone 1 kit
Zone 2 kit
Instellingen gebruikersinterface
Zie het confi guratievoorbeeld 4 in fi g. 15.
2-zonesysteem, vloer- en ventilatorspoelterminal, beide
sensorbestuurd.
De gebruikersinterface wordt in de vloerzone (zone 1)
geplaatst en de kamertemperatuursensor voor zone 2 wordt
in de ventilatorspoelzone (zone 2) geplaatst.
Sensorbestuurde terminals
In sensorbestuurde terminals hangt de watertemperatuur
niet alleen af van de buitentemperatuur, maar ook (in
de verwarmingsstand) van de kamertemperatuur. Deze
oplossing zorgt voor het meeste comfort en het meest
effi ciënte energiegebruik omdat
-
het kamertemperatuurinstelpunt precies wordt bereikt
-
de veranderingen in de kamertemperatuur minimaal zijn
-
de watertemperatuur (in de verwarmingsmodus) altijd
de laagste temperatuur die nodig is om het instelpunt te
bereiken
In terminals die door kamerthermostaten worden
bestuurd, hangt de watertemperatuur alleen af van
de buitentemperatuur (in de verwarmingsstand). Om
ervoor te zorgen dat het systeem de kamertemperatuur
altijd kan verhogen tot de thermostaatinstelling (in de
verwarmingsstand), moet de installateur de klimaatcurve
hoger instelling, waardoor het comfort (speciaal bij
vloercircuits), de temperatuurvariaties en de energie-
effi ciëntie worden benadeeld.
108 80AW1- 80AWT - 80AW2
Installeer op Z1 en op Z2 de 3W-kit wanneer de
sensorbestuurde terminal een vloerterminal is.
Als er op Z1 en op Z1 sensorbestuurde terminals zijn
aangesloten, installeert u de 3W-kit waar de terminal is
aangesloten die de laagste watertemperatuur nodig heeft
(in de verwarmingsstand); installeer twee 3W-kits als de
temperatuurvereisten gelijk zijn. Installeer in alle andere
gevallen de D-kit.
1
3W
-
1
Code 63
0
Code 64
De 3W-kit wordt op de vloerterminal geplaatst, die de
laagste watertemperatuur nodig heeft.
2
3
4
D
3W
3W
-
3W
D
2
1
1
0
1
2
5
6
7
D
D
-
3W
D
-
2
2
0
1
2
0