Controle Van De Koudemiddelvulling; Onderhoud Van De Unit; Regelingen En Beveiligingen - Carrier AQUASNAP JUNIOR 30RHX Serie Manual De Instalación

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 59
30RHX

Controle van de koudemiddelvulling

• Deze controle is noodzakelijk na koudemiddellekkage als gevolg
van onjuiste aansluiting, of na vervanging van de compressor.
Nadat de leidingen weer zijn aangesloten moet de unit worden
gelektest, daarna gevacumeerd en worden gevuld volgens de
R.L.K. richtlijnen.
• De beste methode om koudemiddel bij te vullen is het koudemid-
delcircuit volledig ledigen met behulp van een terugwin-unit.
Vul daarna de exacte hoeveelheid koudemiddel bij volgens de
gegevens op de machineplaat.
• De unit is voorzien van 5/16" service-aansluitingen.
Onderhoud

Onderhoud van de unit

De volgende onderhoudswerkzaamheden moeten uitgevoerd
worden door gekwalificeerd (STEK erkend) personeel.
Reinigen van de batterij
Als de batterij moet worden gereinigd ga dan als volgt te werk:
Schakel de hoofdstroom UIT.
Verwijder het bovenpaneel van de unit door de schroeven los te
draaien en het deksel op te tillen.

Regelingen en beveiligingen

1. Compressor oververhittingsbeveiliging
Automatische reset. Wordt geactiveerd wanneer de temperatuur
van de motorwikkelingen of het opgenomen vermogen van de
compressor buiten de ingestelde limieten komt.
2. Vorstbeveiliging
Deze beveiliging wordt geregeld door de Pro-Dialog Junior regeling
op basis van de wateruittredetemperatuur van de warmtewisselaar
(zie de betreffende handleiding).
Deze beveiliging onderbreekt het machinebedrijf en toont een
alarmcode op het bedieningspaneel (accessoire).
3. Regelpunt koeling
Deze parameter wordt geregeld door de regeling en is in de fabriek
ingesteld op een waterintredetemperatuur van 12°C.
De tweede standaard setpointwaarde is 14°C.
Deze kan worden ingesteld via de Service Interface.
4. Regelpunt verwarming
Deze parameter wordt geregeld door de regeling en is in de fabriek
ingesteld op een waterintredetemperatuur van 43,9°C.
6. Beveiliging lage zuiggastemperatuur
NL - 12
All manuals and user guides at all-guides.com
• R-410A koudemiddelcilinders hebben een inwendige pijp
waardoor vloeistof uit de cilinder kan stromen terwijl deze
rechtop staat. Vul R-410A units met de cilinder rechtop.
Het koudemiddel wordt bijgevuld via de zuigleiding.
• De bovenstaande methode moet worden gebruikt bij
warmtepompsystemen die in verwarmingsbedrijf werken, omdat
werkingsproblemen in de winter (ijs op de buitenbatterij) stabiele
bedrijfscondities nadelig beïnvloeden.
Daarom moet de koudemiddelvulling worden gecontroleerd.
Bij koelunits, of bij warmtepompen die in koelbedrijf werken, kan
de oververhittings vulmethode worden toegepast (alleen bij
buitentemperaturen hoger dan 15°C).
Reinig de batterij voorzichtig van binnen naar buiten met een
stofzuiger.
Maak ook met de stofzuiger de binnenkant van het
ventilatorcompartiment schoon.
Breng het bovenpaneel weer op zijn plaats en draai de schroeven
vast.
Als de unit voor een lange periode buiten bedrijf is geweest, en
bij de inbedrijfstelling
Schakel de stroom aan door de hoofdschakelaar op AAN te zetten
zonder de unit te starten. (Afstandbediening moet voor het starten
minstens 12 uur in de UIT stand staan).
Schakel de hoofdschakelaar niet uit tijdens het bedrijfsseizoen van
de unit.
Automatische/handmatige reset (na 6 automatische cycli) op basis
van het signaal van de lagedrukopnemer op de zuiggasleiding van
de compressor.
7. Hogedrukbeveiliging
Automatische/handmatige reset (na 6 automatische cycli) op basis
van het signaal van de hogedrukopnemer op de persgasleiding van
de compressor.
8. Stromingsschakelaar FS
Gemonteerd op de wateruittrede van de warmtewisselaar, voorkomt
bedrijf van de compressor en de pomp bij onvoldoende waterdebiet.
9. Ontdooicyclus
Werkt alleen bij ijsvorming op de warmtewisselaar tijdens
warmtepompbedrijf.
Deze functie wordt geregeld door de regeling.
10. Condensordrukregeling
Schakelt het toerental van de ventilator op basis van de
condensatietemperatuur. Wordt geregeld door de Pro-Dialog Junior
regeling, maakt machinebedrijf mogelijk binnen de gespecificeerde
temperatuurlimieten en optimaliseert de condensatietemperatuur.

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido