Eisen Aan De Installatie; Locatie Van De Pomp - Xylem LOWARA ESH S Serie Manual De Instalación, Funcionamiento Y Mantenimiento

nl - Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
De pomp zonder motor kan toegepast worden voor:

Omgevingstemperatuur tussen de -10°C
(+14°F) en +55°C (+131°F)

Gastemperatuurklasse
(+275°F)

Gasexplosiecategorie IIC
Kopen van een motor
Controleer bij het kopen van een motor de ATEX-
classificatie en combineer dit met de classificatie van
de pomp.
Voorbeelden alleen voor informatieve doeleinden:

Omgevingstemperatuur
- Pomp: -10°C tot +55°C (+14°F tot 131°F)
- Motor: 0°C tot +40°C (+32°F tot 104°F)
- Pompunit: 0°C tot +40°C (+32°F tot 104°F)

Gastemperatuurklasse:
- Pomp: T4 (+135°C = +275°F)
- Motor: T4 (+135°C = +275°F)
- Pompunit: T4 (+135°C = +275°F)
- Pomp: T4 (+135°C = +275°F)
- Motor: T6 (+85°C = +185°F)
- Pompunit: T4 (+135°C = +275°F)

Gasexplosiecategorie
- Pomp: IIC
- Motor: IIC
- Pompunit: IIC
- Pomp: IIC
- Motor: IIB
- Pompunit: IIB

4.2 Eisen aan de installatie

4.2.1

Locatie van de pomp

In overeenstemming met de Richtlijn 1999/92/EG kan
dit product alleen gebruikt worden op plaatsen die als
zone 1 en zone 2 ingedeeld zijn.
GEVAAR: Explosie-/brandgevaar
Voor installaties in een explosieve of
brandbare atmosfeer gelden speciale
regels. Installeer
eventuele extra apparaten niet in een
explosieve zone,
explosiebestendig of intrinsiek veilig
aangemerkt
EN/ATEX-, MSHA- of FM-goedgekeurd
is, lees dan de extra EX-informatie in
het hoofdstuk Veiligheid voordat u
verdere acties onderneemt.
Richtlijnen
Neem de volgende richtlijnen in acht met betrekking
tot de locatie van het product:

Zorg dat de normale koelluchtstroom die
door de motorventilator wordt geleverd
niet belemmerd wordt.

Zorg ervoor dat het gebied van de
installatie
vloeistoflekkages of overstroming.

Plaats de pomp indien mogelijk enigszins
hoger dan het vloeroppervlak.

De omgevingstemperatuur moet tussen -
10°C (+14°F) en +55°C (+131°F) liggen.
76
T4 +135°C
het product of
tenzij deze als
zijn. Als het product
beschermd wordt tegen

De relatieve
omgevingslucht moet minder zijn dan 95%
bij+40°C (+104°F).

Neem contact op met Xylem of de
erkende distributeur als:
- De relatieve vochtigheid is hoger dan de
richtlijn.
- De kamertemperatuur is hoger dan +55 °C
(+131 °F).
- Het apparaat staat hoger dan 1000 m (3000 ft)
boven zeeniveau. De prestaties van de motor
dienen mogelijk opnieuw te worden berekend,
of te worden vervangen door een sterkere
motor.
Voor informatie over met welke waarde de motor
opnieuw berekend moet worden, zie Tabel 8 op
pagina 94.
Pompopstelling en vrije ruimte
Zorg voor voldoende verlichting en ruimte rondom de
pomp. Zorg ervoor dat hij gemakkelijk bereikbaar is
voor installatie- en onderhoudswerkzaamheden.
Installatie boven een vloeistofbron
(aanzuighoogte)
De theoretisch maximale aanzuighoogte van elke
pomp is 10,33 m. In de praktijk zijn de volgende
elementen van invloed op de aanzuigcapaciteit van de
pomp:

Vloeistoftemperatuur

Hoogte boven zeeniveau (in een open
systeem)

Systeemdruk (in een gesloten systeem)

Weerstand van de leidingen

Eigen intrinsieke doorvoerweerstand van
de pomp

Hoogteverschillen
Gebruik de volgende vergelijking voor het berekenen
van de maximale hoogte boven vloeistofniveau
waarop de pomp geïnstalleerd kan worden:
*10,2 - Z) ≥ NPSH + H
(p
b
p Barometrische druk in bar (systeemdruk).
b
NPSH Waarde in meter
doorvoerweerstand van de pomp.
H Totaal verlies in meter veroorzaakt door
f
vloeistofdoorlaat in de aanzuigleiding van de
pomp.
H Stoomdruk in meter die overeenstemt met de
v
vloeistoftemperatuur T °C.
0,5 Aanbevolen veiligheidsmarge (m).
Z Maximale hoogte
geïnstalleerd kan worden (m).
(p *10,2 - Z) (pb*10,2 - Z) moet altijd een positief getal
b
zijn.
Voor meer informatie, zie Afbeelding 9 op pagina 95.
OPMERKING:
Voorkom dat de zuigcapaciteit van de pomp wordt
overschreden, omdat dit kan leiden tot cavitatie en
schade aan de pomp.
vochtigheid van
+ H + 0,5
f v
van de intrinsieke
waarop de pomp
de