Tabela B: Menu Lógicas (Logic) - BFT VISTA-TL Instrucciones De Uso Y De Instalacion

TABELA B: MENU LÓGICAS (LOGIC)
Logica Defi nitie
TCA Tijd automatische sluiting
Paniekopening (batterij)
antipanic
(LOGIC 83)*
ra blo
Drukstoot bij opening
c. o p
inv. dir. Omkering openingsrichting
Confi guratie van de
veiligheidsingang SAFE 1.
SAFE 1
(Fig. Q1, Q2, Q3, Q4)
(Fig. R1, R2, R3, R4)
Confi guratie van de
veiligheidsingang SAFE 2.
SAFE 2
(Fig. Q1, Q2, Q3, Q4)
(Fig. R1, R2, R3, R4)
Confi guratie van de
veiligheidsingang SAFE 3.
SAFE 3
(Fig. Q1, Q2, Q3, Q4)
(Fig. R1, R2, R3, R4)
Confi guratie van de
veiligheidsingang SAFE 4.
SAFE 4
(Fig. Q1, Q2, Q3, Q4)
(Fig. R1, R2, R3, R4)
ultifunc.
Werkingswijze multifunctionele
ingang
input
Werkingsmodus
door status
deurstatus output.
type of
Werkingsmodus
vergrendelingsinrichting
loc
fixed code Vaste Code
54
- VISTA TL (ARIA-EVO)
INSTALLATIEHANDLEIDING
Uitge
voerde
Default
instelling
aanvinken
1
1 Activering/Deactivering Automatische Sluitingen (TCA en Ontruimingstijd)
0
1
0 Activering/Deactivering Antipaniekfunctie (Par. ANTIPANIEKFUNCTIE)
0
1
0 Activering / deactivering leidingslag bij opening
0
1 Deze parameter wijzigen, als men de openingsrichting wil veranderen. Fig. AJ
0
0 Standaard rotatie. Fig. AJ
0 Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen.
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen met controle van de
1
correcte werking aan het begin van elke manoeuvre.
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens sluiten.
2
0
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens sluiten met controle van de
3
correcte werking aan het begin van elke manoeuvre.
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen met "detection zone".
4
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen met "detection zone"
5
met controle van de correcte werking aan het begin van elke manoeuvre.
0 Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen.
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen met controle van de
1
correcte werking aan het begin van elke manoeuvre.
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens sluiten.
2
2
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens sluiten met controle van de
3
correcte werking aan het begin van elke manoeuvre.
4 Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen met "detection zone".
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen met "detection zone"
5
met controle van de correcte werking aan het begin van elke manoeuvre.
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen.
0
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen met controle van de
1
correcte werking aan het begin van elke manoeuvre.
2 Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens sluiten.
0
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens sluiten met controle van de
3
correcte werking aan het begin van elke manoeuvre.
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen met "detection zone".
4
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen met "detection zone"
5
met controle van de correcte werking aan het begin van elke manoeuvre.
0 Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen.
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen met controle van de
1
correcte werking aan het begin van elke manoeuvre.
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens sluiten.
2
2
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens sluiten met controle van de
3
correcte werking aan het begin van elke manoeuvre.
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen met "detection zone".
4
Input geconfi gureerd als actieve beveiliging tijdens openen met "detection zone"
5
met controle van de correcte werking aan het begin van elke manoeuvre.
0
1
Type multifunctie []. Instelling werkingswijze van de multifunctionele ingang
0
2
(Par. WERKINGSWIJZE MULTIFUNCTIONELE INGANG).
3
4
0
Type uitgang deurstatus []. Voor het instellen van de werkingswijze van de uitgang
0
DEURSTATUS (Par. WERKINGSWIJZE UITGANG DEURSTATUS)
1
0
1
2
3
Type slot []. Voor het instellen van de werkingswijze van de blokkeerinrichting
1
4
(Par. WERKINGSWIJZE BLOKKEERINRICHTING)
5
6
7
8
0
ON: De ontvanger is geconfi gureerd voor de werking in modus vaste code.
0
OFF: De ontvanger is geconfi gureerd voor de werking in modus rolling-code.
1
Beschrijving