TOEGESTAAN GEBRUIK - De multifunctionele werkbank is uitsluitend ontworpen en gebouwd om te worden
gebruikt voor afwerking en zaagwerkzaamheden.
NIET TOEGESTAAN GEBRUIK - HET volgende is verboden:
• metaal, organisch materiaal en/of voedsel te bewerken.
• Het verwerken van materialen die als gevolg van de bewerking schadelijke stoff en kunnen afscheiden.
• Het gebruik van smeermiddelen, van welke soort dan ook, tijdens het zagen.
• Het zagen van hout met een dikte van meer dan 83 mm
• Het zagen van metaal, steen, rubber, kunststof, gips, glaswol etc.
• Het monteren van andere werktuigen of zaagbladen dan voorzien
• Het gebruik als draagbare werkbank of als niet vastgezette werkbank,
• Het wijzigen van de bank, de veiligheidsvoorzieningen, de beschermingen of de schakelaars.
• Het gebruik van de werkbank voor het maken van blinde sleuven.
• Het gebruik van de werkbank voor het maken van inkepingen of groeven.
• Het zagen van boomstronken of hout met onregelmatige vormen. Het zagen van ineengedraaide, knoestige
en vervormde stukken hout waarbij het gebruik van de gradenboog of parallelgeleider niet mogelijk is.
De werkbank is niet geschikt voor gebruik in een omgeving met mogelijk explosiegevaar.
RESTRISICO'S
Gevaar voor verwonding door snijden/afsnijden - Dit gevaar wordt aangegeven met het symbool:
Gevaar voor verwonding door wrijving of schuring - Dit risico hangt samen met de aanwezigheid van
het draaiende zaagblad.
Voorzorgsmaatregelen
• Draag tijdens de bewerkingsfase geen werkhandschoenen.
• Houd de handen uit de buurt van de bewerkingszone.
• Verwijder geen snijresten of stukjes materiaal terwijl het snijblad draait.
Gevaar voor wegslingeren van vaste deeltjes - Dit risico hangt samen met de aanwezigheid van het
draaiende gereedschap.
Voorzorgsmaatregelen
• Maak tijdens de bewerking altijd gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen: veiligheidsbril,
werkschoenen.
• Kom niet met uw gezicht in de buurt van de bewerkingszone;
• laat het gezaagde werkstuk op het onderstel van de machine vallen;
• kom nooit met uw handen in de buurt van de zone waar gezaagd wordt voordat de kop in de
hoogste stand staat en het zaagblad volledig tot stilstand is gekomen;
• verminder de druk op het moment dat snijblad en werkstuk met elkaar in contact komen, om breuk
van het snijblad te voorkomen;
• voor zaagmachines met elektronisch systeem zal in geval van te hoge zaagdruk de
amperometrische begrenzer in werking treden;
• verminder de snijdruk om de machine niet te beschadigen.
INFORMATIE MET BETREKKING TOT HET GELUIDSNIVEAU - De waarden die zijn aangegeven voor het
geluidsniveau betreff en emissieniveaus en dit zijn niet noodzakelijkerwijs ook niveaus waarbij veilig wordt
gewerkt. Er bestaat weliswaar een correlatie tussen emissieniveaus en blootstellingsniveaus, maar deze kan
niet op betrouwbare wijze worden gebruikt om vast te stellen of er al dan niet verdere voorzorgsmaatregelen
vereist zijn. De factoren die het werkelijke blootstellingsniveau van de gebruiker bepalen zijn onder meer de
duur van de blootstelling, de kenmerken van de omgeving, andere geluidsbronnen, bijvoorbeeld het aantal
machines en andere werkzaamheden die in de buurt plaatsvinden. Bovendien kunnen de blootstellingsniveaus
van land tot land verschillen. Deze informatie stelt de gebruiker van de machine hoe dan ook in staat om de
gevaren en risico's optimaal in te schatten.
Gebruik persoonlijke beschermingsmiddelen om het gehoor te beschermen, zoals oorkappen of
oordoppen.
INFORMATIE MET BETREKKING TOT DE ELEKTROMAGNETISCHE COMPATIBILITEIT - De
elektromagnetische emissies van de machine blijven onder de door de normen vastgelegde limieten voor de
voorziene gebruiksomstandigheden.
Controleer of er in de voedingsinstallatie een magnetothermische bescherming aanwezig is om
alle geleiders te beschermen tegen kortsluiting en overbelasting.
Trillingen - De gemiddelde gewogen kwadratische waarde in frequentie, van de versnelling hand-arm, onder
normale zaagomstandigheden met correct geslepen zaagbladen, is lager dan 2,5 m/sec
De metingen zijn uitgevoerd aan de hand van de norm UNI EN ISO 5349-1 en 5349-2.
De trillingen gedurende het daadwerkelijke gebruik van de machine kunnen afwijken van de
verklaarde waarden, dit komt omdat de totale trillingswaarde afhankelijk is van de manier waarop
de machine wordt gebruikt. De veiligheidsmaatregelen die moeten worden getroff en om de
gebruiker te beschermen moeten daarom worden bepaald op basis van een schatting van de
blootstelling in de daadwerkelijke gebruiksomstandigheden.
NL
GEBRUIK
61
2
.