GEBRUIK EN ONDERHOUD
REGELVENTIELEN
Op dit scherm is het mogelijk de besturingswijze van de regelventielbedieningen
in te stellen.
Gespecifi ceerd wordt dat:
de regeling van de opbrengst van de regelventielen 1-4 plaatsvindt vanaf
de armleuning;
de regeling van de opbrengst van de regelventielen 5-6-7 plaatsvindt vanaf
de iMonitor;
de regeling van de aandrijftijd van de regelventielen 3-4-5-6-7 plaatsvindt
vanaf de iMonitor;
de regeling van de aandrijftijd van de regelventielen 1-2 plaatsvindt vanaf
de armleuning.
Op het scherm verschijnen de volgende elementen:
1.
Instelling stromingregeling:
Off: geen modaliteit geactiveerd;
Gelijk verdeeld: de olieopbrengst wordt over alle regelventielbedie-
ningen verdeeld afhankelijk van de gevraagde opbrengst;
Motor: het motortoerental neemt toe wanneer het regelventiel wordt
aangedreven, en er een olieopbrengst gevraagd wordt (max. 1800
G/1');
Gelijk verdeeld + motor: de olieopbrengst wordt verdeeld naar de
regelventielbedieningen, en het motortoerental kan indien nodig
worden verhoogd.
2.
Swap regelventielen: hiermee kan de werking van de regelventielbediening
worden omgeschakeld met de eventuele aangebrachte wijzigingen die on-
deraan het scherm verschijnen (zie volgend punt).
3.
Aantal en confi guratie regelventielbedieningen: met behulp van de draai-
knop kunt u toegang krijgen tot elke regelventielbediening apart. Nadat de
gewenste regelventielbediening geselecteerd is, drukt u op de draaiknop
om het overeenkomende submenu op te roepen.
Door de knop in te drukken op het nummer van de gewenste regelventielbediening, krijgt u toegang tot het volgende scherm dat de
status en de instellingen van de geselecteerde regelventielbediening toont.
Gespecifi ceerd wordt dat de opties die ingesteld kunnen worden voor de regelventielbedieningen 5-7, de opbrengst en de aandrijftijd
omvatten, terwijl voor de regelventielen 1-4 deze zelfde functies worden ingesteld via de armleuning.
1.
Activeringsstatus van de huidige stroming van het regelventiel
2.
Regeling (in %) van de maximale stromingopbrengst (geel): druk op de
draaiknop en draai hem zo dat de opbrengst naar wens verhoogd of ver-
laagd wordt
3.
Regeling maximale stromingopbrengst (rood)
4.
Regeling aandrijftijd regelventiel (voor de regelventielen 1 en 2, alleen wij-
zigbaar vanaf de potentiometer op de armleuning)
5.
Commando voor blokkering van de verhouding tussen de stromingen
6.
Deactivering van de zweefstand
7.
Blokkering van één regelventielbediening
8.
Instelling van de prioriteit van de regelventielbediening
9.
Omschakeling van de regelventielbediening naar externe bediening
10. Weergave van de gedragscurve van de joystick van regelventielen 3/4, 5-7
11.
Regelventielbediening
12. BACK: hiermee keert u terug naar de hoofdpagina van de REGELVENTIE-
LEN-functie
De blokkering van de verhouding tussen de stromingen (5) kan al of niet geactiveerd worden. In het bijzonder:
Afb. 27
Afb. 28
1-11