�.6
Doorgangsmeting (Ω)
1. Zet de draaischakelaar op "Ω" (fig. 2, pos.9).
2. Zet de weerstand van de meetkabels, indien nodig,
op nul. Sluit hiervoor de meetkabels kort en druk op
<Test>. Op het LCD-display wordt het nulsymbool
(fig. 5, pos. 10) weergegeven en de waarde 0.00 Ω
ingesteld.
i
Met de functietoets zoemer (
het akoestisch signaal geactiveerd/gedeactiveerd. Bij
geactiveerde zoemer verschijnt
het LCD-display. De doorgangsdrempel is standaard
op 2 Ω en de maximale stroom op 20 mA ingesteld.
In het SET-UP-menu kunnen deze waarden worden
gewijzigd. De zoemer is bij het inschakelen van de
FSA 050 standaard uitgeschakeld.
3. Sluit de meetkabels of de afstandsvoeler aan op het
te testen stroomcircuit.
Het resultaat van de doorgangsmeting wordt
weergegeven.
i
De weergegeven stroomsterkte is de gedurende de
test gebruikte werkelijke stroomsterkte, die afhanke-
lijk is van de weerstand van het te testen stroomcir-
cuit.
�.7
Weerstandsmeting (kΩ)
1. Zet de draaischakelaar op <kΩ> (fig. 2, pos. 8).
2. Sluit de meetkabels of de afstandsvoeler aan op het
te testen stroomcircuit.
Het resultaat van de weerstandsmeting wordt
weergegeven.
�.8
Capaciteitsmeting (µ�)
1. Zet de draaischakelaar op <µ�> (fig. 2, pos. 7).
2. Sluit de meetkabels of de afstandsvoeler aan op het
te testen stroomcircuit.
Het resultaat van de capaciteitsmeting wordt
weergegeven.
�.9
Opslag van de meetresultaten
Na het beëindigen van de isolatietest blijft het meetre-
sultaat op het LCD-display staan. Het resultaat kan in
deze tijd in de FSA 050 worden opgeslagen. Bij capa-
citeitsmeting, weerstandsmeting en doorgangsmeting
moet het meetresultaat gedurende de meting worden
opgeslagen.
1. Controleer of het meetresultaat op het LCD-display
nog te zien is.
2. Druk op <�TORE> (fig. 3, pos. 1).
Het meetresultaat wordt opgeslagen.
Het opgeslagen meetresultaat krijgt een nummer,
dat één seconde lang wordt weergegeven.
Robert Bosch GmbH
�.1�
Alle opgeslagen meetresultaten kunnen op de FSA 050
weergegeven worden.
1. Zet de draaischakelaar op <RCL> (fig. 2, pos. 5).
i
fig. 3, pos. 5) wordt
(fig. 5, pos. 4) op
2. Voor meer opgeslagen meetresultaten kunnen met
3. Druk <
4. Met <
Weergave van opgeslagen t-, PI- en DAR-waarden.
Als het opgeslagen resultaat van een PI- of DAR-test is,
zijn meerdere meetresultaten beschikbaar. Met de func-
tietoets (µA/s/V) worden alle gemeten (bijv. t1, t2,
spanning, weerstand) na elkaar weergegeven.
�.11
De opgeslagen meetresultaten van de FSA 050 kunnen
of individueel of allemaal worden gewist.
�.11.1
1. Zet de draaischakelaar op <DEL> (fig. 2, pos. 5).
i
2. Druk <
3. Vervolgens kan het volgende meetresultaat op de-
Bediening | ��A ��� | 111
Weergave van opgeslagen
meetresultaten
Het nummer van het laatst opgeslagen meetresul-
taat wordt weergegeven.
Als er geen resultaten werden opgeslagen, geeft het
LCD-display drie strepen weer.
behulp van de functietoetsen (DAR/PI/t) of (µA/
s/V) of (UA / s / V) het nummer van het meetresul-
taat geselecteerd worden.
/OK> om het meetresultaat weer te geven.
Het meetresultaat van het weergegeven nummer
wordt weergegeven.
Meer resultaten worden weergegeven op het LCD-
display door <µA/s/V> te drukken.
/OK> terugspringen naar het nummer van het
meetresultaat.
Wissen van opgeslagen
meetresultaten
Wissen van een individueel meetresultaat
Het laatst opgeslagen meetresultaat wordt weer-
gegeven.
Als er geen resultaten werden opgeslagen, geeft het
LCD-display drie strepen weer.
/OK> om het meetresultaat te wissen.
Het meetresultaat van het weergegeven nummer
wordt gewist.
zelfde manier worden gewist.
nl
|
1 689 989 102
2011-04-26