● B Duwstang neergeklapt: Apparaat
aan de handgreep voor (1) en aan het
onderstuk duwstang (3) vastgrijpen.
Apparaat transporteren
Apparaat enkel op een zuivere, vlakke
laadbodem, op alle 4 wielen staand
vervoeren.
● Apparaat met aangepaste
bevestigingsmiddelen beveiligen tegen
verschuiven. Koorden of gordels aan de
handgreep voor (1) en aan het
onderstuk duwstang (3) bevestigen.
14.2 Accu transporteren
● Controleer vóór het transport of de accu
in een veilige toestand verkeert. (
● Vervoer de accu in het apparaat of in
een veilige verpakking.
● Neem de aanwijzingen in het hoofdstuk
"Voor uw veiligheid – Transport van de
accu" in acht. (
4.7)
De accu valt onder de eisen voor transport
van gevaarlijke stoffen. De accu is als
UN 3480 (lithium-ionaccu) geclassificeerd
en is volgens UN-handboek Test en
criteria deel III, paragraaf 38.3 getest.
De transportvoorschriften staan op
www.stihl.com/safety-data-sheets.
15. Slijtage minimaliseren en
schade voorkomen
Belangrijke aanwijzingen voor het
onderhoud van de productgroep
Grasmaaier, handgestuurd en met
accuvoeding (STIHL RMA)
De firma STIHL aanvaardt in geen geval
aansprakelijkheid voor materiële schade
en persoonlijk letsel die het gevolg zijn van
0478 131 9939 A - NL
het niet in acht nemen van de instructies in
de gebruiksaanwijzing, met name
betreffende veiligheid, bediening en
onderhoud, of die optreden door gebruik
van niet toegestane aanbouw- of
vervangingsonderdelen.
Neem de volgende belangrijke
aanwijzingen in acht om schade of
overmatige slijtage aan uw STIHL
apparaat te vermijden:
1. Slijtageonderdelen
Sommige onderdelen van het STIHL
apparaat zijn ook bij gebruik volgens de
voorschriften aan normale slijtage
onderhevig en moeten afhankelijk van de
gebruikswijze en gebruiksduur tijdig
worden vervangen.
4.3)
Dit omvat onder andere:
– het mes
– de accu
2. Inachtneming van de voorschriften in
deze gebruiksaanwijzing
Het STIHL apparaat moet zo zorgvuldig
mogelijk worden gebruikt, onderhouden
en opgeslagen, zoals omschreven in deze
gebruiksaanwijzing. Voor alle
beschadigingen die door het niet in acht
nemen van veiligheids-, bedienings- en
onderhoudsaanwijzingen worden
veroorzaakt, is de gebruiker zelf
verantwoordelijk.
Dit geldt met name voor:
– onjuiste elektrische aansluiting
(spanning).
– niet door STIHL goedgekeurde
wijzigingen aan het product.
– het gebruik van gereedschappen of
accessoires die niet voor het apparaat
zijn goedgekeurd, niet geschikt zijn of
van een minder goede kwaliteit zijn.
– niet reglementair gebruik van het
product.
– gebruik van het product bij sport- of
wedstrijdevenementen.
– gevolgschade door een product met
defecte onderdelen verder te
gebruiken.
3. Onderhoudswerkzaamheden
Alle in het hoofdstuk "Onderhoud"
vermelde werkzaamheden moeten
regelmatig worden uitgevoerd.
Voor zover deze
onderhoudswerkzaamheden niet door de
gebruiker zelf kunnen worden uitgevoerd,
moeten deze aan een vakhandelaar
worden overgelaten.
STIHL raadt aan
onderhoudswerkzaamheden en reparaties
uitsluitend bij de STIHL vakhandelaar te
laten uitvoeren.
STIHL vakhandelaren volgen regelmatig
cursussen en krijgen voortdurend
technische informatie ter beschikking
gesteld.
Als deze werkzaamheden niet worden
uitgevoerd, kan er schade ontstaan
waarvoor de gebruiker verantwoordelijk is.
Hiertoe behoren onder andere:
– beschadigingen aan de aandrijfmotor
door onvoldoende reiniging van de
koelluchttoevoer (ventilatiesleuven).
– corrosie en andere gevolgschade door
ondeskundige opslag.
97