08
EINDE VAN DE PROCEDURE VOOR HET OPVANGEN VAN DE KOELVLOEISTOF
III. Test van het veiligheidsventiel van de dop
09
DE DOP OP DE TESTINRICHTING VAN HET TOESTEL PLAATSEN
>
Controleer of het veiligheidsventiel goed werkt en correct afgesteld is. Schroef hiervoor de dop op de voorziene adapter
en zet klep A in stand 2. Het ventiel moet in werking treden. Deze stap kan worden uitgevoerd op elk moment in
de aftap- of vulprocedure van het koelsysteem.
IV. Test van het dichtheidscircuit bij onderdruk
10
DE DICHTHEID VAN HET SYSTEEM CONTROLEREN
Zodra het koelsysteem leeg is: laat de druk zich stabiliseren tussen -0,75 bar en -0,8 bar, zet vervolgens klep A
>
in stand 4 en hendel B in stand 'TEST CIRCUIT' (zie de korte handleiding).
>
Controleer het niveau van de aangezogen vloeistof
in het toestel.
Test alle doppen van het wagenpark met behulp
van koff er 913-11K.
>
Zorg ervoor dat de druk niet stijgt gedurende
30 seconden.
NL
67 / 124