INSTRUCTIES EN VOORZORGSMAATREGELEN
veiligheids touw
Controleer of het veiligheidstouw intact is en op een stabiel object ligt.
Inspectie van de werkomgeving
• Zorg ervoor dat het glasoppervlak droog is, gebruik het niet als het regent of als het glas-
oppervlak mistig is.
• Niet gebruiken op gebroken en gebarsten glas.
• Als buitenshuis op hoogte moet worden gewerkt, moeten veiligheidswaarschuwingen op
de grond worden ingesteld om accidenteel persoonlijk letsel te voorkomen.
• De robot kan niet worden gebruikt als er lijm of olie op het glasoppervlak zit, om te voorko-
men dat de robot uitglijdt en van het glas valt.
Natte en droge handdoek
Als er zand of stof op het glasoppervlak zit, is het raadzaam dit eerst handmatig schoon te
maken om krassen op het glas te voorkomen wanneer de robot aan het werk is. Als handma-
tig reinigen niet mogelijk is, wordt aanbevolen om de watersproeifunctie uit te schakelen en
eerst droge dweilen te gebruiken om zand en stof te verwijderen.
Mochten er alleen maar vuilvlekken aanwezig zijn, dan kan deze direct met de watersproeier
worden gereinigd (de watersproeier is standaard geactiveerd).
Als er sprake is van uitglijden en draaien wanneer de robot omhoog gaat, plaats dan een
droge handdoek en zet de watersproeier aan.
Als er kleine plekken met hardnekkige vlekken zijn, kunt u 'vlekkenreiniging' gebruiken en
de watersproeier inschakelen.
Als de robot hevig schudt of rammelt, installeer dan een droge doek.
Beginnen
1. Zorg ervoor dat het netsnoer en de stekker volledig zijn aangesloten.
2. Houd de aan/uit-knop 3 seconden ingedrukt en de robot wordt ingeschakeld.
3. Wanneer de robotmotor begint te werken, plaatst u de robot op het glas, op een plaats uit
de buurt van het raamkozijn. Zorg ervoor dat de robot volledig aan het glas vastzit en laat
hem dan los.
4. Druk kort op de aan/uit-knop en de robot begint te werken.
Haal de robot uit het glas
1. Wanneer de robot aan het werk is, houdt u de veiligheidskabel met één hand vast en
drukt u kort op de aan/uit-knop om de robot te stoppen en laat u deze met de andere
hand zakken.
2. Als u de robot niet kunt bereiken en de afstandsbediening niet bij de hand hebt, blijf dan
dicht bij het glas om het veiligheidstouw te slepen en trek de robot langzaam met de hand
naar de toegankelijke plaats. Druk vervolgens op de aan/uit-knop en verwijder de robot.
robot uit het glas.
3. Nadat u de robot volledig hebt gedemonteerd, houdt u de aan/uit-knop 3 seconden inge-
drukt om hem uit te schakelen.
NE DE RL ANDS
71