•
Voordat de pomp in gebruik wordt genomen, moeten alle onderdelen van de pomp, met name die met
betrekking tot de veiligheid, correct geïnstalleerd en vastgezet zijn. Gebruik de pomp nooit met mensen
in de buurt.
GEVAAR – Risico op elektrocutie
•
Installatie-, reparatie-, reinigings- en onderhoudswerkzaamheden moeten altijd worden uitgevoerd
terwijl de apparatuur is losgekoppeld van de netvoeding.
•
Als het netsnoer beschadigd is, moet het vervangen worden door de fabrikant, diens klantenservice
of vergelijkbaar gekwalificeerd personeel om gevaar te voorkomen.
GEVAAR
•
Terwijl de apparatuur in werking is, mag deze niet worden verplaatst of de positie ervan worden
gecorrigeerd. Deze handelingen moeten altijd worden uitgevoerd terwijl de machine stilstaat.
GEVAAR
•
Gebruik de voedingskabel of leiding nooit om de pomp op te tillen of te ondersteunen. Er moet een
touw, staaldraad of ketting, geschikt voor het gewicht, worden bevestigd aan het handvat, de hand-
greep of de haken die voor dit doel zijn voorzien.
•
De installatie moet regelmatig gecontroleerd worden om er zeker van te zijn dat deze in goede
staat is. Als de toestand onveilig is, moet de apparatuur worden uitgeschakeld en gerepareerd. De
vereiste reserveonderdelen moeten de originele reserveonderdelen van de fabrikant zijn, of door
de fabrikant aanbevolen zijn. Het gebruik van reserveonderdelen van andere herkomst, of originele
reserveonderdelen die door derden zijn gerepareerd, is niet toegestaan en ontheft de fabrikant of
distributeur van alle aansprakelijkheid.
•
Neem tijdens de installatie de geldende elektrische installatievoorschriften in het land van gebruik
in acht.
•
De installatie moet voldoen aan de installatienorm voor zwembaden IEC/HD 60364-7-702.
•
Hieraan moet worden toegevoegd dat pompen zonder indicatie of ze al dan niet beschermd zijn
tegen de gevolgen van bevriezing, niet buiten mogen staan bij vriesweer.
•
De pomp is niet bedoeld voor commercieel gebruik en moet worden geïnstalleerd/onderhouden
door gekwalificeerd personeel.
•
De pomp is ontworpen om aan een beugel te worden bevestigd of om horizontaal op een specifieke
locatie te worden gebruikt.
•
De pomp kan niet worden geïnstalleerd in Zone 0 (Z0) of Zone 1 (Z1). Zie pagina 42 voor tekeningen.
•
Gebruik voor wisselstroom een aansluitslang type H07 RN-F waarbij de kabeldoorsnede is aange-
past aan het motorvermogen en de kabellengte.
•
Het netsnoer mag alleen door gekwalificeerd en bevoegd personeel worden aangesloten.
•
Installeer een aardlekschakelaar (RCD) met een nominale resterende bedrijfsstroom van niet meer
dan 30 mA.
NL
41