Installatie en aansluitingen
1. Gebruik alleen de door Rega meegeleverde PS1 AC-adapter.
2. Sluit de DIN-voedingskabel (meegeleverd) aan op de achterzijde
van de Planar 6 en de 24V AC-ingang op het paneel aan de
achterzijde van de Neo.
3. Sluit de Rega PS1 aan en schakel de netspanning in.
4. Druk op de knop 'power' op het paneel aan de voorzijde van de
Neo om deze in te schakelen. Het draaiplateau van de draaitafel
komt in beweging en roteert met de geselecteerde snelheid.
5. Wanneer de voeding wordt ingeschakeld en het logo van de Rega
rood oplicht, is 331/3 RPM geselecteerd.
6. Is het logo van de Rega groen, dan is 45 RPM geselecteerd.
7. U kunt tussen deze twee snelheden schakelen met de knop '33/45' .
Deze bevindt zich aan de voorzijde van de voeding.
Opmerking: Zorg ervoor dat u de Neo zo ver mogelijk uit de buurt
van de draaitafel positioneert, zo ver de aansluitkabel dit toelaat, om
gebrom dat wordt opgepikt door het element te beperken.
Aansluiting versterker
Sluit de externe phono-aansluitingen van de toonarm aan op een
geschikte phonotrap. Sluit deze als volgt aan: Rood = rechterkanaal,
Zwart = linkerkanaal.
Afhankelijk van het type element dat u heeft gekozen, heeft u een
bijpassende MM- of MC-trap nodig (moving magnet of moving coil).
Heeft uw versterker geen ingebouwde phonotrap? Dan heeft u een
externe variant nodig (deze kunt u los aanschaffen).
Element bevestigen, toonarm RB330 installeren
Zorg er allereerst voor dat de bevestigingspunten van het element
volgens de specificaties van de fabrikant worden gepositioneerd.
Gebruik het (meegeleverde) hulpmiddel voor uitlijning om het
element nauwkeurig te positioneren. Zorg ervoor dat de knop
waarmee u de naaldkracht (tracking force) kunt regelen (A) en het
schuifje waarmee u de dwarsdrukcompensatie (bias) kunt regelen
(B) beide op nul staan. Plaats het contragewicht (C) op de as.
Positioneer het element boven de eerste groef van een LP. Hiervoor
dient de naaldkap te zijn verwijderd. Ondersteun de leeskophouder
(headshell) en duw voorzichtig het gewicht verder op de as, tot de
naald ongeveer 1mm boven de plaat zweeft.
De aanbevolen naaldkracht kunt u nu toepassen door gebruik te
maken van de naaldkrachtdraaiknop. Gebruik altijd een naaldkracht
die overeenkomt met de bovengrens van het bereik van het
element, zoals aanbevolen door de fabrikant van het element. Duw
tenslotte het schuifje voor dwarsdrukcompensatie naar hetzelfde
getal als waarop u de naaldkracht heeft ingesteld.
28
Snelheidsaanpassing (fabrieksinstelling - alleen
wijzigen indien nodig)
De snelheidsinstellingen zijn weergegeven op de achterzijde van de
Neo.
Schakelaar snelheidsprogramma – Hiermee kunt u de gewenste
snelheidsmodus in- of uitschakelen.
LED programmamodus – Geeft de twee beschikbare
bedieningsmodussen aan: Standaard-instelling (fabrieksinstelling)
en modus voor snelheidsaanpassing.
Snelheidsaanpassing – Deze encoder gebruikt u om de snelheid te
wijzigen. De snelheid kan worden gewijzigd met telkens een interval
van 0,01 RPM.
C
A
B