NL
ruimte voor de slang om beschadiging van de slang of de koppelingen te voorkomen.
Er moet worden gezorgd voor eff ectieve ventilatie op de werkplek. Gebrek aan eff ectieve ventilatie kan leiden tot gezondheids-
risico's, brand of explosiegevaar. Het gereedschap is niet bedoeld om mee te werken in een explosieve omgeving. Houd het
apparaat uit de buurt van hitte en vuur, omdat dit het apparaat kan beschadigen of de werking ervan kan schaden.
Neem de algemene veiligheidsvoorschriften in acht bij het werken met sproeimaterialen. Draag geschikte persoonlijke bescher-
mingsmiddelen, zoals een veiligheidsbril, maskers en handschoenen.
Tijdens het werk of onderhoud bestaat er een risico op absorptie van sproei- of conserveringsdeeltjes door: - onvoldoende
natuurlijke of geforceerde ventilatie, - Onvoldoende verstuivingsdruk, - Onvoldoende optimalisatie van de sproeiparameters om
vervuiling te verminderen, - Onvoldoende afstand tussen de sproeier en de spuitplaats, de afstand moet worden gekozen op basis
van het type sproeitoepassing, - Absorptie van dampen van oplosmiddelen of andere gevaarlijke stoff en, - Onvoldoende gebruik,
bijv. gebruik van ongeschikt sproeimiddel.
Laat het gemonteerde pneumatische systeem nooit onbeheerd achter zonder een persoon die bevoegd is om het te bedienen.
Houd kinderen uit de buurt van het gemonteerde pneumatische systeem. Bij een persluchttoevoer kan het gereedschap in de te-
genovergestelde richting van de richting van het uitwerpen van het sproeimateriaal worden uitgeworpen. Speciale aandacht moet
worden besteed, omdat terugslagkrachten onder bepaalde omstandigheden veelvuldige letsels kunnen veroorzaken. Het is aan
te raden dat u het gereedschap uitprobeert voordat u begint te werken. Het wordt aanbevolen dat personen die met het apparaat
werken, goed zijn opgeleid. Dit zal de veiligheid op het werk aanzienlijk verhogen.
Neem de aanbevelingen van de fabrikant van de schurende materialen in acht en gebruik ze in overeenstemming met de ver-
melde regels voor persoonlijke bescherming, brandbeveiliging en milieubescherming. Het niet opvolgen van de aanbevelingen
van de fabrikant van de schurende materialen kan leiden tot ernstige letsels. Om de compatibiliteit met de gebruikte schurende
materialen te garanderen, is op verzoek een lijst beschikbaar met materialen die zijn gebruikt om het gereedschap te bouwen.
Tijdens het gebruik van perslucht wordt er energie verzameld in het hele systeem. Bij het werken en tijdens pauzes moet voor-
zichtig te werk worden gegaan om het risico van opgeslagen perslucht-energie te voorkomen. In verband met de mogelijkheid
van elektrostatische oplading moeten er metingen worden uitgevoerd om ervoor te zorgen dat het apparaat niet geaard hoeft te
worden, het gebruik van elektrostatische dissipatie van de ondergrond en/of persluchtinstallatie is niet nodig. Het is vereist dat de
meting en installatie van een dergelijke installatie wordt uitgevoerd door personeel met de juiste kwalifi caties.
Richt de sproeier nooit op een warmte- of vuurbron, omdat dit brand kan veroorzaken.
Reparaties van het apparaat moeten worden uitgevoerd door gekwalifi ceerd personeel met gebruik van originele reserveonder-
delen.
BEDIENING VAN HET PRODUCT
Installatie van het apparaat
Bevestig de poten aan de onderkant van de zandstraalcabine met M6 x 12 mm bouten, ringen en M6 moeren. Plaats de cabine
op de gemonteerde poten. Bevestig de zandstraalbak (III) aan de onderkant van de cabine met M6 x 20 mm bouten, ringen en
M6 moeren. Bevestig vervolgens de plank (IV) aan de poten van de zandstraler met M6 x 12 mm bouten, ringen en M6 moeren.
Bevestig de aanzuigleiding in de kom met M6 x 12 mm bouten, ringen en M6 moeren zoals aangegeven in de illustratie (V). Plaats
het rooster zo in de cabine van de zandstraler dat de aanzuigleiding zich aan de buitenkant van het rooster bevindt (VI). Schuif
het vrije uiteinde van de schuurmiddelzuigslang op het uiteinde van de aanzuigleiding naar het pistool (VI). Draai de slangklem
vast met een schroevendraaier. Zorg ervoor dat de aanzuigslang goed vastzit en niet wegglijdt tijdens het gebruik. Schuif het
vrije uiteinde van de toevoerslang van het persluchtpistool (bevestigd aan de pistoolgreep) op de aansluiting in de cabine van
de zandstraler (VII). Draai de slangklem vast met een schroevendraaier. Zorg ervoor dat de aandrijfslang goed vastzit en niet
wegglijdt tijdens het gebruik. Draai de klemschroef niet te vast aan, want dan kan de slang beschadigd raken. Plaats de spanklem
op de handschoenen en rol de rand van de manchet van de handschoen over de spanklem (VIII). Plaats de handschoen in de
straalkamer, zodat de spanklem met de uitgevouwen manchet om de opening van de kraag in de voorwand van de kamer wordt
gewikkeld. Gebruik vervolgens een schroevendraaier om de spanklem (IX) vast te draaien. Zorg ervoor dat de rechterhandschoen
in het rechter gat zit en de linkerhandschoen in het linker gat. Draai de spanklemmen zodanig vast dat de handschoen niet onder
de spanklem vandaan kan glijden en er niet door gesneden wordt.
Stofafzuigaansluiting
LET OP! Gebruik voor stofafzuiging alleen een speciaal stofafzuigsysteem of een industriële stofzuiger met een fi lter met hoge
fi ltereffi ciëntie ontworpen voor stofafzuiging van klasse M. Het is verboden om huishoudelijke stofzuigers of andere apparatuur te
gebruiken die niet is ontworpen voor stofafzuiging.
Verwijder het deksel van de stofafzuigaansluiting aan de linkerkant van de cabine en sluit vervolgens een extern stofafzuigsys-
teem aan op de aansluiting. De ventilatieopening bevindt zich aan de achterkant van de zandstraalcabine. Verwijder het deksel
van de ontluchter voordat u met het werk begint.
Schurend materiaal
Zorg ervoor dat het schurend materiaal geschikt is voor pneumatische zandstraalcabines. De aanbevolen schuurkorrelgrootte
moet tussen 0,18 en 0,25 mm liggen. De concentratie van schadelijke stoff en in het schurend materiaal mag de volgende niveaus
niet overschrijden: - antimoon, lood, cadmium, tin, arseen, beryllium, chromaten, kobalt, nikkel, samen 2% massafractie; - arseen,
O O R S P R O N K E L I J K E
I N S T R U C T I E S
68