20 - RELAISUITGANG OPTIES
De besturingseenheid beschikt over drie relaisuitgangen
met droog contact, normaal open, die via de parameters
,
en
REL1
REL2
REL3
geconfigureerd worden.
In onderstaande tabel worden de beschikbare functies en de in te
stellen waarden voor de parameters
FUNCTIE
Slot
Open commando
Sluit commando
Onderhoud
signaleringen
Test van de veiligheden
Custom
Verlichting
Aanduiding van
beweging
Sluit de inrichting, gestuurd door de uitgang REL1 met de
klemmen Z4 en Z3 aan.
Sluit de inrichting, gestuurd door de uitgang REL2 met de
klemmen Z6 en Z5 aan.
Sluit de inrichting, gestuurd door de uitgang REL3 met de
klemmen B2 en B1 aan.
m
De uitgangen van de relais werken als gewone
schakelaars en leveren geen voeding.
De voeding van de inrichting Vsupply kan van de
besturingseenheid of van de lijn genomen worden.
Als de voeding van de accessoires 24Vac of 12 Vdc
wordt gebruikt, moet men controleren of de vereiste
stroom overeenstemt met de stroom geleverd door de
besturingseenheid.
B2
REL3
V
SUPPLY
a
Parameter
DEFAULT =
REL1
a
Parameter
DEFAULT =
REL2
a
Parameter
DEFAULT =
REL3
- 212 - NEDERLANDS
met verschillende functies kunnen
en
gegeven
REL1
REL2
REL1 REL2 REL3
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
B1
Z6
Z5
REL2
V
SUPPLY
REL1
V
SUPPLY
(verlichting)
LUCI
(geen functie)
NO
(geen functie)
NO
20.1 - VERLICHTING
De verlichting kan op de volgende wijze werken;
1. Timer voor commando
De lichten gaan aan wanneer de opening wordt bevolen en
blijven aan tijdens de ingestelde tijd. Kies de waarde
de parameter
2. In beweging + timer
De lichten gaan aan wanneer de opening wordt bevolen;
VALORE
wanneer de deur stopt (open of dicht) blijven de lichten nog
SERR
aan tijdens de ingestelde tijd.
Kies de waarde
APRE
gewenste tijd in.
CHIU
3. Timer voor commando AUX
De lichten worden via een afstandsbediening geactiveerd,
SERV
vastgelegd op het kanaal 4 van de ontvanger MR en blijven aan
tijdens de ingestelde tijd. Kies de waarde
TEST
en stel de gewenste tijd in.
AUX
CUST
4. Monostabiel lichten
De lichten worden via een afstandsbediening geactiveerd,
LUCI
vastgelegd op het kanaal 4 van de ontvanger MR en blijven
MO.NO
aan tijdens de duur van de verzending van het commando.
MO.NC
Kies de waarde
5. Bistabiel lichten
De lichten worden via een afstandsbediening geactiveerd,
vastgelegd op het kanaal 4 van de ontvanger MR: een eerste
commando schakelt de lichten in, een tweede commando
schakelt ze uit. Kies de waarde
6. Bistabiel + time-out
De lichten worden via een afstandsbediening geactiveerd,
vastgelegd op het kanaal 4 van de ontvanger MR en blijven
aan tijdens de ingestelde tijd. Een tweede verzending voor de
tijd is verlopen, doet de lichten uitgaan. Kies de waarde
in de parameter
20.2 - SLOT
De relais wordt drie seconden gesloten telkens een
openingsmanoeuvre begint.
Om het ontgrendelen van het slot te vergemakkelijken kan er een
tijd voor de waterslag worden ingesteld: voordat er met openen
wordt begonnen wordt de deur een korte tijd gesloten bediend.
Om deze functie te activeren, moet de tijd van de drukstoot
Z4
Z3
Z2
Z1
via de parameter
20.3 - ONDERHOUD SIGNALERINGEN
De relais wordt geactiveerd wanneer de cyclustelling, ingesteld
voor onderhoudverzoek, op 0 komt te staan (hoofdstuk 22.4):
op deze wijze kan een controlelamp ingeschakeld worden.
20.4 - OPEN COMMANDO
De relais wordt geactiveerd wanneer de motor in in openingsfase
wordt gestuurd: op deze wijze kunnen secundaire motors
geactiveerd worden of kunnen signaleringen gegeven worden,
gesynchroniseerd met het draaien van de voornaamste motor.
en stel de gewenste tijd in.
LUCI
in de parameter
CICL
LUCI
TIM
in de parameter
MONO
AUX
in de parameter
BIST
en stel de gewenste tijd in.
AUX
worden ingesteld.
T.AR
in
T.LUC
en stel de
in de parameter
AUX
TOUT