MET DE KAJAK WORDEN DE VOLGENDE ACCESSOIRES
MEEGELEVERD:
Transportzak, riem voor het vastsjorren van de ingepakte
kajak, gebruiksaanwijzing met garantiekaart, schuimspons
in een netje, reparatiedoosje met lijm, lappen, ventieladapter.
3.
Instructies voor het opblazen van de boot
Leg de kajak uitgevouwen neer. Als u de scheg wilt gebruiken,
schuif deze dan in de bevestiging op de bodem (20). Blaas
beide zitjes en de voetsteunen op voor u ze in de kajak plaatst.
Het gebruik van het ventiel (21) is weergegeven op afbeelding 2.
De Thaya-kajak kan worden gebruikt als één-, twee- en drie-
persoonsversie – zie afb. 1.
Eenpersoonsversie:
Bevestig het opblaasbare zitje (6) in het bevestigingspunt (15)
op de bodem. Steek de riemen (18) op de rugsteun van de zit-
jes door de D-ringen (17) op de zijcilinders. Steek de uiteinden
van de riem door de kunststof gesp (22) – zie detail A.
Bevestig de voetensteun (8) in het bevestigingspunt (14).
Steek de riem van de voetensteun door de kunststof gesp op
de bodem en trek hem stevig aan. Zie detail B voor de juiste
manier om de riem door de gesp te steken.
Tweepersoonsversie:
Bevestig het voorste opblaasbare zitje (6) in het bevestigings-
punt op de bodem (14). Bevestig het achterste opblaasbare
zitje (6) in het bevestigingspunt op de bodem (15). Haal de
riemen (18) op de rugsteun van de zitjes door de D-ringen
(17) op de zijcilinders. Steek de uiteinden van de riem door de
kunststof gesp (22) – zie detail A.
Bevestig de voorste voetensteun (7) in het bevestigingspunt
op de bodem (16) onder het voordek. Bevestig de achterste
voetensteun (8) in het bevestigingspunt op de bodem (14).
Steek de riem van de voetensteun door de kunststof gesp op
de bodem en trek hem stevig aan. Zie detail B voor de juiste
manier om de riem door de gesp te steken.
Driepersoonsversie:
Bevestig het voorste opblaasbare zitje (6) in het bevestigings-
punt op de bodem (14). Bevestig het middelste en achterste
opblaasbare zitje (6) in de bevestigingspunten op de bodem
(15). Haal de riemen (18) op de rugsteun van de zitjes door
de D-ringen (17) op de zijcilinders. Steek de uiteinden van de
riem door de kunststof gesp (22) – zie detail A.
Bevestig de voorste voetensteun (7) in het bevestigingspunt
op de bodem (16) onder het voordek. Steek de riem van de
voetensteun door de kunststof gesp op de bodem en trek hem
stevig aan. Zie detail B voor de juiste manier om de riem door
de gesp te steken.
De ovale houder (14) heeft een aantal posities voor het vast-
zetten van de voetsteun (8). De posities zijn met nummers
aangeduid en zijn altijd in overeenstemming met de lengtes
van de verschillende varende personen. Positie nr. 1 is ove-
reenkomstig met lengte 150–160 cm, positie nr. 2 is overeen-
komstig met lengte 160–170 cm, positie nr. 3 is overeenkom-
stig met lengte 170–180 cm, positie nr. 4 is overeenkomstig
met lengte boven 180 cm.
Trek de riem van de voetsteun (8) door openingen in de
houder van de voetsteun (14) op de bodem. Ga vanaf het
gekozen positienummer door alle openingen tot de kunststof-
gesp aan het einde van de houder door, trek het einde van de
riem er doorheen en trek deze aan – zie detail B.
Blaas de luchtcompartimenten in de volgende volgorde op:
zijcilinders (1), bodem (2).
Voor het opblazen is een voet- of zuigerpomp geschikt, even-
tueel met gebruik van de ventieladapter – zie afb. nr. 2b (de
adapter is een onderdeel van het reparatiedoosje). Controleer
vóór het opblazen de stand van de ventielen. Stel de ventielen
in de positie "gesloten". Ventielbediening – zie afb. nr. 2.
Blaas de luchtkamers op totdat ze bij aanraking stevig aan-
voelen, maar nog niet helemaal hard zijn. De luchtkamers
bieden een weerstand vergelijkbaar met die van het samen-
knijpen van een rijpe sinaasappel. Het juiste drukniveau kan
met behulp van een manometer met een geschikte adapter
(extra toebehoren) bepaald worden - zie afb. nr. 2a. De sleutel
voor de ventielmontage – zie afb. nr. 2c – is een optioneel
accessoire.
WAARSCHUWING
Maximale bedrijfsdruk in de luchtcompartimenten is
0,02 MPa (zijcilinder); 0,05 MPa (bodem). Door een ver-
hoging van de omgevingstemperatuur (b.v. door invloed
van zonnestraling) kan het tot een meervoudige druk-
verhoging in de bootcompartimenten komen. Na het
uitnemen van de boot uit het water, adviseren wij de
luchtdruk in alle luchtcompartimenten van de boot iets
te verlagen. Hierdoor verhindert u een eventueel be-
schadigen van de luchtcompartimenten. Controleer ook
hierna voortdurend de luchtdruk. Het normale verlies
van bedrijfsdruk is max. 20% per 24 uur.
WAARSCHUWING
Sluit altijd het ventiel met de ventieldop af. U voorkomt
daardoor het indringen van vuil in het ventiel, dat later
een eventuele lekkage zou kunnen veroorzaken.
4. Varen met de boot
De kajak Thaya is bestemd voor recreatie en watertoerisme.
De deelnemer aan het verkeer op waterwegen is verplicht de
verkeersregels op waterwegen in acht te nemen. De opblaas-
bare kajak Thaya mag door een persoon zonder vaarbewijs
bestuurd worden, indien deze met de besturingstechniek van
een klein vaartuig is bekend evenals met de geldige voor-
schriften voor het varen in betreffend land.
Door zijn constructie maakt de kajak Thaya het mogelijk op
stilstaand tot matig stromend water, tot moeilijkheidsgraad WW
2, te varen. Voor het varen wordt een dubbele kajakpeddel ge-
bruikt met een lengte van ca. 210 cm. Tijdens het varen zitten
personen op een aangewezen plaats en moeten zwemvesten
dragen.
WAARSCHUWING
Controleer voor het varen of op de rivier, de watervlakte
of in het gebied waar u wilt varen, geen bijzondere be-
palingen of verboden en geboden geldig zijn die nage-
komen moeten worden.
De boot is niet bestemd voor het slepen achter een mo-
torboot en mag niet gesleurd of anders overmatig belast
worden. Scherpe of puntige voorwerpen moeten veilig
ingepakt zijn.
Plaats waardevolle voorwerpen in een waterdichte ver-
pakking en zet deze vast in de boot.
Zonnestralen beschadigen de textiellaag aan de opperv-
lakte van de boot, daarom is het beter de boot na iedere
vaart in de schaduw te plaatsen.
31