Aanvullende informatie
Verhelpen van storingen
! Verkeerde bediening kan vaak de oorzaak zijn van een schijnbare storing of foutieve werking. Wanneer u denkt dat er iets mis is met dit apparaat,
controleert u eerst de onderstaande punten. Soms ligt de oorzaak van het probleem bij een ander apparaat. Controleer daarom ook de andere com-
ponenten en elektrische apparatuur die gebruikt wordt. Als u het probleem aan de hand van de onderstaande controlepunten niet kunt verhelpen,
verzoekt u dan uw dichtstbijzijnde officiële Pioneer onderhoudsdienst of uw vakhandelaar om het apparaat te laten repareren.
! De disc-speler kan soms niet goed werken vanwege statische elektriciteit of andere externe invloeden. In dergelijke gevallen kunt u de normale
werking herstellen door de stekker even uit het stopcontact te trekken en die even later weer in te steken.
Probleem
De stroom wordt niet ingeschakeld.
Er klinkt niet of nauwelijks geluid.
Vervorming in het geluid.
Het tempo (BPM) is niet meetbaar of
de gemeten waarde van het tempo
(BPM) is onwaarschijnlijk.
De waarde van het gemeten tempo
(BPM) verschilt van de waarde
die is opgenomen op de CD, of de
tempowaarden (BPM) getoond op
de DJ-speler, het DJ-mengpaneel,
de DJ-software en op dit toestel
verschillen.
Dit apparaat wordt niet herkend nadat
het is aangesloten op een computer.
De SD-geheugenkaart wordt niet
herkend.
Het duurt erg lang voor alle gegevens
van een SD-geheugenkaart geladen
zijn.
Effecten worden niet toegepast.
ISOLATE FX effecten worden niet
toegepast.
X-PAD FX effecten worden niet
toegepast.
SCENE FX effecten worden niet
toegepast.
De MIDI-sequencer laat zich niet
synchroniseren.
De MIDI-bedieningsfunctie werkt niet.
24
Nl
Controle
Zijn het meegeleverde stroomsnoer en de meege-
leverde netstroomadapter correct aangesloten?
Staat de [ON, STANDBY]-schakelaar voor de
stroomvoorziening op [ON]?
Zijn de aansluitsnoeren goed aangesloten?
Zijn de aansluitbussen en de stekkers vuil?
Is de [CONNECTION] keuzeschakelaar op het
achterpaneel van dit toestel correct ingesteld?
Is het audio-uitgangsniveau via de [OUTPUT]
aansluitingen correct ingesteld?
Is het audio-ingangsniveau via de [INPUT] aanslui-
tingen correct ingesteld?
Staat het audio-ingangsniveau te hoog of te laag
ingesteld?
—
Is de meegeleverde USB-kabel naar behoren
aangesloten?
Is de SD-geheugenkaart correct ingebracht?
Is de gebruikte SD-geheugenkaart bruikbaar op
dit toestel?
Zijn er een groot aantal mappen of bestanden
opgenomen op de SD-geheugenkaart?
Hebt u andere bestanden dan instelbestanden
en gesamplede gegevens opgeslagen op de
SD-geheugenkaart?
Licht de [INPUT] of [X-PAD] toets op?
Staat de [ISOLATE FX]-instelling in een geschikte
stand?
Staat de [X-PAD LEVEL]-instelling in een
geschikte stand?
Staat de [SCENE FX]-instelling in een geschikte
stand?
Is de synchronisatiefunctie van de MIDI-sequencer
ingesteld op "Slave"?
Is de MIDI-sequencer die u gebruikt wel geschikt
voor de MIDI-tijdklok?
Zijn alle MIDI-instellingen naar behoren gemaakt?
Oplossing
Sluit het meegeleverde stroomsnoer op de juiste manier aan op een stopcontact.
Sluit het stroomsnoer correct aan op de meegeleverde netstroomadapter.
(pagina 6)
Sluit de gelijkstroomstekker van de meegeleverde netstroomadapter op de kuiste
manier aan op dit toestel.
Zet de [ON, STANDBY] schakelaar voor de stroomvoorziening op [ON].
Zorg dat de aansluitsnoeren juist zijn aangesloten. (pagina 6)
Maak de aansluitbussen en de stekkers schoon voordat u aasluitingen gaat
maken.
Stel de [CONNECTION] keuzeschakelaar in aan de hand van de aangesloten
apparatuur. (pagina 10)
regel de [OUTPUT LEVEL] instelling zodanig dat de [OUTPUT] niveau-indicator
oplicht tot ongeveer [0 dB] bij het pieksignaalniveau. (Pagina 10)
regel de [INPUT LEVEL] instelling zodanig dat de [INPUT] niveau-indicator
oplicht tot ongeveer [0 dB] bij het pieksignaalniveau. (pagina 10)
regel de [INPUT LEVEL] instelling zodanig dat de [INPUT] niveau-indicator
oplicht tot ongeveer [0 dB] bij het pieksignaalniveau. (pagina 10)
Bij sommige muziekstukken kan het niet goed mogelijk zijn om het tempo
(BPM) te meten. Gebruik de [TAP] toets om het tempo met de hand in te voeren.
(bladzijde 11)
De waarden kunnen wel eens ietwat verschillen, vanwege de verschillende
meetmethoden voor het BPM.
Sluit dit toestel en de computer direct op elkaar aan, niet via een USB-hub
(verdeelstekker).
Steek de SD-geheugenkaart stevig helemaal in de aansluiting. (Pagina 12)
SD-geheugenkaarten hebben een voorkant en een achterkant. Breng de kaart
daarom op de juiste manier in.
Alleen SD-geheugenkaarten of SDHC-geheugenkaarten kunnen worden gebruikt
in dit toestel. Sommige kaarten kunnen mogelijk niet worden gebruikt.
Wanneer er veel mappen of bestanden zijn, kan het laden ervan enige tijd
vergen.
Als de map andere bestanden bevat dan instelbestanden en gesamplede gege-
vens, kan het laden een tijdje duren. Sla geen andere bestanden dan instelbe-
standen en gesamplede gegevens op in de map.
Druk op de [INPUT] of [X-PAD] toets. (Pagina 14)
Draai de [ISOLATE FX]-instelling met de klok mee of er tegenin. (Pagina 12)
Draai de [X-PAD LEVEL]-regelknop klok mee draait. (Pagina 12)
Draai de [SCENE FX]-regelknop klok mee draait. (Pagina 11)
Stel de synchronisatiefunctie van de MIDI-sequencer in op "Slave".
MIDI-sequencers die niet geschikt zijn voor de MIDI-tijdklok kunnen niet worden
gesynchroniseerd.
Voor het gebruik van DJ-programma's met dit apparaat moeten de MIDI-
berichten worden toegewezen aan het DJ-programma dat u gebruikt. Zie voor
nadere aanwijzingen voor het toewijzen van berichten de handleiding van uw
DJ-software.