Soorten effecten
Soorten SCENE FX effecten
BPF ECHO
Deze functie projecteert het binnenkomende geluid dat door het door-
laatfilter gekomen is op het originele ingangsgeluid en geeft dit door aan
de echoschakeling voor het geluid geproduceerd wordt.
De echo wordt verschillende keren geproduceerd aan de hand van de
vermenigvuldigingsfactor van de beat van het ingangsgeluid, waarbij het
vertraagde geluid geleidelijk wegsterft.
Binnenkomend geluid dat door
het doorlaatfilter is gegaan
Binnenkomend geluid
SCENE FX
-instelling
SCENE FX-instelling
Stelt de grensfrequentie van het doorlaatfilter in.
SUB PARAMETER
Stelt de vertraging voor het echogeluid in.
1-instelling
SUB PARAMETER
Past een modulatie-effect toe op het geproduceerde
2-instelling
geluid.
ECHO
De echo wordt verschillende keren geproduceerd aan de hand van de
vermenigvuldigingsfactor van de beat van het ingangsgeluid, waarbij het
vertraagde geluid geleidelijk wegsterft.
Inkomend geluid
weggedraaid
1 beat
Gebruik deze om de balans te regelen van het oorspron-
SCENE FX-instelling
kelijke geluid en het echogeluid.
SUB PARAMETER
Stelt de vertraging voor het echogeluid in.
1-instelling
SUB PARAMETER
Bepaalt de grensfrequentie voor het filter.
2-instelling
NOISE
Deze functie geeft witte ruis die intern gegenereerd wordt door via het
doorlaatfilter en de echo voor het signaal geproduceerd wordt.
SCENE FX
-instelling
Bepaalt de grensfrequentie van het filter waardoor de
SCENE FX-instelling
witte ruis passeert.
SUB PARAMETER
Regelt de geluidssterkte van de witte ruis.
1-instelling
SUB PARAMETER
Past een modulatie-effect toe op de witte ruis.
2-instelling
Frequentie
Uitfaden
Tijd
Frequentie
SPIRAL UP
Deze functie voegt een nagalmeffect toe aan het inkomend geluid.
Wanneer de vertraging wordt gewijzigd, verandert tegelijkertijd de
toonhoogte.
Inkomend geluid
weggedraaid
1 beat
SCENE FX-instelling
Stelt de vertraging voor SPIRAL in.
SUB PARAMETER
Stelt de vertraging voor het echogeluid in.
1-instelling
SUB PARAMETER
Bepaalt de hoeveelheid waarmee de toonhoogte ver-
2-instelling
hoogd moet worden.
REVERB UP
Deze functie voegt een nagalmeffect toe aan het inkomend geluid.
Direct geluid
Vroege weerkaatsingen
Niveau
Nagalm
Gebruik deze om de hoeveelheid nagalmeffect te regelen.
SCENE FX-instelling
SUB PARAMETER
Gebruik deze om de hoeveelheid nagalmeffect te regelen.
1-instelling
SUB PARAMETER
Stelt de grensfrequentie in voor het hoogdoorlaatfilter.
2-instelling
HPF ECHO
Deze functie geeft het ingangsgeluid door aan het hoogdoorlaatfilter en
de echo voor het signaal geproduceerd wordt.
De echo wordt verschillende keren geproduceerd aan de hand van de
vermenigvuldigingsfactor van de beat van het ingangsgeluid, waarbij het
vertraagde geluid geleidelijk wegsterft.
SCENE FX-instelling
Stelt de grensfrequentie in voor het hoogdoorlaatfilter.
SUB PARAMETER
Stelt de vertraging voor het echogeluid in.
1-instelling
SUB PARAMETER
Past een modulatie-effect toe op het geproduceerde
2-instelling
geluid.
LPF ECHO
Deze functie geeft het ingangsgeluid door aan het laagdoorlaatfilter en
de echo voor het signaal geproduceerd wordt.
De echo wordt verschillende keren geproduceerd aan de hand van de
vermenigvuldigingsfactor van de beat van het ingangsgeluid, waarbij het
vertraagde geluid geleidelijk wegsterft.
Uitfaden
Tijd
Tijd
Frequentie
15
Nl