10.7.1 Instellen van de hoeveelheid monsterwater
Er kan alleen een juiste meting plaatsvingen wanneer de hoe-
veelheid monsterwater zich binnen een gedefinieerd bereik
bevindt. Dit bereik is van 200 tot 800 omwentelingen/minuut van
de reinigingsvleugel.
•
Stel de hoeveelheid monsterwater in met de regeling (G),
zodat de meetversterker een monsterwaterdoorstroming aan-
geeft van 200 tot 800 omwentelingen/minuut. De balk in het
display van de meetversterker toont het bereik. Het exacte
toerental kan worden afgelezen uit het servicemenu.
10.8 Kalibreren van de parameters Cl
Bij de eerste keer opstarten of na een langdurige
Voorzichtig
stop: Laat het systeem ten minste twee uur draaien
om verkeerde metingen en kalibratie te voorkomen!
Vanwege het elektro-chemische gedrag van de meetcel is er
geen nulpuntinstelling nodig. Slechts de mate van stijging
(gevoeligheid) moet worden ingesteld tijdens kalibratie.
Tijdens de kalibratie: Houd de pH-waarde, monster-
Voorzichtig
waterdoorstroming en watertemperatuur constant.
•
Controleer de kalibratie na 24 uur. Herhaal deze zo nodig.
10.8.1 Fotometrische bepaling van een referentiewaarde
1. Open de afsluitkraan voor monsterwater (I) en laat het water
gedurende een paar seconden lopen.
2. Neem een watermonster en sluit de afsluitkraan voor mon-
sterwater.
3. Bepaal de concentratie van de meetparameter fotometrisch,
bijvoorbeeld met behulp van de Grundfos DIT handfotometer.
4. Houd deze waarde aan als referentiewaarde.
Houd de installatie- en bedieningsinstructies van de
Voorzichtig
fotometer aan!
136
10.8.2 Kalibratievoorbeeld gebaseerd op chloormeting met
Voorzichtig
•
Definieer de basisinstellingen voor de meetversterker.
Kalibreren van de pH-waarde
, ClO
, O
2
2
3
•
DIP: Druk op de knop onder het rechterdisplay.
•
Conex DIA en DIP: Gebruik de knop [CAL] om de kalibratie-
functie CAL te selecteren. De LED gaat branden.
1. Voer indien nodig de code in voor CAL- (of volledige) autorisa-
tie.
2. Ga naar het menu "calibratie" met behulp van de knop [OK].
3. Selecteer de meetwaarde "pH" en bevestig met [OK].
– Selectiemogelijkheden: "cal-meetw." (= meetwaarde),
4. Selecteer de regel "cal-meetw." met [UP]/[DOWN].
pH
cal-meetw.
cal-result.
cal cyclus
5. Selecteer een van de gedefinieerde bufferoplossingen
("GRUNDFOS", "DIN/NIST", "andere") en druk op [OK].
– Het menu "temperatuur" wordt automatisch geselecteerd.
buffer
GRUNDFOS
DIN/NIST
andere
6. Voer de temperatuur in van de bufferoplossingen.
7. Druk op [OK] om naar het menu "bufferwaarde 1" te gaan.
8. "GRUNDFOS" of "DIN/NIST" bufferoplossingen:
Selecteer één van de beschikbare bufferwaarden.
bufferwaarde 1
4.01 pH
7.00 pH
9.18 pH
pH-compensatie (niet met Conex DIS-D)
Houd de installatie- en bedieningsinstructies van de
meetversterker en regelaar aan!
Bij het uitvoeren van een chloormeting met pH-com-
pensatie, moet eerst de pH-waarde worden gekali-
N.B.
breerd, omdat de pH-waarde wordt gebruikt bij het
kalibreren van de chloorwaarde!
"cal-result." en "cal cyclus" (= aftelfunctie die het alarm "cal.
Sensor" triggert na een instelbare tijdsperiode van
1-100 dagen).