2.2 elektrische veiligheid
a) De stekker van de machine moet in het
stopcontact passen. De stekker mag op geen
enkele wijze worden aangepast. Gebruik in
combinatie met elektrisch gereedschap met
randaarde geen verloopstekkers.
Stekkers in originele toestand en passende
stopcontacten verkleinen het risico op een
elektrische schok.
b) Vermijd lichaamscontact met geaarde
oppervlakken zoals die van buizen,
radiatoren, fornuizen en koelkasten.
Als uw lichaam is geaard bestaat er een
verhoogd risico op een elektrische schok.
c) zorg dat uw elektrische gereedschap niet
nat wordt (incl. regen).
Wanneer er water in de machine binnendringt,
bestaat er een verhoogd risico op een
elektrische schok.
d) Gebruik de kabel niet om het elektrische
gereedschap te dragen, op te hangen of de
stekker uit het stopcontact te trekken. Houd
de kabel uit de buurt van warmtebronnen,
olie, scherpe randen of bewegende
onderdelen van het apparaat.
Een beschadigde of in elkaar gewikkelde kabel
verhoogt het risico op een elektrische schok.
e) Als u de machine buitenshuis gebruikt,
gebruik dan uitsluitend een verlengkabel die
ook geschikt is voor gebruik buitenshuis.
Door een verlengkabel te gebruiken die geschikt
is voor gebruik buitenshuis, verkleint u het risico
op een elektrische schok.
f) Als gebruik van de machine buitenshuis
onvermijdbaar is, gebruik dan een
aardlekschakelaar.
Het gebruik van de aardlekschakelaar (zekering
met een maximale schakelschroom van 10 mA)
vermindert het risico op een elektrische schok.
2.3 Veiligheid van personen
a) Wees alert, let goed op wat u doet en werk
met verstand met elektrisch gereedschap.
Gebruik geen elektrisch gereedschap als
u moe bent of als u onder invloed bent van
drugs, alcohol of medicijnen.
Eén moment van onachtzaamheid tijdens
het werken met de machine kan al tot ernstig
lichamelijk letsel leiden.
b) Draag veiligheidsuitrusting en altijd een
veiligheidsbril.
Door het dragen van persoonlijke
veiligheidsmiddelen zoals een stofmasker,
veiligheidsschoenen met antislip-zool,
veiligheidshelm of gehoorbescherming, afhankelijk
van het type en het gebruik van de machine,
verkleint u het risico op lichamelijk letsel.
c) Voorkom dat het apparaat onbedoeld kan
worden ingeschakeld. Controleer of de
machine is uitgeschakeld voordat u het
gereedschap op de voeding aansluit en / of
de accu aansluit, het oppakt of het gaat
dragen.
Als u tijdens het dragen van de machine een
vinger op de schakelaar heeft of de machine
ingeschakeld op de voeding aansluit, kan dat tot
ongevallen leiden.
d) Verwijder het instelgereedschap of de
steek / ringsleutel voordat u het elektrische
gereedschap inschakelt.
Een gereedschap of sleutel die zich in een
draaiend onderdeel bevindt, kan letsel
veroorzaken.
e) Voorkom een abnormale lichaamshouding.
zorg dat u stevig staat en zorg dat u te allen
tijde het evenwicht bewaart.
Zo kunt u de machine in onverwachte situaties
beter controleren.
f) Draag geschikte kleding. Draag geen wijde
kleding en / of sierraden. Houd haren,
kleding en handschoenen uit de buurt van
bewegende delen.
Loszittende kleding, sierraden of lange haren
kunnen door bewegende delen worden
gegrepen.
g) Als er stofafzuig- en -opvanginrichtingen
gemonteerd kunnen worden, controleer dan
of deze ook zijn aangesloten en of ze juist
worden gebruikt.
Door het gebruik van een stofafzuiging verkleint
u het gevaar door stof.
2.4 Gebruik en behandeling van de
machine
a) Voorkom overbelasting van het apparaat.
Gebruik voor uw werkzaamheden alleen
elektrisch gereedschap dat daarvoor is
bestemd.
Met het juiste elektrische gereedschap werkt
u beter en veiliger binnen het aangegeven
prestatiebereik.
b) Gebruik geen elektrisch gereedschap
waarvan de schakelaar stuk is.
Een elektrisch gereedschap dat niet meer in- of
uitgeschakeld kan worden, is gevaarlijk en moet
worden gerepareerd.
| 217 |