Michelin MB Manual De Uso página 39

INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK EN ONDERHOUD
VAN HET DRUKVAT
Het drukvat is bedoeld voor de opslag van perslucht of stikstof. Het
is voornamelijk ontworpen voor statische toepassingen. Er is geen
rekening gehouden met belastingen door wind, aardbevingen of de
reactiemomenten of krachten veroorzaakt door de aansluitingen of
leidingen. Om een veilige werking van het persluchtvat te garanderen,
moet het juiste gebruik ervan gegarandeerd zijn. De gebruiker dient
hiervoor als volgt te werk te gaan:
1) het vat op de juiste wijze gebruiken, binnen de druk- en
temperatuurgrenzen die op het typeplaatje en in het keuringsrapport
zijn aangegeven en die zorgvuldig moeten worden bewaard;
2) lassen aan het vat is verboden;
3) zich ervan vergewissen dat het vat is uitgerust met geschikte en
adequate veiligheids- en controlevoorzieningen en deze zo nodig
te vervangen door gelijkwaardige voorzieningen. Met name de
veiligheidsklep moet correct rechtstreeks op het drukvat worden
aangebracht, zonder de mogelijkheid van tussenkomst, het moet
een hogere afvoercapaciteit hebben dan de hoeveelheid lucht die
in het drukvat kan worden ingevoerd, het moet worden gekalibreerd
en loodrecht staan op de maximaal toelaatbare druk, die staat
aangegeven op het gegevensplaatje;
4) ervoor zorgen dat het vat nooit in slecht geventileerde ruimten
of aan warmtebronnen blootgestelde zones of in de nabijheid van
ontvlambare stoffen wordt geplaatst;
5) het drukvat met steunen voor trillingsdemping monteren om te
voorkomen dat het vat tijdens het gebruik wordt blootgesteld aan
schadelijke trillingen die tot vermoeidheidsscheuren kunnen leiden.
6) Corrosie moet worden voorkomen: afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden kan zich condenswater in de tank ophopen,
die dagelijks moet worden geleegd. Dit kan handmatig gebeuren
door de aftapkraan te openen of met behulp van de automatische
condensaatafvoer, indien op de tank gemonteerd. Tijdens het
onderhoud moet de gebruiker of een technicus van de klantenservice
periodiek de aanwezigheid van interne corrosie controleren en een
externe visuele controle uitvoeren. Als de ontvanger wordt gebruikt
met een olievrije compressor, of in een omgeving met een hoge
luchtvochtigheid, of onder ongunstige omstandigheden (slechte
ventilatie, corrosieve stoffen, ...), moeten de inspecties vaker worden
uitgevoerd. De wettelijke controles moeten worden uitgevoerd in
overeenstemming met de lokale wetten en regels waar de ontvanger
wordt gebruikt.
7) verstandig en voorzichtig te werk gaan, volgens de bestaande
voorschriften.
KNOEIEN AAN EN ONEIGENLIJK GEBRUIK VAN HET VAT ZIJN
VERBODEN.
De gebruikers moeten zich houden aan de in de betreffende landen
geldende wetten voor het gebruik van drukapparatuur.
NUTTIGE RAADGEVINGEN VOOR EEN GOEDE WERKING
– Voor een goede werking van de machine met een volledige
voortdurende lading bij maximum werkingsdruk, zich ervan
vergewissen dat de temperatuur van de werkingsomgeving in
gesloten omgeving niet hoger is dan +25°C.
– Men raadt aan de compressor te gebruiken met een maximum
werking van 70% in ÈÈn uur met volle lading, dit om een goede
werking van het product in de tijd toe te staan.
OSPLAG VAN DE VERPAKTE EN ONVERPAKTE COMPRESSOR
Zolang de compressor nog is verpakt, moet die worden opgeslagen
op een droge plaats bij een temperatuur tussen + 5° C en + 45°
C. Voorkom daarbij dat de compressor wordt blootgesteld aan
weersinvloeden. Zolang de compressor niet wordt gebruikt nadat
die is uitgepakt, bijvoorbeeld in afwachting van de ingebruikneming
of vanwege een onderbreking in de productie, moet die worden
beschermd met doeken, om te voorkomen dat stof op de mechanismen
terechtkomt. Indien de compressor langere tijd niet wordt gebruikt,
moet de olie worden ververst en de werking worden gecontroleerd.
PNEUMATISCHE VERBINDINGEN
Zich ervan vergewissen steeds pneumatische buizen te gebruiken
voor samengeperste lucht die gekenmerkt zijn door een maximum
druk aangepast aan die van de compressor. De buis niet trachten te
herstellen als ze beschadigd is.
WIJ BEHOUDEN HET RECHT EENDER WELKE VERANDERING
AAN TE BRENGEN, ZONDER VOORAFGAAND BERICHT, WAAR
NODIG.
39
NL