Bijslijpen Van De Draadsnijder; Regeling Van Het Minimumtoerental; Carburator; Stalling - Stiga B 26 J Manual De Instrucciones

Ocultar thumbs Ver también para B 26 J:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 179
8.5.1 Bijslijpen/uitbalanceren van het mes
Om veiligheidsredenen, raadt
men aan het slijpen en uitbalanceren
door een gespecialiseerd Centrum te
laten uitvoeren, die over de geschikte
bevoegdheid en werktuigen beschikt
om deze handeling uit te voeren, zonder
risico het mes te beschadigen en het
gebruik ervan onveilig te maken.
De messen met 3 punten kunnen aan
weerszijden gebruikt worden. Wanneer
een zijde van de punten versleten is,
kan het mes omgedraaid worden om
de andere zijde te gebruiken.
Wanneer beide zijden van de punten versleten
zijn, moet men deze laten bijslijpen.
Het zaagmes is niet omkeerbaar
en mag bijgevolg maar aan één
zijde gebruikt worden.
8.5.2 Vervanging van het mes
Het mes dient nooit gerepareerd te
worden, maar moet vervangen worden
zodra eerste sporen van breuk vastgesteld
worden of de vijllimiet overschreden is.
Zie hfdst. 4.5.3, hfdst. 4.5.4 voor de
verrichtingen voor de vervanging
8.5.3 Vervanging van de draad
van de draadhouder
Volg de volgorde die aangegeven is op (Afb 34).

8.6 BIJSLIJPEN VAN DE DRAADSNIJDER

1. Verwijder de draadsnijder (Afb. 33.A)
van de bescherming (Afb. 33.B), door de
schroeven los te draaien (Afb. 33.C).
2. Bevestig de draadsnijder (Afb. 33.A) vast
in een bankschroef en vijl met behulp
van een platte vijl. Zorg ervoor dat de
originele snijhoek behouden blijft.
3. Hermonteer de draadsnijder (Afb. 33.A)
op de bescherming (Afb. 33.B).
8.7 REGELING VAN HET
MINIMUMTOERENTAL
Als de snij-inrichting beweegt met
de motor op zijn minimumtoerental,
neem dan contact op met uw verkoper
om de motor goed af te stellen.

8.8 CARBURATOR

De carburator werd in de fabriek geregeld
met het oog op de beste prestaties in
alle omstandigheden, met een minimale
uitstoot van schadelijke gassen,
overeenkomstig de geldende normen.
In geval van schaarse prestaties, wendt
u zich tot de Verkoper voor een controle
van de brandstoftoevoer en de motor.

9. STALLING

BELANGRIJK De veiligheidsnormen die
tijdens de berging in acht genomen moeten
worden, zijn beschreven in par. 2.4. Neem
deze aanwijzingen strikt in acht om geen
ernstige risico's of gevaren te lopen.
Indien de machine langer dan 2-3 maanden
opgeborgen moet blijven, moeten een
aantal voorzorgsmaatregelen getroffen
worden om problemen te vermijden bij het
hervatten van het werk of om permanente
schade aan de motor te voorkomen.
Alvorens de machine op te bergen:
1. Ledig het brandstofreservoir in
open lucht en bij koude motor.
2. Start de motor en laat hem op het
laagste toerental draaien tot de stilstand,
zodat alle in het reservoir overgebleven
brandstof opgebruikt wordt.
3. Laat de motor afkoelen.
4. Haal de kap van de bougie (Afb. 18.H)
5. Reinig de machine zorgvuldig.
6. Controleer of de machine geen schade
vertoont. Contacteer, indien nodig,
het geautoriseerde dienstcentrum.
7. De machine opbergen:
– in een droge ruimte
– beschermd tegen slechte
weersomstandigheden
– met de bescherming van het
mes correct gemonteerd
– buiten bereik van kinderen.
– na zich ervan verzekerd te hebben
de sleutels of werktuigen die
NL - 17

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido