Voor Het Starten; De Motor Starten (Zonder Elektri- Sche Start) - Stiga SNOW BLIZZARD Instrucciones De Uso

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 61
NL
5.2

VOOR HET STARTEN

Controleer vóór gebruik de motorolie.
Start de motor niet voordat de olie voldoende is
bijgevuld. Zonder olie kan de motor ernstig be-
schadigd raken.
1. Zet de machine op een vlakke ondergrond.
2. Haal de peilstok (6) uit het reservoir en lees het oliepeil
af. Zie fig. 11.
3. Het oliepeil moet tussen de markeringen "ADD" en
"FULL" liggen.
4. Vul de olie indien nodig bij tot de markering FULL. Zie
fig. 11.
5. Gebruik een hoogwaardige olie aangeduid met A.P.I ser-
vice SF, SG of SH.
Gebruik SAE 5W30-olie. Gebruik SAE 10W30-olie voor
temperaturen onder -18 °C.
Gebruik geen SAE 10W40.
5.3
DE BENZINETANK VULLEN
Gebruik altijd loodvrije benzine. Voeg nooit mengsmering
voor tweetaktmotoren aan de benzine toe.
LET OP! Denk erom dat normale loodvrije benzine beperkt
houdbaar is. Koop niet meer benzine dan u binnen 30 dagen
gebruikt.
U kunt ook milieuvriendelijke benzine gebruiken, d.w.z. ge-
alkyleerde benzine. Dit type benzine heeft een samenstelling
die minder schadelijk is voor mens en milieu.
Benzine is uiterst brandbaar. Bewaar brandstof
altijd in een speciaal daarvoor bestemde tank.
Bewaar de benzine op een koele, goed geventileer-
de plaats - niet in huis. Bewaar de benzine buiten
het bereik van kinderen.
Vul alleen buitenshuis benzine bij en rook niet tij-
dens het bijvullen. Vul de tank voordat u de motor
start. Verwijder de vuldop nooit en vul de machine
nooit met benzine als de motor loopt of nog warm
is.
Vul de benzinetank niet helemaal tot aan de rand. Draai na
het vullen de vuldop stevig vast en veeg gemorste benzine
weg.
5.4
DE MOTOR STARTEN (ZONDER ELEKTRI-
SCHE START)
1. Zorg ervoor dat de koppelingshendels voor rijden en vij-
zel zijn uitgeschakeld. Zie 12, 13 in fig. 8.
2. Plaats de contactsleutel. Let erop dat de sleutel vastklikt.
Draai de sleutel niet!
3. Zet de choke in positie
motor is de choke niet nodig.
4. Druk 2 of 3 keer op de rubberen knop voor brandstofin-
spuiting (3 in fig. 9). Zorg ervoor dat de opening is afge-
dekt als de knop voor brandstofinspuiting wordt
ingedrukt. Opmerking: Gebruik deze functie niet als de
motor warm is.
5. Trek aan het startkoord totdat u een weerstand voelt. Start
de motor met een korte, felle ruk aan het startkoord.
6. Als de motor start, draait u de choke linksom totdat deze
volledig is geopend.
Laat de machine nooit binnenshuis draaien. De
uitlaatgassen bevatten koolmonoxide, een uiterst
giftig gas.
50
NEDERLANDS
. Opmerking: Bij een warme
Vertaling van de oorspronkelijke gebruiksaanwijzing
5.5
DE MOTOR STARTEN (MET ELEKTRISCHE
START)
1. Sluit de aansluitkabel aan op een geaard verlengsnoer.
Steek het verlengsnoer daarna in een geaard stopcontact
van 220/230 volt.
2. Zorg ervoor dat de koppelingshendels voor rijden en vij-
zel zijn uitgeschakeld. Zie 12, 13 in fig. 8.
3. Plaats de contactsleutel. Let erop dat de sleutel vastklikt.
Draai de sleutel niet!
4. Zet de choke in positie
motor is de choke niet nodig.
5. Druk 2 of 3 keer op de rubberen knop voor brandstofin-
spuiting (3 in fig. 9). Zorg ervoor dat de opening is afge-
dekt als de knop voor brandstofinspuiting wordt
ingedrukt. Opmerking: Gebruik deze functie niet als de
motor warm is.
6. De motor starten:
a. Druk op de startknop om de startmotor in te schakelen.
b. Laat de startknop los als de motor start en open de
choke door de hendel langzaam linksom naar positie
te draaien.
c. Sluit de choke direct als de motor begint te sputteren en
probeer deze vervolgens weer langzaam te openen.
d. Haal eerst het verlengsnoer uit het stopcontact. Verwij-
der daarna het verlengsnoer van de motor.
Opmerking: De elektrische startmotor is voorzien van
een overbelastingsbeveiliging. Bij oververhitting stopt de
motor automatisch. Herstarten is dan pas weer mogelijk
als de motor is afgekoeld, normaal gesproken na onge-
veer 5-10 minuten.
7. Als de motor start, draait u de choke linksom totdat deze
volledig is geopend.
Laat de machine nooit binnenshuis draaien. De
uitlaatgassen bevatten koolmonoxide, een uiterst
giftig gas.
5.6
VEILIGHEIDSTEST
Deze machine is uitgerust met een aantal mechanische vei-
ligheidssystemen, die speciaal zijn ontwikkeld voor de vei-
ligheid van de operator tijdens het gebruik van deze machine.
Na het starten en vóór het gebruiken van de machine is het
van essentieel belang om de onderstaande veiligheidstest uit
te voeren.
Als de machine niet naar behoren functioneert, GEBRUIKT
U DEZE NIET. Neem dan voor reparatie contact op met een
erkende dealer.
Vijzeltest
1. Laat de motor draaien.
2. Druk de vijzelhendel in zodat de vijzel begint te draaien.
3. Laat de vijzelhendel los. De vijzel moet binnen 5 secon-
den stoppen.
Rijtest
1. Laat de motor draaien met de versnellingshendel in de
eerste versnelling of de snelheidshendel op lage snelheid.
2. Druk de rijhendel in zodat de machine begint te bewegen.
3. Laat de rijhendel los. De machine moet stoppen.
. Opmerking: Bij een warme

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido