BESCHRIJVING VAN ONDERDELEN
VOOR INSTALLATIE VAN DE KOELKAST
Controleer voordat u uw koelkast op de netvoeding aansluit of de spanning op het typeplaatje van uw
apparaat overeenstemt met de spanning bij u thuis. Een andere spanning kan het apparaat beschadigen.
De stekker is de enige manier om het apparaat van de voeding te ontkoppelen, zorg dat deze altijd
makkelijk bereikbaar is. Om de voeding naar het apparaat te ontkoppelen, schakel het apparaat uit en
haal vervolgens de stekker uit het stopcontact.
Het apparaat moet geaard zijn. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die ontstaat door het
niet gebruiken van een aarding.
INSTALLATIE
Installeer het apparaat in een droge, goed geventileerde ruimte. Zorg dat de plaats waar het apparaat
wordt geïnstalleerd niet aan direct zonlicht wordt blootgesteld en dat het apparaat zich niet in de buurt
van een warmtebron, bijv. een kookfornuis, kachel, etc. bevindt.
Om voor voldoende ventilatie voor het apparaat te zorgen, zorg voor een vrije ruimte van 10 cm aan elke
kant van de behuizing.
Voor oneffen oppervlakken kunnen de voorste stelvoetjes op één lijn worden gebracht.
OMGEVINGSTEMPERATUUR
Dit apparaat is ontworpen om te werken in een omgevingstemperatuur tussen 16°C en 38°C. In een
ruimte met een lagere of hogere temperatuur zal het apparaat niet juist werken. Als de
omgevingstemperatuur gedurende een lange periode wordt overschreden, zal de temperatuur in de
1. Temperatuurregelaar met gloeilampgedeelte
2. Schappen
3. Deksel voor groentebak
4. Groentebak
5. Stelvoetjes
6. Deurschappen
7. Deurschap voor flessen
8
NL