STAP 7
AANBEVELINGEN!
– De meegeleverde PVC-voedingskabel dient uitsluitend voor
de functioneringstesten en voor de programmering.
De definitieve aansluiting van de automatisering op het elektri-
citeitsnet en de vervanging van de bijgeleverde kabel mag uit-
sluitend door een bevoegde en ervaren elektricien worden ver-
richt met inachtneming van de veiligheidsregels zoals die in
dat gebied van kracht zijn en de aanwijzingen in het kader
"Werkzaamheden die aan een bevoegde technicus zijn
voorbehouden".
– De vervangingskabel moet geschikt zijn voor buitengebruik
zoals bijvoorbeeld de kabel H07RN-F. Bovendien moet de
kabel worden beschermd tegen stoten door middel van een
met een beschermende en isolerende leiding.
Voor het uitvoeren van werkingstests en het programmeren van de auto-
matisering, zet u de besturingseenheid onder stroom door de stekker
van de meegeleverde voedingskabel in een elektrisch stopcontact
(afb. 40) te steken. Als het stopcontact zich ver van de automatisering
bevindt, kunt u in deze fase een verlengsnoer gebruiken.
EERSTE INBEDRIJFSTELLING EN CONTROLE VAN DE ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN
STAP 8
LET OP! – Alle hieronder in deze handleiding beschreven handelin-
gen zullen worden verricht op elektrische circuits die onder stroom
staan; de manoeuvres kunnen dus gevaarlijk zijn! Let bij het werk
dus goed op!
Nadat u de besturingseenheid (afb. 50) onder spanning hebt gezet, zullen
de rode en de groene led (afb. 41) eventjes gaan knipperen.
Na afloop van deze fase, zal de rode led met een regelmatig ritme gaan
knipperen. Dit betekent dat de besturingseenheid correct functioneert.
41
Rode led "L1"
Toets "P1"
18 – Nederlands
AANSLUITING VAN DE STROOMVOORZIENING
Groene led "L2"
40
Let op! – Als de rode led niet knippert zoals hier beschreven is, is
het raadzaam de elektrische stroomtoevoer naar de besturingseen-
heid te onderbreken en de verrichte aansluitingen nauwkeuriger te
controleren (raadpleeg ook het hoofdstuk "Wat te doen als...").