01. Op de NIEUWE zender: houd tenminste 5 seconden de toets inge-
drukt die u in het geheugen wilt opslaan en laat hem daarna los.
02. Op de OUDE zender: druk langzaam 3 maal op de toets met de
instructie die u op de andere zender in het geheugen wilt opslaan.
03. Op de NIEUWE zender: druk 1 maal op dezelfde toets als die welke
u op punt 01 hebt ingedrukt.
12 – WISSEN VAN GEGEVENS UIT HET
GEHEUGEN VAN DE BESTURINGSEENHEID
Het is mogelijk de gegevens te wissen, die zich in het geheugen van de
besturingseenheid bevinden, waarbij u enkele gegevens of alle gegevens
wist. Hiervoor kunt u de volgende procedures gebruiken:
• Wissen van een instructie in een reeds in het geheugen opgeslagen
zender
• Wissen van andere gegevens die in het geheugen van de bestu-
ringseenheid zijn opgeslagen
Wissen van een instructie
in een reeds in het geheugen opgeslagen zender
Met onderstaande procedure is het mogelijk een afzonderlijke aan een
toets op de zender gekoppelde instructie uit het geheugen van de bestu-
ringseenheid te wissen.
N.B. – Tijdens de procedure blijven de rode en de groene led ononder-
broken branden.
01. Houd de toets "P1" op de besturingseenheid langer dan 10 secon-
den ingedrukt: eerst gaat de groene led branden, na 5 seconden
gaat de rode led aan en tenslotte beide, ten teken dat de besturings-
eenheid de modus "wissen van het geheugen" is binnengegaan (LET
OP! – laat toets "P1" niet los!).
02. Zonder toets "P1" los te laten, drukt u op de toets van de zender die
u wilt wissen: als de besturingseenheid deze handeling herkent, knip-
pert de groene led één maal kort en, pas nu, kan de toets "P1" en de
toets op de zender worden losgelaten.
Wissen van andere gegevens die in het
geheugen van de besturingseenheid zijn opgeslagen
Met onderstaande procedure is het mogelijk verschillende soorten opge-
slagen gegevens uit het geheugen van de besturingseenheid te wissen,
zoals die in tabel 4 zijn weergegeven.
N.B. – Tijdens de procedure blijven de rode en de groene led ononder-
broken branden.
01. Houd de toets "P1" op de besturingseenheid langer dan 10 secon-
den ingedrukt: eerst gaat de groene led branden, na 5 seconden
gaat de rode led aan en tenslotte beide, ten teken dat de besturings-
eenheid de modus "wissen van het geheugen" is binnengegaan. Laat
daarna de toets los.
02. Kies met behulp van tabel 4 het type gegevens dat u wilt wissen en
druk net zo veel maal op toets "P1" als het aantal tussen haakjes
aangeeft (telkens als er op de toets "P1" wordt gedrukt, knippert de
groene led één maal).
03. Vijf seconden nadat er voor de laatste maal op toets "P1" is gedrukt
gaan beide leds (rood en groen) snel knipperen, als het wissen tot
een goed einde is gekomen, (= geheugen gewist!).
N.B. – Voordat wissing daadwerkelijk plaatsvindt, is er een marge van
5 seconden,waar u de genomen beslissing nog kunt terugdraaien; in
die tijd kunt u de procedure verlaten zonder enig gegeven te wissen
door 5 maal op de toets "P1" te drukken.
BELANGRIJK! – Na het uitwissen van het "Geheugen van de Openings-
en Sluitposities" en van het "TOTALE Geheugen", dient u opnieuw de
procedure 9.1 uit te voeren – "Opslag in het geheugen van de inrich-
tingen die met een Bus-kabel zijn aangesloten en van de Sluit- en
Openingseindpunten van de vleugel".
22 – Nederlands
TABEL 4
• Geheugen van de waarden van de optionele functies (= 1 maal
drukken)
• Opslag in het geheugen van de posities "Sluiten" en "Openen"
(= 2 maal drukken)
• Geheugen van de zenders (= 3 maal drukken)
• GEHELE geheugen (= 4 maal drukken) NB. – wist in één maal de
drie eerste geheugens
13 – EINDTEST EN INBEDRIJFSTELLING
VAN DE AUTOMATISERING
Na uitvoering van alle programmeerfasen, met inbegrip van de afstellin-
gen, is het noodzakelijk de in het kader "Werkzaamheden die aan een
bevoegde technicus zijn voorbehouden" aangegevene werkzaamhe-
den van eindtest en inbedrijfstelling te verrichten om de automatisering in
bedrijf te stellen.
14 – INSTALLEREN EN AANSLUITEN VAN EEN
BUFFERBATTERIJ
Na uitvoering van de eindtest en de inbedrijfstelling, is het mogelijk een
bufferbatterij mod. MB te installeren en aan te sluiten, indien de installatie
hiervan voorzien is. Dient u STAP 6.5 te raadplegen.