Meegeleverde Materialen - Carrier 42 DW Serie Manual De Instalación

Unidades fan-coil “hydronic global satellite”
Ocultar thumbs Ver también para 42 DW Serie:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 40
Meegeleverde materialen, Montage

Meegeleverde materialen

• Voorpaneel met voorgestanste openingen voor aansluiting
kanalen + extra schroeven (Fig. 15.)
• Boormal
• Montage-instructies
• Elektrische schema's
Voorafgaand aan de montage
Fig. 16.
• Transporteer de unit bij voorkeur in de verpakking naar de plaats
van opstelling.
• Geen gereedschap of gewichten op de verpakking van de
eenheid zetten.
Belangrijk: Verplaats de eenheid niet door hem aan de
condensafvoerbuis of aansluitingen op te tillen
• De installatie van de eenheid wordt vergemakkelijkt door het
gebruik van een heftoestel dat tot 1500 - 1800 mm onder het
plafond komt.
• Zorg voor geschikte schokbrekers om de overbrenging van
trillingen en geluid tegen te gaan.
Belangrijk: Zorg ervoor dat alle panelen van de eenheid goed
vastzitten alvorens de eenheid te verplaatsen. Ga zorgvuldig
te werk bij het optillen en laten zakken van de eenheid. Til hem
aan alle 4 de hoeken op.
• De 42DW units zijn ontworpen voor kanaalaansluiting boven een
verlaagd plafond.
Wordt de unit niet op een kanaal aangesloten dan dient een
beschermrooster in de uitblaasopening te worden aangebracht
volgens de plaatselijke voorschriften
• Normaal gesproken wordt de unit gemonteerd op een hoogte van
minimaal 2,5 m boven de grond.
• Wanneer de unit echter is geconfigureerd voor luchtintrede aan
de achterkant, dan kan hij worden geïnstalleerd op een hoogte
tussen 2,2 m en 2,5 m boven de grond. In dit geval moet een
aanzuigkanaal met een lengte van minimaal 250 mm worden
aangesloten.
• Houd rondom de eenheid voldoende ruimte vrij voor het
onderhoud en voor een vrij luchtcirculatie (Fig. 17)
Montage van de unit
Fig. 18.
Belangrijk: de unit moet volledig waterpas hangen.
Breng 4 draadstangen (M8) aan op de juiste onderlinge afstand
van het plafond en het andere uiteinde door de openingen in de
ophangbeugels aan de zijkanten van de unit. Breng de
trillingdempers, de ringen en moeren op hun plaats en draai de
moeren goed vast totdat de unit goed vastzit en waterpas hangt.
Als er voldoende ruimte is kan er een rubber of neopreen isolatie
tussen het plafond en de unit worden aangebracht.
Fig. 19.
Breng hierna:
• het verlaagde plafond op zijn plaats;
• een verwijderbaar paneel aan, om later onderhoud te kunnen
plegen;
• in het verlaagde plafond roosters van de juiste afmetingen aan
voor aanzuiging van de retourlucht.
Condensaatafvoer
Belangrijk: til de unit niet op aan de condensaatafvoerleiding.
Alle units hebben een ingebouwde condensaatafvoerbak met een
afvoeraansluiting van Ø 21 mm uitwendig. Daarop moet een
condensaatafvoerleiding met sifon worden aangesloten. Hierbij
moeten de volgende aanwijzingen worden opgevolgd:
• Gebruik een leiding van gegalvanseerd staal,koper of
PVC.Gebruik geen gewone tuinslang.
• Gebruik materiaal dat absoluut waterdicht is.
• Bij toepassing van onbuigzaam materiaal moet er een flexibele
koppeling in de afvoerleiding worden aangebracht om mogelijke
trillingen op te vangen.
• De afvoerleiding moet altijd lager liggen dan de aansluiting zelf en
moet op afschot worden gelegd om condensaatafvoer te
vergemakkelijken (Fig. 20).
• Als er vorst verwacht wordt, dient de afvoerbuis beschermd
worden tegen bevriezen. In dit geval dient er een
verwarmingskabel aangebracht worden op de afvoeraansluiting,
die onafhankelijk is van de voeding van de eenheid en in werking
dient te treden voordat de temperatuur onder 0°C komt.
LET OP: Gebruik geen boor op de basis van de eenheid zodat
de bak niet beschadigd raakt of er gaten in komen.
Giet een paar liter water in de condensaatafvoerbak en controleer
of dit goed wegloopt. Is dat niet het geval, controleer dan het
afschot van de leiding en controleer op verstoppingen.
Configuratie van de aanzuiging
Belangrijk: de Units met luchtintrede aan de achterzijde
(fabrieksconfiguratie) moeten worden gemonteerd op een
hoogte van minimaal 2,5 m boven de grond.
Bij het verlaten van de fabriek heeft de unit de luchtaanzuiging aan
de achterkant (Fig. 21).
Bij het verlaten van de fabriek heeft de unit de luchtaanzuiging aan
de achterkant (Fig. 22/23).
Luchtintrede aan de onderkant is mogelijk door eenvoudig de
panelen A en B te verwisselen (Fig. 24).
Neem de volgende maatregelen, om beschadiging van onderdelen
van de unit te vermijden: verwijder het filter (Fig. 25).
Let er tijdens het plaatsen van het achterpaneel op dat de isolatie
van de leidingen niet worden beschadigd door de randen van de
panelen. Breng tenslotte het filter weer aan (Fig. 26).
Configuratie van de luchtuittrede
De Carrier 42DW kan de lucht aan de voorkant of de zijkant
uitblazen.
Montage met luchtuittrede aan de voorkant
De standaard fabrieksconfiguratie is met voor luchtuittrede aan de
voorkant en aansluiting op rechthoekige kanalen.
42 DW
45

Hide quick links:

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido