KENMERKEN VAN DE METING VAN DE STROOMSTERKTE
Eigenschappen met klem 714P.200
Weergavebereik
Gespecificeerd meetgebied
Resolutie
Intrinsieke fout (bij nulcorrectie)
Werkingsgebied
frequentie
Nulcorrectie bij DC
Bij meer dan 200 A DC verschijnt op het display "-OL" of "+OL" afhankelijk van de
polariteit van de gemeten stroom.
Bij meer dan 200 A piek (AC) verschijnt op het display "OL".
Specifieke eigenschappen in MIN/MAX-modus:
Invangtijd van de extremen: ongeveer 100 ms, weergegeven om de 400 ms.
Specifieke eigenschappen in PEAK-modus:
Intrinsieke fout: 10% L + 5 pt.
Invangtijd van de PEAK-waarde: 1 à 4 ms afhankelijk van de PEAK-waarde.
Meting van de stroomsterkte met om het even welke klem van 1mV/A
De werkwijze is identiek met de werkwijze die werd beschreven voor meting met klem
714P.200, behalve dat de aanwezigheid van de klem niet wordt aangegeven.
Eigenschappen met om het even welke klem van 1mV/A
Onderstaande tabel geeft alleen de precisie van het toestel weer, ervan uitgaande dat de
op het toestel aangesloten klem een overdrachtsverhouding heeft van 1mV/A voor een
directe aflezing.
Om de gecombineerde fout van de meting te bekomen moet men de fout van de gebruikte
klem optellen bij die van het toestel.
Weergavebereik
Gespecificeerd meetgebied
Resolutie
Intrinsieke fout (met nulcorrectie)
(alleen het toestel)
Ingangsimpedantie
Werkingsgebied
frequentie
Nulcorrectie bij DC
38
40,00 A
0,02-39,99 A DC
0,15-39,99 A AC
10 mA
2% L + 2 pt
10 tot 5000 Hz
Tot ± 6 A
400,0 A
0,2 - 399,9 A DC
0,5 - 399,9 A AC
100 mA
400,0 A
40,00-170,0 A
170,0-200,0 A
piek of DC
piek of DC
100 mA
4000 A
400 - 1400 A
piek of DC
1 A
1%L +2 pt
300 kΩ
10 tot 1000 Hz
Tot ± 30 A
5% L