Descargar Imprimir esta página

De Bypass Beëindigen; Het Bloed Na Beëindiging Van De Bypass Opvangen; Gebruik Van Het Cardiotomiereservoir Voor Postoperatieve Autotransfusie; De Oxygenator Vervangen - SORIN GROUP D905 EOS Instrucciones Para El Uso

Ocultar thumbs Ver también para D905 EOS:

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 23
aansluiting wordt vermeden.
3) VENEUZE MONSTERNEMING
a)
Draai de keuzeschakelaar van het monsternemingssysteem in de "V-SAMPLE
PURGE" stand.
b)
Steek een spuit in de female luer aansluiting waar "SAMPLE PORT" op staat.
c)
Zuig het bloedmonster aan en tap het een paar maal af alvorens over te gaan
tot het analyseren van het veneuze monster. Deze dubbele handeling
(aanzuigen en aftappen) is mogelijk terwijl de keuzeschakelaar in dezelfde
stand wordt gehouden.
4) INJECTIE VAN GENEESMIDDELEN
a)
Draai de keuzeschakelaar van het monsternemingssysteem in de "DRUGS
INJECTlON" stand.
b)
Steek een spuit met het geneesmiddel in de female luer aansluiting waar
"DRUGS PORT" op staat en injecteer de vloeistof.
c)
Draai de keuzeschakelaar van het monsternemingssysteem in de "A-V
SHUNT" stand. Het systeem wordt automatisch doorgespoeld en het
geneesmiddel stroomt in de veneuze lijn.
5) RECIRCULATIE MET LAGE FLOW
(Hypothermie gepaard met circulatiestilstand).
a)
Verlaag de gasflow tot een waarde van minder dan 500 ml/min.
b)
Open de recirculatielijn (hendel van de recirculatie-/aftaplijn in de stand
"RECIRCULATION") en sluit de inlaatlijn van het veneuze reservoir (fig. 2, ref.
15) af.
c)
Verlaag de snelheid van de arteriële pomp tot een waarde van 2000 ml/min.
d)
Sluit de arteriële lijn van de oxygenatiemodule af (fig. 2, ref. 7).
e)
Recirculeer met maximaal 2000 ml/min gedurende heel de duur van de
circulatiestilstand.
f)
Om de bypass na de circulatiestilstand opnieuw te starten, moet u de veneuze
lijn en de arteriële lijn openen en de bloedflow langzaam verhogen.
g)
Sluit de recirculatielijn (de hendel in de horizontale "CLOSE" stand) af.
h)
Stel de gasflow bij.
6) BEHEER VAN HET VENEUZE EN HET
CARDIOTOMIERESERVOIR
Zoals vermeld in de beschrijving (paragraaf A), is het mogelijk het
cardiotomiereservoir van de D 905 EOS te scheiden van het veneuze reservoir.
Deze scheiding wordt verkregen door de verbindingsklep aan de bovenkant van het
cardiotomiereservoir omlaag te zetten. Deze optie wordt geadviseerd als de
vloeistof die van de zuigers afkomstig is gescheiden moet worden van het veneuze
bloed om:
a)
vernietigd te worden
b)
apart te worden verwerkt
Indien u vuloplossing rechtstreeks aan het veneuze reservoir wilt toevoegen dan
moet u gebruik maken van de aansluiting "Cardiotomy Bypass Port" (fig. 2, ref. 16).
Als de verbindingsklep omhoog staat gedraagt het hard shell reservoir zich als een
normaal veneus reservoir.
VOOR HULPMIDDELEN MET EEN ZELFAFSLUITENDE KLEP:
- De zelfafsluitende veiligheidsklep is een veiligheidssysteem om te
voorkomen dat er lucht naar de patiënt gaat indien het veneuze reservoir
plotseling wordt geleegd. De klep werkt met flows van 1 tot 5 l/min.
Het feit dat de zelfafsluitende veiligheidsklep aanwezig is ontslaat degene
die de perfusie uitvoert niet van een zorgvuldige controle van het peil in het
veneuze reservoir.
Indien het veneuze reservoir tot bijzonder lage niveaus en/of met lagere
flows geleegd wordt is grotere oplettendheid geboden.
- In geval van een ontoereikende veneuze retourflow kan de zelfafsluitende
veiligheidsklep het begeven, in dat geval kan er door de daaruit
voortvloeiende negatieve druk gas aan het bloed onttrokken worden indien
de arteriële pomp niet onmiddellijk wordt stopgezet. Om de lucht die in de
oxygenator terecht is gekomen te laten ontsnappen moet u als volgt te
werk gaan:
1) Schakel de gasflow uit.
2) Stop de arteriële pomp.
3) Sluit de arteriële lijn af.
4) Herstel de veneuze retourflow totdat er een voldoende hoe veelheid bloed
in het veneuze reservoir zit.
5) Sluit de veneuze lijn af.
6) Open de kraan van de recirculatie-/aftaplijn circa een minuut lang op een
flow van 2000 ml/min totdat de lucht volledig uit het systeem is ontsnapt.
7) Start de bypass daarna opnieuw door de arteriële en de veneuze lijn te
openen.
8) Sluit de recirculatie-/aftaplijn.
9) Schakel de gasflow weer in.
7) DE LUCHT CONTINU LATEN ONTSNAPPEN
Als u de kraan van de recirculatie-/aftaplijn in de horizontale "PURGE" stand laat
staan is het mogelijk de lucht tijdens de bypass continu uit de oxygenatiemodule te
laten ontsnappen. Onder deze omstandigheden en bij een maximale arteriële
bloedflow, is de aftapflow naar het veneuze reservoir slechts enkele ml/min.
I. DE BYPASS BEËINDIGEN
Dit moet op basis van de individuele toestand van de patiënt gedaan worden. Handel zoals
hieronder beschreven:
1)
Schakel de gasflow uit.
2)
Schakel de warmtecirculatiepomp uit.
3)
Verlaag de snelheid van de arteriële pomp langzaam tot nul en sluit tegelijkertijd de
veneuze lijn af.
4)
Sluit de arteriële lijn af.
5)
Open de recirculatielijn.
6)
Verhoog de snelheid van de pomp tot een flow van 2000 ml/min.
7)
Als het bloed van de afzuigers gescheiden wordt:
a)
verwijder de pos-lock op de aansluitsleutel (fig. 2, ref. 5) en sluit het
verloopstuk D 523C (dat bij het product geleverd wordt) aan
b)
vang het in het cardiotomiereservoir verzamelde bloed op met een machine
voor zelftransfusie die met het verloopstuk is verbonden met een lijn van 1/4"
c)
was het opgevangen bloed en breng het vervolgens weer terug in de patiënt.
- Als de extracorporele circulatie daarna opnieuw gestart moet worden dan moet er
een minimum bloedflow in de D 905 EOS gehouden worden (max. 2000 ml/min).
- Schakel de warmtecirculatiepomp tijdens de recirculatie niet uit.
- Controleer of het eventuele systeem dat op de coronaire uitlaataansluiting is
aangesloten naar behoren afgesloten is.
J. HET BLOED NA BEËINDIGING VAN DE BYPASS
OPVANGEN
1)
Vang zoveel mogelijk bloed uit de veneuze lijn op in het veneuze reservoir, zodra de
chirurg de canules uit de vena cava van de patiënt heeft gehaald.
2)
Voer bloed in de aorta-canule toe afhankelijk van de individuele toestand van de
patiënt en laat het niveau in het veneuze reservoir langzaam zakken.
3)
Als het veneuze reservoir bijna leeg is moet u de arteriële pomp stoppen en de
arteriële lijn afsluiten.
K. GEBRUIK VAN HET CARDIOTOMIERESERVOIR
VOOR POSTOPERATIEVE AUTOTRANSFUSIE
Voor de postoperatieve autotransfusie door middel van het veneuze reservoir moet u op de
hieronder beschreven wijze handelen:
1.
Koppel de recirculatie-/aftaplijn los.
2.
Scheid het veneuze reservoir van de oxygenatiemodule door de witte haak los te
maken.
3.
Plaats het veneuze reservoir op de houder voor "postoperatieve borstkasdrainage",
art. nr. 05039 en maak gebruik van één van onderstaande kits die als optie
verkrijgbaar zijn waarbij u de betreffende gebruiksaanwijzing moet lezen:
-
D 540 AUTOTRANSFUSIEOMSCHAKELKIT artikelnr. 05053;
-
D 540 W AUTOTRANSFUSIEOMSCHAKELKIT, uitgerust met een waterklep,
artikelnr. 05062.
4.
Als u de hele capaciteit van het reservoir wilt gebruiken, moet de verbindingssleutel
(fig. 2, ref. 5) geblokkeerd worden met de rode klem in de bij het product geleverde
convenience kit.
L. DE OXYGENATOR VERVANGEN
Tijdens de perfusie moet er altijd een reserveoxygenator aanwezig zijn. Nadat het medische
hulpmiddel zes uur met bloed is gebruikt of indien er zich dusdanige situaties voordoen
waardoor naar de mening van degene die verantwoordelijk is voor de perfusie de veiligheid
van de patiënt in gevaar wordt gebracht (ontoereikende prestaties van de oxygenator,
lekkages, abnormale bloedparameters enz.) moet het medische hulpmiddel vervangen
worden zoals hieronder aangegeven.
Pas tijdens de gehele vervangingsprocedure steriele technieken toe.
Vervanging van de oxygenator en van het EOS DUAL RESERVOIR
1)
Schakel de gasflow uit.
2)
Sluit de veneuze lijn door het plaatsen van twee klemmen (op 5 cm afstand van
elkaar).
3)
Stop de arteriële pomp en sluit de arteriële lijn door het plaatsen van twee klemmen
(op 5 cm afstand van elkaar) in de buurt van de oxygenator.
4)
Stop de waterflow naar de warmtewisselaar, sluit de waterlijnen af en verwijder ze.
5)
Verwijder de gaslijn, alle monitoring- en monsternemingslijnen.
6)
Snijd de veneuze retourlijn en de arteriële lijn tussen de beide klemmen door en laat
een voldoende lange slang over voor de volgende aansluiting.
7)
Haal de D 905 EOS uit de houder en het pompsegment uit de arteriële pomp.
8)
Plaats de D 905 EOS opnieuw op de houder. Sluit alle lijnen aan (de veneuze lijn op
het veneuze reservoir, de arteriële en de gaslijn op de oxygenator, de pomplijn op het
veneuze reservoir en de oxygenator).
NL - NEDERLANDS
41

Publicidad

loading