Warmte-instel‐
Gebruik om het volgende te
ling
doen:
3 - 4
Stoom groenten, vis, vlees.
4 - 5
Stoom aardappelen.
4 - 5
Bereid grotere hoeveelheden voedsel,
stoofschotels en soepen.
6 - 7
Zachtjes bakken: escalope, kalfsvlees
cordon bleu, cutlets, rissoles, worstjes,
lever, roux, eieren, pannenkoeken, do‐
nuts.
7 - 8
Zware friet, hash browns, lenden‐
steaks, steaks.
9
Kook water, kook pasta, braadvlees (goulash, stoofvlees), frietjes bakken.
Grote hoeveelheden water koken. PowerBoost is ingeschakeld.
7.6 Aanwijzingen en tips voor de
Voedselsensor
Voor functies zoals Kook- En
Bakassistent en Sous-videkunt u
alleen de Voedselsensor aan de
linkerkant van de kookplaat
gebruiken. Met de Thermometer-
functie kunt u de Voedselsensor
ook aan de rechterkant van de
kookplaat gebruiken.
Om een sterke verbinding (
de Voedselsensor en de kookplaat te
verzekeren:
Voor vloeistoffen
• Dompel de Voedselsensor onder in de
vloeistof, binnen het aanbevolen
onderdompelingsbereik. De markering
van het minimumniveau moet worden
bedekt.
• Plaats de Voedselsensor op de rand van
de pot. Houd die indien mogelijk in de
verticale positie. Zorg ervoor dat de punt
ervan in contact komt met de bodem van
de pot. Het handvat van de
Voedselsensor moet altijd buiten de pot of
pan liggen.
86
NEDERLANDS
,
) tussen
• Als u de Voedselsensor aan de linkerkant
Tijd
Aanwijzingen
(min)
20 - 45
Voeg een paar eetlepels vocht toe.
20 - 60
Gebruik max. ¼ l water voor 750 g
aardappelen.
60 - 150
Tot 3 liter vloeistof plus ingrediënten.
indien no‐
Halverwege de bereidingstijd omdraai‐
dig
en.
5 - 15
Halverwege de bereidingstijd omdraai‐
en.
van de kookplaat wilt gebruiken, zorg er
dan voor dat deze zich in de buurt van het
midden van de kookplaat bevindt, op een
positie van 1 - 3 uur. Als u het aan de
rechterkant wilt gebruiken (met de
Thermometer-functie), zorg er dan voor
dat het op een positie van 9 - 11 uur wordt
geplaatst. Zie de illustratie hieronder.