1 Slangkoppeling
2 Draadbus
3 Klemring
4 Knikbescherming
5 Zuigslang voor de bediener
Klemring en draadbus op de zuigslang
voor de bediener monteren en in de
slangkoppeling steken.
Totaaloverzicht
1 Zuigslang bediener met geribbelde
knikbescherming
2 Slangkoppeling
3 Zuigslang met dubbele mantel
Montage-instructie
De geribbelde knikbescherming moet
aan de slangkoppeling en niet aan de
autosproeier zijn gemonteerd.
Slanglengte ter plaatse aanpassen. Bij
geplaatste autosproeier mag de zuig-
slang bediener niet op de bodem liggen
en moet t.o.v. de bodem een minimum-
afstand van 5 cm hebben.
Indien nodig de lengte van de zuigslang
met dubbele mantel aanpassen.
1 Mes
2 Zuigslang met dubbele mantel
3 Opname autosproeier
4 Zuigmond
Vergrendelingen aan de opname auto-
sproeier indrukken.
Autosproeier verwijderen.
Opname autosproeier erop schroeven.
Zuigslang met dubbele mantel met een
mes inkorten.
– 6
NL
77