NEDErLANDS
GEBrUIK
Lichte tot gemiddelde plantaire ulcera en laesies
LEt oP
1.
Dit product is niet geschikt voor warmte- en/of koudebehandeling.
2.
Dit product is ontworpen voor de behandeling van ulcera die zich
op het plantaire gedeelte van de voet bevinden. Dit product mag
niet worden gebruikt bij patiënten met botdeformiteiten.
3.
Dit product is ontworpen en getest voor eenmalig gebruik.
Hergebruik van dit product wordt afgeraden.
4.
Het is aan de voorschrijvende arts om te beslissen of dit product
moet worden gebruikt.
5.
Aanpassingen van dit product mogen uitsluitend worden
uitgevoerd door de arts die dit product voorschrijft. De
zeskantjes mogen alleen worden verwijderd en veranderd als de
voorschrijvende arts dit instrueert.
6.
De Active Offloading™ binnenzool mag uitsluitend in combinatie
met deze schoen worden gebruikt.
7.
Als het aangetaste gebied zo groot is dat ontlasting en
drukvermindering niet mogelijk is, mag dit product niet worden
gebruikt.
8.
Snijd de hoeken van de zeskantjes rond het open gebied af om
te voorkomen dat er zeskantjes in het open gebied afbreken. Dit
mag alleen worden uitgevoerd door of onder toezicht van de
voorschrijvende arts.
9.
Het is de verantwoordelijkheid van de voorschrijvende arts om
de vooruitgang van de patiënt in de gaten te houden. Zorg ervoor
dat de patiënt circulatiecontroles uitvoert. Als er circulatieverlies
optreedt of als de schoen te strak aanvoelt, maak dan de
sluitbanden los en verstel de schoen totdat deze comfortabel
aanvoelt. Als het ongemak aanhoudt, moet de patiënt onmiddellijk
contact opnemen met de voorschrijvende arts.
FotoBIjSCHrIFtEN
A.
Verwijderbaar teenstuk
B.
Sluitflap
C.
Buitenzool met schommelonderzijde
D.
Binnenzool met zeskantjes
E.
Hielstuk
F.
Vulstuk van de enkelband
G.
Enkelsluitband
H.
Tong teenstuk
AANLEGINStrUCtIES
1.
Verwijder de binnenzool met de zeskantjes en het teenstuk uit de
schoen. Verwijder het teenstuk van de binnenzool.
2.
Plaats de binnenzool terug in de schoen. Zorg ervoor dat de
binnenzool goed in het midden is geplaatst en dat er geen opening
tussen de binnenzool en het hielstuk ontstaat. De binnenzool moet
goed zijn geplaatst om nauwkeurig te kunnen markeren.
3.
Dek het aangetaste gebied af met tape of verbandgaas. Markeer
de tape of het verband met een markeermiddel. Voorbeelden van
markeermiddelen zijn jodium of lippenstift.
4.
Plaats de voet in de schoen, met de hiel het eerst. Bevestig de
enkelbanden en flappen. Laat de patiënt staan zodat de zeskantjes
goed gemarkeerd worden. De hiel moet comfortabel tegen het
23