11.2 Indirect flitsen met een reflectie-
Door indirect te flitsen met de ingebouwde
reflectiekaart
lichtjes in de ogen worden verkregen:
• Zwenk de reflectorkop 90° naar boven.
• Trek de reflectiekaart
• Houd de reflectiekaart
x
12 Flitssynchronisatie
12.1 Automatische sturing naar de flits-
Afhankelijk van de camera en de daarop
ingestelde camerafunctie wordt, zodra de flit-
ser opgeladen is de belichtingstijd omge-
schakeld naar de flitssynchronisatietijd
(zie de gebruiksaanwijzing van de camera).
Kortere tijden dan de flitssynchronisatietijd
kunnen niet worden ingesteld, c.q. worden
naar de flitssynchronisatietijd omgescha-
keld. Sommige camera's hebben een
synchronisatiebereik van bijv. 1/60 s. tot
1/250 s. (zie de gebruiksaanwijzing van de
camera). Welke synchronisatietijd de camera
dan instelt hangt af van de er op ingestelde
functie, van de helderheid van de omgeving
128
kaart
kunnen bij personen spits-
samen met de
groothoekdiffusor
boven uit de reflector-
kop naar voren.
vast en schuif de
groothoekdiffusor
terug in de reflector-
kop.
synchronisatietijd
en van de brandpuntsafstand van het
gebruikte objectief.
Langere belichtingstijden dan de flitssyn-
chronisatietijd kunnen, afhankelijk van de
camerafunctie en gekozen flitssynchronisatie
wel worden gebruikt.
Bij camera's met een centraalsluiter is er
geen flitssynchronisatietijd en bij de syn-
chronisatie op korte belichtingstijden (zie
6.4) wordt niet automatisch naar de flitssyn-
chronisatietijd omgeschakeld. In die gevallen
kan met alle belichtingstijden worden
geflitst. Als u de volle energie van de flitser
nodig heeft kunt u beter geen kortere tijd dan
1/125 s. kiezen.
12.2 Normale synchronisatie
Bij de normale synchronisatie wordt de flits
aan het begin van de belichtingstijd ontsto-
ken (= synchronisatie bij het opengaan van
de sluiter). Deze normale synchronisatie is
de standaardfunctie en wordt door alle came-
ra's uitgevoerd. Hij is geschikt voor de mee-
ste flitsopnamen. De camera wordt, afhanke-
lijk van de er op ingestelde camerafunctie de
ingestelde belichtingstijd naar de flitssyn-
chronisatietijd omgeschakeld.
Gebruikelijk zijn tijden tussen 1/30 sek. en
1/125 sek. (zie de gebruiksaanwijzing van de
camera).
Op de flitser verschijnt er voor deze functie
geen aanduiding.