Toepassingsspecifieke Configuratie Instellen; Tijdens Het Gebruik - Dräger Pulsar 7000 Serie Instrucciones De Uso

8. Nulpuntafstelling op de ontvanger uitvoeren:
®
a. Op het HART -handbedieningsapparaat in het hoofdmenu 5 / Maintenance selecteren.
b. In het menu 5 / Maintenance het punt 6 Zeroing selecteren.
Het gaswaarschuwingssysteem voert de nulpuntafstelling van het 4 mA-meetsignaal uit. Het onderhoudssignaal wordt
uitgegeven bij de 4 tot 20 mA-interface. De gele en groene LEDs op de ontvanger knipperen afwisselend.
Als de nul. Als is afgesloten, wordt Zeroing status: Completed successfully weergegeven. Het gaswaarschuwingssysteem
schakelt naar de meetmodus.
9. Werking met testgasfolies controleren:
®
a. Op het HART -handbedieningsapparaat in het hoofdmenu 5 / Maintenance selecteren.
b. In het menu 5 / Maintenance het punt 7 Test Span selecteren.
®
Op het HART -Handbedieningsapparaat wordt de gasmeetwaarde weergegeven. Het onderhoudssignaal wordt
uitgegeven bij de 4 tot 20 mA-interface. De gele en groene LEDs knipperen afwisselend. Er wordt geen signaal naar de
analyse-eenheid gestuurd.
c. De juiste testgasfolies voor elk onderdeel selecteren. De 5 testgasfolies voor de lens van de ontvanger houden.
d. Op het display van het HART
aangeeft die hoger is dan 1 LELm.
e. Als de meetwaarde buiten het meetbereik ligt, de gastestfolies één voor één verwijderen totdat de waarde in het
meetbereik ligt.
f. De modus Test Span verlaten
®
g. De HART -toepassing beëindigen.
De werkingstest controleert of het gaswaarschuwingssysteem de meetwaarde weergeeft als er gas in het meettraject zit.
De werking kan ook met een testgascel worden gecontroleerd.
AANWIJZING
Indien nodig na de ingebruikname de alarmering in de analyse-eenheid activeren.
4.2.7

Toepassingsspecifieke configuratie instellen

De fabrieksinstelling van de parameters is beschreven in hoofdstuk 8.4 op pagina 237. Indien nodig kunnen de parameters
worden gewijzigd. Daarvoor kan een willekeurig HART
computer met Dräger PolySoft worden gebruikt.
4.3

Tijdens het gebruik

De status van het gaswaarschuwingssysteem wordt aangegeven met de status-LEDs en via de 4 tot 20 mA-interface naar de
analyse-eenheid gestuurd.
1) Het gaswaarschuwingssysteem beëindigt de modus Test Span automatisch na 1 uur en schakelt dan terug naar de meetmodus.
®
-handbedieningsapparaat aflezen of het gaswaarschuwingssysteem een meetwaarde
1)
.
®
-handbedieningsapparaat met de Dräger Device Description (DD) of een
Gebruik nl
227