tormatic TAR1 Manual De Instrucciones Y De Montaje página 50

4. Benaming aansluiting
J1 Externe bediening
J4 Noodstop
J5 Deur-open-sensor
J6 Wielblok
J7 Sleutelschakelaar
J10 Aansluiting besturingsuitbreiding
J13 Folietoetsenbord
J14 Communicatie-interface
X1 Netaansluiting
X2 Netuitgang L, N (500 W / 230 V)
X3 Aardleidercontact
X4 Hydrauliekmotor
X5 Potentiaalvrije relaisuitgang 1
X6 Potentiaalvrije relaisuitgang 2
X8 Hydrauliekkleppen en sensoren
5. Netaansluiting
De besturing is met een CEE-stekker 16 A en ca. 1 m kabel aan-
sluitklaar bedraad volgens afb.
richting na het installeren eenvoudig toegankelijk is.
Aansluiting hydrauliekmotor
De hydrauliekmotor aansluiten op de aansluitklem X4 en houd
hierbij rekening met de juiste fasetoewijzing. Zie ook afb.
b
.
Verkeerde aansluiting van de netspanning
LET OP
• Zorg dat in het gebouw een afzekering van
10 A aanwezig is.
• Houd rekening met het draaiveld.
Gevaar door elektrische spanning
GEVAAR
Voor het op alle polen scheiden van de netspan-
ning is een hoofdschakelaar geïnstalleerd.
Beveilig bij alle reparatie- en onderhoudswerk-
zaamheden de hoofdschakelaar tegen onbe-
voegd of onbedoeld inschakelen.
6. Klepaansluiting
a
Afb. De kleppen van de hydrauliek aansluiten op de aansluit-
klem X8.
7. Noodstop
a
Afb. Een of meerdere noodstop-schakelaar aansluiten op de
aansluitklem J4.3/4. Bij onderbreking stopt de laadbrug.
Struikel- of valgevaar bij het verladen!
VOORZICHTIG
Bij uitgeschakelde besturing, geactiveerde nood-
stop-schakelaar of geactiveerde heraanloopblok-
kering, is de zweefstand van de laadbrug niet ac-
tief en worden de hoogtebewegingen van de
vrachtwagen niet gecompenseerd.
• De laadbrug mag tot het weer in gebruik ne-
men niet worden bereden.
48 - NL
a
. Zorg dat de netscheidingsin-
8. Deur-open-sensor
Ter beveiliging van de deur kan de laadbrug alleen worden be-
diend, als de deur is geopend. U heeft de volgende aansluitmo-
gelijkheden:
a
Afb. Mechanische eindschakelaar
b
Afb. Inductieve naderingsschakelaar
br - bruin
9. Wielblok
a
Afb. Aansluitmogelijkheid voor een wielbloksensor.
Heeft u een wielblok aangesloten op J6, kies dan in menu 1 "Ba-
sisinstellingen laadbrug" het menupunt 15 "Aansluiting J6 wiel-
blok / rustpositie" en hier de waarde 1 instellen.
Alleen bij correcte positionering van het wielblok kan de
laadbrug omhoog bewegen en uitschuiven.
br - bruin
10. Sleutelschakelaar
Bij het aansluiten van een sleutelschakelaar op aansluitklem J7
a
(afb. ), moet de besturing hiervoor worden geprogrammeerd.
Kies bij menupunt 50 "Functie sleutelschakelaar" de gewenste
functie.
11. Relaisuitgangen
Sluit een optische en akoestische waarschuwingssignaalgever
aan op aansluitklem X5 en een laadlamp op de aansluitklem X6
a
b
(afb. en ).
a
12. Externe bedieningsconsole
en
Voor de bediening van de laadbrug kunt u de externe bedienings-
console aansluiten op aansluitklem J1 (afb.
Knelgevaar door vallende laadbrug
WAARSCHUWING
Ledematen van personen kunnen door de bewe-
gende laadbrug bekneld raken.
•
•
•
TAR1 400V / 230V
bk - zwart bl - blauw
gr - grijs bk - zwart
a
).
Monteer externe commandogevers altijd in
het zicht van de deur.
De laadbrug moet zichtbaar zijn vanaf de
bedieningslocatie.
De optionele bedieningsconsole moet be-
schikken over een noodstop-schakelaar, die
ingrijpt in het veiligheidscircuit bij aansluit-
klem J4.