Statusindicatie laadbrug
Indicatie Toestand
Besturing stand-by
Laadbrug beweegt terug naar de rustpositie
Laadbrug wordt geheven
Laadbrug daalt
Oplegging wordt uitgeschoven
Oplegging wordt ingeschoven
Laadbrug in stop- of rustpositie
Laadbrug in zweefstand
Symbool knippert: Heraanloopblokkering actief
Symbool blijft branden: Veiligheidscircuit actief
Service door monteur noodzakelijk
Buiten werking stellen van de laadbrug
1.
Druk op de knop RETURN, om de laadbrug terug naar de
rustpositie te bewegen.
2.
De hoofdschakelaar naar de stand "0" (uit) schakelen.
3.
Beveilig de hoofdschakelaar tegen herinschakeling
8
Foutdiagnose
Fout
Toestand
E02
Laadbrug werkt niet
E11
Laadbrug werkt niet
F01
Geen beweging van de
deur
F2
Geen reactie
F3
F4
F5
Reset is uitgevoerd
F09
Hydrauliekmotor schakelt
uit.
F11
Laadbrug kan niet meer
worden bediend.
F12
Laadbrug kan niet meer
worden bediend.
F13
Laadbrug kan niet meer
worden bediend
F14
Onderbreking klep 1
F15
Onderbreking klep 2
F16
Onderbreking klep 3
F17
Laadbrug reageert niet.
F22
Kortstondige
bedrijfsonderbreking
F25
Geen reactie
F26
Geen reactie
F28
Geen reactie op
startcommando
TAR1 400V / 230V
Diagnose
Veiligheidscircuit J4.3/4
geactiveerd. Ingangscircuit
onderbroken door extern
apparaat.
Veiligheidscircuit J4.1/2
geactiveerd, ingangscircuit
onderbroken door extern
apparaat.
Feedback-remrelais
ontbreekt.
Fout ontstaan bij zelftest.
Besturing vervangen.
Netomgeving onderzoeken op
elektrische storingsbronnen,
afstand motorkabel en / of
signaalleidingen t.o.v.
netkabels vergroten, startknop
op besturing indrukken voor
normaal bedrijf.
De stroombewaking van de
motorpomp is geactiveerd.
Menu-instelling 10
controleren.
Laadbrug op zwaar lopen
controleren.
Storing van kleprelais voor
klep 1. Klepstroom te hoog.
Klep op kortsluiting
controleren.
Storing van kleprelais voor
klep 2. Klepstroom te hoog.
Klep op kortsluiting
controleren.
Storing van kleprelais voor
klep 3, klepstroom te hoog,
klep op kortsluiting
controleren.
Klep 1 Voedingsleiding
controleren.
Klep 2 Voedingsleiding
controleren.
Klep 3 voedingsleiding
controleren.
Storing in de aansturing van
de hydrauliekmotor.
Looptijdbewaking
hydrauliekmotor
Hydrauliekmotor ca. 20 min.
laten afkoelen.
Interne test mislukt of
folietoetsenbord defect.
Folietoetsenbord of besturing
vervangen.
Interne test externe knop /
schakelaar mislukt.
Fout in de voedingsspaning.
Aansluiting op de netspanning
controleren.
24 V verbruikers op
kortsluiting controleren.
NL - 53