Beschrijving van het apparaat
3.5
Technische gegevens
Spanning:
Max. stroomverbruik:
Apparaatsnoer:
Opgenomen vermogen:
Max. werkdruk:
Volumestroom bij 120 bar
(12 MPa) met water:
Max. afmeting spuitkop:
Max. temperatuur van het
bedekkingsmateriaal:
Max. viscositeit:
Gewicht:
Speciale hogedrukslang:
Afmetingen (L x B x H):
Trillingen:
Max. geluidsdrukniveau:
* Gemeten op 1 m naast het apparaat en 1,60 m boven
de grond, 120 bar (12 MPa) werkdruk, geluidsharde
ondergrond.
3.6
Transport in een voertuig
Het apparaat met geschikte bevestigingsmiddelen vastzetten.
4.
Inbedrijfstelling
4.1
Hogedrukslang, spuitpistool en
afscheidingsolie
1. De manometer (afb. 2, pos. 1) op de uitgang voor het
bedekkingsmateriaal (2) vastdraaien.
2. De hogedrukslang (3) op de manometer vastdraaien (4).
3. Het spuitpistool (5) met de gewenste spuitkop op de
hogedrukslang vastdraaien.
4. Haal de wartelmoeren van de hogedrukslang stevig aan,
om lekkage van bedekkingsmateriaal te voorkomen.
1
4
2
3
220~240 Volt AC , 50/60 Hz
5,5 A @ 230VAC
3 x 1,5 mm
– 6 m
2
900 Watt
214 bar (21,4 MPa)
1,62 l/min
0,021 inch (duim) – 0,53 mm
43°C
20.000 MPa·s
15,2 kg
6,35 mm, 15 m-18 NPSM
480 x 360 x 405 mm
Spuitpistool overschrijdt
2,5m/s
2
niet
80 dB (A) *
NL
5. Piston Lube ingieten (afb. 3). Slechts zover vullen,
dat er geen Piston Lube in het reservoir voor het
bedekkingsmateriaal druppelt.
Piston Lube voorkomt verhoogde slijtage van de
pakkingen.
Let op
4.2
Aansluiting op het lichtnet
Aansluiten mag uitsluitend op een volgens de
voorschriften geaard stopcontact.
Let op
Controleer voor aansluiting op het lichtnet, dat de netspanning
overeenkomt met de gegevens op het typeplaatje op het
apparaat.
Zodra de netstekker is aangesloten, brandt de groene
controlelamp onder de ON/OFF (AAN/UIT) schakelaar.
4.3
Reiniging van conserveringsmiddelen bij
eerste inbedrijfstelling
1. Aanzuigslang (afb. 4, pos. 2) en retourslang (1) in een
reservoir met geschikt reinigingsmiddel dompelen.
5
2. Drukregelknop (3) in de gele zone op minimale druk
draaien.
3. Ontlastingsventiel (4) openen, ventielstand PRIME (k
circulatie).
4. Apparaat inschakelen (5) ON (AAN)
5. Wachten, tot er reinigingsmiddel uit de retourslang komt.
6. Ontlastingsventiel sluiten, ventielstand SPRAY (p
spuiten).
7. Haal de trekker van het spuitpistool over.
8. Spuit het reinigingsmiddel uit het apparaat in een open
verzamelreservoir.
24
Inbedrijfstelling
Performance Series 450e