NEDERLANDS
13. Spanschroef (61) indraaien (linkse
schroefdraad!) en met ingesloten
werktuig handvast aantrekken.
Hierbij de hendel van de zaagblad-
vergrendeling (60) met de duim naar
boven drukken, om de zaagbladas
vast te zetten.
A
Gevaar!
U mag de steel van de sleutel niet
verlengen om het zaagblad stevi-
ger vast te kunnen zetten.
Sla ook niet op de steel van de
sleutel om de klembout beter vast
te zetten.
Na het vasttrekken van de span-
schroef, in ieder geval de monta-
gesleutel verwijderen.
14. Bevestig het tafelinlegprofiel.
15. Zet de afdekking opnieuw vast.
8.2
Schalen justeren
Na een langere bedrijfstijd alsook na
instelwerkzaamheden dient het nulpunt
van iedere schaal te worden gecontro-
leerd en eventueel bijgejusteerd te wor-
den:
1.
alle bevestigingsschroeven van de
schalen losmaken.
2.
Hoekschalen:
vastzetvoorzieningen van de zaag
losmaken en de zaag aan een
hoekafmeting exact uitrichten. Vast-
zetvoorzieningen weer vasttrekken.
Schalen voor universele aanslag:
voldoende lang liniaal aan de linker
kant van het zaagblad over de
gehele doorsnede aan het zaag-
blad aanleggen (op verzet van de
tanden resp. zijdelings uitstekende
snijplaatjes letten!).
3.
Schalen zo verschuiven dat het nul-
punt exact met de weergegeven
waarde overeenstemt.
4.
Alle bevestigingsschroeven van de
schalen vasttrekken en de instelling
met proefsnede controleren.
8.3
De aanslagen instellen
1.
Stel de hendel voor de aanslagbe-
grenzing (65) voor het hoekbereik
tussen 0 en 45in.
64
2.
Helling van het zaagblad tot aan de
aanslag verstellen.
12
3.
Controleer de hellingshoek, d.w.z:
0loodrecht op het zaagblad
45met de speciale hoekmaat.
Worden deze waarden niet exact
bereikt:
4.
zeskantmoer (64) aan de desbetref-
fende excentrische schijf losmaken
en de excentrische schijf verstellen,
tot de hellingshoek naar de zaagta-
fel in de eindpositie exact 0 (=
haaks) respectievelijk 45 bedraagt.
5.
Zeskantmoer (64) aan de excentri-
sche schijf weer vastschroeven.
6.
Nadat dit ingesteld is moeten de
schaalverdelingen aan de voorkant
opnieuw bijgesteld worden.
8.4
De teruglooprem instellen
De teruglooprem voor de slede van het
zaagblad moet zo ingesteld zijn dat het
geheel vanzelf terugkeert naar de ver-
trekpositie zonder daarbij op de aanslag
in te rijden.
Aan de instelschroef (66):
naar rechts draaien = meer dem-
ping,
naar links draaien = minder dem-
ping.
8.5
De zaag schoonmaken
Zaagsel en stof met een stofzuiger
of borstel verwijderen:
uit alle geleidingen voor het
instellen van het zaagblad;
Koelsleuven voor de motor.
Zaagblad-beschermkast reinigen
Indien het tot een verzameling van spa-
nen in de zaagblad-beschermkast komt,
moet de beschermkast worden gerei-
nigd.
3
Opmerking:
De zaagblad-beschermkast is
slechts van beneden toegankelijk. Voor
65
het reinigen van de beschermkast kan
het tafelinzetstuk en het zaagblad wor-
den gedemonteerd.
1.
Beide inbusbouten (67) alleen licht
losmaken.
2.
Afdekplaat (68) omhoog schuiven
en uit de bovenste houder loshaken.
68
67
3.
Zaagblad-beschermkast reinigen.
4.
Afdekplaat (68) weer inzetten.
5.
Vervolgens beide inbusbouten (67)
handvast aantrekken.
8.6
Koolborstels controleren
en vervangen
66
3
Opmerking:
versleten koolborstels trekken de
aandacht door
stotterende loop van de motor;
storingen bij het ontvangst van radio
en televisie, als de motor draait;
blijven staan van de motor.
Voor het controleren of vervangen van
de koolborstels:
1.
trekt u de stekker uit het stopcon-
tact.
2.
sluitstop (69) van de koolborstels
(70) aan de motorkast met een
geschikte schroevendraaier los-
schroeven.
De afbeelding toont het vervangen
van de rechter koolborstel. De linker
koolborstel bevindt zich op de
tegenover liggende kant.
3.
Koolborstels (70) eruit trekken en
controleren. Iedere slijpkool moet
ten minste 6 mm lang zijn.
4.
Onbeschadigde koolborstels in de
schacht steken. De beide zijdelingse
lussen van de kleine metalen plaat
70
69