46-NL
Laten afkoelen. Zodra de couverture is afgekoeld, dient deze
opnieuw te worden gesmolten. Door dit proces krijgt de chocolade
een glanzende laag.
Het fruit moet rijp, schoon en droog zijn, anders hecht de laag
chocolade niet goed aan het fruit.
Doop de stukjes fruit voor de helft in de vloeibare chocolade. Leg
ze in het lekbakje te drogen en laat ze in de koelkast afkoelen.
Consumeer het fruit zo snel mogelijk. Anders bederft het
namelijk.
Het in chocolade gedompelde fruit kan gebruikt worden om
taarten te versieren.
CHOCOLADEMOUSSE
150 gr smeltchocolade, 3 eieren, 0,5 l room.
Brokkel
de
chocoladecouverture
CHOCOLADESMELTER.
Klop in een andere schaal de eieren op en verwarm ze au bain-
marie totdat het mengsel warm en schuimig is. Laat de opgeklopte
eieren afkoelen en klop het eenmaal koude mengsel weer op.
Voeg het mengsel geleidelijk toe aan de gesmolten chocolade en
klop het op. Laat meerdere uren afkoelen.
CHOCOLADEBLAADJES VOOR DE VERSIERING VAN TAARTEN
EN NAGERECHTEN
100 gr chocoladecouverture, groene blaadjes, bij voorkeur met
opvallende nerven (bv.: rozenbladeren).
Brokkel
de
chocoladecouverture
CHOCOLADESMELTER.
Was eerste de blaadjes en droog ze goed af.
Doop een van de zijden van het blaadje voorzichtig in de
chocolade of breng de warme chocoladecouverture met een
keukenkwastje aan.
Verwijder de overtollige chocolade en leg de blaadjes met de met
chocolade besmeerde kant omhoog in het lekbakje. Laat ze bij
een omgevingstemperatuur van 20º C drogen.
Maak de blaadjes voorzichtig los van de chocolade, zodra deze
droog is.
Zo heeft u een perfect blaadje chocolade.
en
smelt
deze
in
de
en
smelt
deze
in
de
MOKKA- EN RUMTRUFFELS
200 gr chocolade, 100 gr boter, 100 gr poedersuiker, 1 zakje
vanillesuiker, 2 eetlepels mokkapoeder, 2 eetlepels rum, 2
eetlepels koffielikeur.
Beslag: meng de cacaopoeder en mokkapoeder.
Brokkel de chocolade en smelt deze in de CHOCOLADESMELTER.
Meng in een andere schaal de boter met de poedersuiker en
vanille.
Voeg de mokkapoeder, koffielikeur en rum toe. Roer alles
minutieus door de gesmolten chocolade. Laat het mengsel de hele
nacht afkoelen.
Maak kleine balletjes en paneer ze met het cacao- en
mokkapoedermengsel.
Bewaar de truffels op een koele plaats en consumeer ze zo
snel mogelijk.
CHOCOLADEMARSEPEIN
250 gr pure chocoladecouverture, 200 gr onbewerkte marsepein,
ca. 50 gr poedersuiker, stukjes in karamel gedoopt fruit of stukjes
noten, amandelen, o.i.d.
Kneed de marsepein goed met de poedersuiker.
Rol met een deegrol het deeg uit totdat u een laag van 1 cm dik
heeft.
Snijd het deeg in vierkantjes of driehoekjes.
Brokkel de chocolade en smelt deze in de CHOCOLADESMELTER.
Doop de stukjes marsepein één voor één volledig in de gesmolten
chocolade.
Verwijder de stukjes één voor één met behulp van de vork en leg
ze in het lekbakje.
Versier ze met een stukje fruit, noot of amandel en laat ze
drogen.
CHOCOLADEPRALINE
200 gr smeltchocolade, 80 gr zachte boter, 2 eierdooiers, 1/16
slagroom, 50 gr cacaopoeder en 50 gr fijngehakte noten.
Brokkel de chocolade en smelt deze in de CHOCOLADESMELTER.
Meng in een andere schaal de boter, eierdooiers en slagroom met
de gesmolten chocolade. Laat het afkoelen, maak balletjes en
paneer ze met de cacaopoeder en/of fijngehakte nootjes.
NL-47