De gazontrekker reinigen
WAARSCHUWING! Gevaar bij het reini-
gen! Voor alle reinigingswerkzaamheden geldt:
■
zet de motor af en trek de contactsleutel uit.
■
Trek de stekker(s) van de bougiedoppen uit.
■
Nadat deze gereinigd zijn, moeten verwijder-
de beveiligingsvoorzieningen opnieuw wor-
den gemonteerd.
■
RISICO OP BRANDWONDEN: reinig de ga-
zontrekker pas wanneer die is afgekoeld. Mo-
tor, transmissie en uitlaatdemper zijn zeer
heet!
■
RISICO OP SNIJWONDEN: let bij werk-
zaamheden aan snijwerktuigen op de scher-
pe messen. Bij maaiwerktuigen met meerde-
re messen kan de beweging van het ene snij-
werktuig de beweging van het andere veroor-
zaken!
8.1
De grasopvangbak reinigen
Verwijder hiervoor de grasopvangbak en spuit de
bak van binnen en buiten af met een waterslang.
Vuil dat vastkleeft moet voorzichtig, bijvoorbeeld
met een borstel, worden afgeschraapt. Zorg er
vooral bij grasopvangbakken met stoffen bekle-
ding voor dat de stof niet wordt beschadigd.
OPMERKING Leeg de grasopvangbak zoals
beschreven voordat u begint met schoonmaken.
Een volle grasopvangbak is te zwaar om veilig te
kunnen verwijderen.
Een grasopvangbak verwijderen
1. Zet de motor uit.
2. Til de grasopvangbak lichtjes op.
3. Verwijder de grasopvangbak naar boven.
Een elektrisch bediende grasopvangbak
verwijderen
1. Zet de motor uit.
2. Controleer of de elektrisch bediende grasop-
vangbak gesloten is.
3. Til de grasopvangbak op (ongeveer 30°).
4. Verwijder de grasopvangbak naar boven.
8.2
De behuizing, motor en transmissie
reinigen
LET OP! Beschadiging van de elektrische
installatie door binnendringend water! Zorg er
bij het reinigen van de trekker voor dat er geen
water in de elektrische installatie geraakt!
Spuit de motor en alle lagers (wielen, versnel-
lingsbak, meslager) niet met water of een hoge-
drukreiniger schoon.
493723_a
Water dat binnendringt in het ontstekingssys-
teem, de carburateur en het luchtfilter kan storin-
gen veroorzaken. Water in de lagers kan leiden
tot verlies van smering en dus tot vernieling van
de lagers.
Gebruik voor het verwijderen van vuil en grasres-
ten een doek, handborstels, borsteltjes met lange
steel of iets gelijkaardigs.
8.3
Het uitwerpkanaal reinigen (18)
Door regelmatig reinigen wordt de vrije beweging
van de maaihoogteverstelling gegarandeerd.
Het uitwerpkanaal bestaat uit twee in elkaar ge-
schoven delen. Het onderste deel is stevig ver-
grendeld in de maaierbehuizing. Het bovenste
deel kan eruit worden getrokken om te reinigen.
1. Verwijder de grasopvangbak.
2. Verwijder de schroeven (18/1) aan de linker-
en rechterzijde van het uitwerpkanaal (18/2).
3. Trek het uitwerpkanaal er door de achter-
wand naar achter uit.
4. Reinig het bovenste en onderste uitwerpka-
naal grondig.
5. Steek het uitwerpkanaal in de achterwand.
Zorg er daarbij voor dat het bovenste en on-
derste deel schoon worden samengevoegd.
6. Schroef deze met de twee bevestigings-
schroeven vast.
7. Monteer de grasopvangbak.
65