Adaptación Del Ritmo; Reproducción Continuada Alternando Los Dos Reproductores; Arranque Automática Del Otro Mecanismo En Modo Pausa - IMG STAGELINE CD-400DJ Manual De Instrucciones

Tabla de contenido

Publicidad

NL
5.8 Aanpassing van de snelheid en de pitch
Bij de CD-400DJ kan de snelheid en zodoende ook
B
de pitch aangepast worden met ongeveer ±16 %. Dit
kan gebeuren door een procentuele aanpassing van
de snelheid met ongeveer ±16 % of, nauwkeuriger,
door het aantal beat-sequenties per minuut aan te
passen, zodat het ritme van een track van afspee-
leenheid 1 precies afgestemd is op dat van een track
van afspeeleenheid 2.
Bovendien kan bij gebruik van maximaal twee
draaitafels de beat-sequenties per minuut gemeten
en op het display van de CD-400DJ weergegeven
worden, indien de draaitafels uitgerust zijn met een
speciale uitgang voor beat-aanduiding (bv. "img
Stage Line" DJP-200 vanaf serie-nrs. J09).
5.8.1 Procentuele aanpassing met ±16 %
1) Druk op de PITCH-toets (8). De LED boven de
PITCH-toets licht op, en op het display verschijnt
gedurende enkele seconden de afwijking in pro-
centen ten opzichte van de standaardsnelheid.
2) De snelheid kan nu aangepast worden met be-
hulp van de PITCH-schuifregelaar (18).
3) Met de PITCH-toets (8) kan er omgeschakeld
worden tussen de met de schuifregelaar (18) aan-
gepaste snelheid en de standaardsnelheid, en
weer terug.
5.8.2 Aanpassing via het aantal beat-sequenties
Indien de beat-sequentie per minuut van een be-
paalde track niet gekend is, moet dit eerst met de
geïntegreerde manuele 'beat'-teller berekend wor-
den. Indien de beat-sequentie gekend is, kan deze
onmiddellijk ingevoerd worden volgens de procedure
onder B.
A Het aantal beat-sequenties per minuut
is niet gekend
1) Start de track. De rode LED boven de PITCH-
toets (8) mag niet oplichten. Schakel de de LED
eventueel uit met de PITCH-toets.
2) Druk op de BEAT-toets (19). Op het display ver-
schijnen de aanduidingen "BEAT", "cd" en het
aantal van 100,0 beat-sequenties per minuut.
E
5.8.1 Cambio con ±16 %
1) Pulsar la tecla PITCH (8). El LED encima de la
tecla PITCH se enciende, y el display visualiza la
desviación en porcentaje desde la velocidad
standard, durante varios segundos.
2) Ahora la velocidad puede modificarse con el con-
trol PITCH (18).
3) Con la tecla PITCH (8) puede conmutar desde la
velocidad ajustada con el control (18) a la veloci-
dad estándar y viceversa.
5.8.2 Cambio con el número de secuencias de
ritmo por minuto
Si no se conoce el número de secuencias de ritmo
por minuto de un título, primero debe buscarse con
el contador de ritmo manual integrado. Si este es
conocido, puede seguir directamente en el punto B.
A No se conoce el número de secuencias de ritmo
por minuto
1) Empezar el título. El LED rojo encima la tecla
PITCH (8) no debe estar encendido. Si es
necesario, apagar el LED con la tecla PITCH (8).
2) Pulsar la tecla BEAT (19). Se visualizará "BEAT",
"cd" y un número de 100,0 secuencias de ritmo
por minuto.
3) Pulsar brevemente la tecla COUNTER con cada
secuencia de ritmo de la música. Serán suficien-
tes 8 secuencias. Como mínimo se necesitan 3
secuencias. Cuantas más secuencias se entren
más precisa ser la medida.
4) El número de secuencias de ritmo se visualiza
justo después de entrar la última secuencia.
5) En caso de entrar un valor erróneo, pulsar la tecla
COUNTER otra vez (como mínimo 3 secuencias)
para cancelar y volver a entrar el valor correcto.
6) Pulsar la tecla PITCH (8). Con el control lineal
PITCH (18) ajustar la secuencia de ritmo
deseada por minuto.
7) La secuencia de ritmo solo es valida para el título
en curso. Para otros títulos repetir lo anterior.
Pulsando las teclas SKIP (17) o la tecla +10 (4) el
20
3) Druk kort op de COUNTER-toets bij elke beat-
sequentie in de muziek. 8 beat-sequenties vol-
staan, 3 zijn minimum noodzakelijk. Hoe meer
sequenties er ingevoerd worden, des te preciezer
de berekening.
4) Kort na het invoeren van de laatste beat-sequen-
tie verschijnt het aantal beat-sequenties per
minuut op het display.
5) Bij het invoeren van een verkeerde waarde drukt
u nogmaals op de COUNTER-toets (ten minste 3
beat-sequenties) om de ingevoerde waarde te
annuleren en de correcte waarde in te voeren.
6) Druk op de PITCH-toets (8). Pas met behulp van
de PITCH-schuifregelaar (18) de beat-sequentie
per minuut aan tot het gewenste aantal bereikt is.
7) De beat-sequentie per minuut geldt enkel voor de
geselecteerde track. Herhaal de bovenstaande
procedure voor andere tracks. Door op de SKIP-
toetsen (17) of de "+10"-toets (4) te drukken,
wordt het aantal beat-sequenties per minuut auto-
matisch op 100,0 ingesteld.
8) Het is nuttig om de berekende beat-sequentie per
minuut van een track te noteren, zodat die inge-
voerd kan worden voordat de track een volgende
keer gespeeld wordt (zie volgend punt B).
B Het aantal beat-sequenties per minuut is gekend
1) Druk op de BEAT-toets (19). Op het display ver-
schijnen de aanduidingen "BEAT", "cd" en het
aantal van 100,0 beat-sequenties per minuut.
2) Druk op de SHIFT-toets. Het eerste cijfer van het
aantal beat-sequenties knippert.
3) Stel met behulp van de ENTER-toets het eerste
cijfer overeenkomstig het aantal beat-sequenties
in (max. 399,9).
4) Druk opnieuw op de SHIFT-toets. Het tweede cij-
fer van het aantal beat-sequenties knippert. Stel
met behulp van de ENTER-toets het tweede cijfer
in en herhaal deze procedure voor het derde en
vierde cijfer.
5) Na het instellen van het vierde cijfer sluit u de
invoerprocedure met de SHIFT-toets.
número de secuencias de ritmo por minuto se
pone automáticamente a 100,0.
8) Es útil anotarse la medida de secuencia de ritmo
por minuto de un título, ya que puede entrarse
antes de la próxima reproducción de un título (ver
punto B).
B El número de secuencias de ritmo por minuto es
conocido
1) Pulsar la tecla BEAT (19). Se visualiza en el dis-
play "BEAT", "cd" y un número de 100,0 secuen-
cias de ritmo.
2) Pulsar la tecla SHIFT. El primer dígito del número
parpadea.
3) Con la tecla ENTER poner el primer número
según el número de la secuencia de ritmo (max.
399.9).
4) Pulsar la tecla SHIFT otra vez. El segundo dígito
parpadea. Con la tecla ENTER poner el segundo
dígito, y repetir el proceso para el tercer y cuarto
dígito.
5) Después de ajustar el cuarto dígito, acabar
pulsando la tecla SHIFT.
6) Pulsar la tecla PITCH (8). Ajustar el número de
secuencias de ritmo deseado con el control lineal
PITCH (18)
5.8.3 Medida del número de secuencias de
ritmo por minuto con un giradiscos
1) La conexión del giradiscos para la indicación de
las secuencias de ritmo debe conectarse con un
cable RCA en la conexión del reproductor de CD
LP/BPM (32 o 36).
2) Pulsar la tecla BEAT (19). En el display aparece
"BEAT", "cd" y un número de 100,0 secuencias
de ritmo por minuto.
3) Pulsar la tecla CD/LP. En el display "cd" cambia
por "LP".
4) Poner el control de velocidad del giradiscos a ±0
(centro) y reproducir un título.
5) Medir el número de secuencias de ritmo por
minuto [ver puntos 3) a 5) de "No se conoce el
6) Druk op de PITCH-toets (8). Pas met behulp van
de PITCH-schuifregelaar (18) de beat-sequentie
per minuut aan tot het gewenste aantal bereikt is.
5.8.3 Berekening van het aantal beat-sequenties
per minuut bij spelende draaitafel
1) Verbind de jack van de draaitafel voor de beat-
aanduiding via een phono-kabel met de LP/BPM-
jack van de CD-speler (32 resp. 36).
2) Druk op de BEAT-toets (19). Op het display ver-
schijnen de aanduidingen "BEAT", "cd" en het
aantal van 100,0 beat-sequenties per minuut.
3) Druk op de CD/LP-toets. Op het display wordt
"cd" gewijzigd in "LP".
4) Stel de snelheidsregeling van de draaitafel in op
±0 (midden) en start de track.
5) Bereken het aantal beat-sequenties per minuut
[zie punten 3) tot 5) van paragraaf A "Het aantal
beat-sequenties per minuut is niet gekend" in
hoofdstuk 5.8.2].
6) Druk op de PITCH-toets (8). Pas met behulp van
de snelheidsregeling van de draaitafel de beat-
sequentie per minuut aan tot het gewenste aantal
bereikt is. Dit aantal verschijnt op het display van
de CD-speler.
7) Met de CD/LP-toets kunt u steeds wisselen tus-
sen het beat-display van de CD-speler en dat van
de draaitafel.
5.9 Afstemming van het ritme
Nadat het aantal beat-sequenties per minuut van
een track van afspeelmechanisme 1 afgestemd is op
dat van een track van afspeelmechanisme 2, zijn de
beat-sequenties van elke track niet noodzakelijk
identiek. Houd hiervoor de toets PITCH BEND - of +
ingedrukt tot de beat gesynchroniseerd is. Zolang
één van beide PITCH BEND-toetsen ingedrukt
gehouden wordt, wordt de track vertraagd of ver-
sneld afgespeeld.
número de secuencias de ritmo por minuto" en el
capítulo 5.8.2].
6) Pulsar la tecla PITCH (8). Con el control de velo-
cidad del giradiscos, ajustar el número deseado
de secuencias de ritmo por minuto. El número
aparece en el display del reproductor de CD.
7) Con la tecla CD/LP puede realizarse la conmuta-
ción entre el reproductor de CD y el giradiscos, en
cualquier momento.
5.9 Adaptación del ritmo
Después de adaptar el número de secuencias de
ritmo de un título de mecanismo 1 con un título del
mecanismo 2, las secuencias de cada título no son
necesariamente las mismas. Para esto, pulsar las
teclas PITCH BEND - o + hasta conseguir sincro-
nizar el ritmo. Según se dejen pulsadas las teclas
más o menos la reproducción del título ser más
rápida o menos.
5.10 Reproducción continuada alternando los
dos reproductores
Si se ha insertado un CD en cada mecanismo de
reproducción, un reproductor empieza automática-
mente después de finalizar el otro o después de fina-
lizar una secuencia de títulos programada.
5.11 Arranque automática del otro mecanis-
mo en modo pausa
Si un reproductor está en modo pausa con la tecla
(15), el otro reproductor puede arrancar automá-
ticamente.
5.11.1 Arranque automático en el inicio de un
título
Por ejemplo, el mecanismo de reproducción 1 arran-
ca automáticamente:
1) El reproductor 1 debe estar en modo pausa
[cuando se visualiza el símbolo
necesario, pulsar la tecla
, si es
(15)].

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

21.0150

Tabla de contenido