TIPS EN ADVIES
TABEL: KOOKTIJDBEPALING MET DE
VOEDSELTHERMOMETER
Elke drank en elk gerecht heeft na het einde van de
kookprocedure een bepaalde binnentemperatuur.
Indien de kookprocedure wordt gestopt dan is het
resultaat goed. De binnentemperatuur kunt u met
een voedseltemperatuur vaststellen. In de
temperatuurtabel zijn de belangrijkste temperaturen
vermeld.
Drank/gerecht
Binnentemperatuur
aan het einde van
de kooktijd
Dranken verwarmen
(koffie, thee, water enz)
Melk verwarmen
Soep verwarmen
Stamppotten verwarmen
Gevogelte
Lamsvlees
roze gebraden
doorgebraden
Rosbief
licht aangebraden
(rare)
half doorgebraden
(medium)
goed doorgebraden
(well done)
Varkens-, kalfsvlees
TOEVOEGING VAN WATER
Groenten en andere gerechten die veel water
bevatten, kunnenin het eigen sap of met
toevoeging
van
wordengekookd. Daardoor blijven vele vitaminen
en mineraalstoffen inhet voedsel behouden.
VOEDSEL MET VEL OF SCHIL
zoals worstjes, kip, kippenpootjes, ongeschilde
aardappelen, tomaten, appels, eigeel en
dergelijke met een vork of een houten staafje
doorprikken. Daardoor kan de zich vormende
stoom verdwijnen, zonder dat de vel of de schil
barst.
VETTE GERECHTEN
Met vet doorregen vlees en vetlagen worden
sneller gaar dan magere delen. Dekt u deze delen
Binnentemperatuur
na 10 tot 15
minuten standtijd
65-75 o C
75-80 o C
75-80 o C
75-80 o C
80-85 o C
85-90 o C
70 o C
70-75 o C
75-80 o C
80-85 o C
50-55 o C
55-60 o C
60-65 o C
65-70 o C
75-80 o C
80-85 o C
80-85 o C
80-85 o C
een
weinig
water
daarom bij het garen af met een stukje
aluminiumfolie of legt u het voedsel met de vette
kant naar beneden.
BLANCHEREN VAN GROENTEN
Groente dient voor het invriezen te worden
geblancheerd. Zo blijven de kwaliteit en de
aromastoffen optimaal behouden.
Procedure: De groenten wassen en kleinsnijden.
250 gr. groenten met 275 ml. water in een schotel
plaatsen en toegedekt 3-5
minuten ver warmen. Na het
blancheren meteen in ijswater
dompelen, om het doorkoken te
ver mijden en daar na laten
afdruipen. De geblancheerde groenten luchtdicht
verpakken en invriezen.
HET INMAKEN VAN FRUIT EN GROENTEN
Het inmaken in de magnetron gaat snel en
eenvoudig. In de handel zijn weckflessen, rubber
ringen en passende plastiek weckflesklemmen
verkrijgbaar, die speciaal voor de magnetron
geschikt zijn. De fabrikanten geven nauwkeurige
gebruiksaanwijzingen.
KLEINE EN GROTE HOEVEELHEDEN
De tijden in uw magnetron zijn geheel afhankelijk
van de hoeveelheid van het
voedsel dat u wilt ontdooien,
verwarmen of koken. Dat houdt
in dat kleine porties sneller gaar
worden dan grote.
Als vuistregel geldt:
Dubbele hoeveelheid = Bijna dubbele tijd
Halve hoeveelheid = Halve tijd
DIEPE EN ONDIEPE SCHALEN
Beide schalen hebben hetzelfde volume, maar in
de diepe schaal
is de kooktijd langer dan in de ondiepe. Dus
gebruikt u bij voorkeur ondiepe schalen met een
groot opper vlak. Diepe schalen alleen voor
gerechten gebruiken, waarbij het gevaar van
overkoken bestaat, bijv. voor noedels, rijst, melk enz.
RONDE EN OVALE SCHALEN
In ronde en ovale schotels worden gerechten
gelijkmatiger gaar dan in hoekige, omdat de
microgolf-energie zich in hoeken concentreert,
waardoor de gerechten op deze plaatsen te gaar
zouden kunnen worden.
112