Pauzes En Opslag Bij Lage Temperaturen; Demontage, Transport En Opslag - Hilti DD AF-CA Manual De Instrucciones

Ocultar thumbs Ver también para DD AF-CA:
Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 53
boorobject. De boorkroon draait daarbij niet. Zodra de
boorkroon het oppervlak raakt, wordt de boorkroon iets
teruggetrokken. De boorkroon begint langzaam met het
starttoerental te draaien. Het systeem geeft de watertoe-
voer vrij en begint met een laag toerental te boren, totdat
de aanboordiepte is bereikt.
Zodra de aanboordiepte is bereikt, gaat het systeem met
optimaal vermogen en toerental werken. Indien de boor-
kroon op wapening stoot wordt de functie "Iron Boost"
ingeschakeld, waardoor het vermogen wordt aangepast
om de wapening te doorboren. Lichte wapening wordt
door de booraanzeteenheid mogelijk niet herkend, zodat
de functie "Iron Boost" in dat geval niet wordt ingescha-
keld. Dit heeft slechts een zeer geringe invloed op de
boorprestaties.
Bij blinde boringen stopt de booraanzeteenheid, zodra
de slede de diepte-aanslag raakt.
nl
AANWIJZING
Bij doorlopende boringen zonder gebruik van een diepte-
aanslag beweegt de boorkroon zich tot circa 3 cm voorbij
het einde van het boorgat.
Aan het einde van het boorproces wordt de boorkroon zo
ver teruggeschoven, dat hij nog net in het boorgat blijft
zitten en wordt de watertoevoer uitgeschakeld.
6.2 Boren in de modus Cut Assist
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel door draaiend handwiel! Verwijder
het handwiel van de slede voordat u gaat boren met
Cut Assist.
AANWIJZING
Als in de modus Cut Assist de toets Iron Boost op de
kernboormachine wordt ingedrukt, wordt de automati-
sche vermogensaanpassing bij het raken van wapening
uitgeschakeld. Dat heeft tot gevolg, dat u tot het einde
van het boorproces het vermogen bij het raken van wa-
pening zelf moet regelen.
Het automatische boorproces met Cut Assist als volgt
uitvoeren:

7 Demontage, transport en opslag

7.1 Booraanzeteenheid demonteren 4
De booraanzeteenheid kan onafhankelijk van de kern-
boormachine worden gedemonteerd.
De booraanzeteenheid wordt als volgt gedemonteerd:
1.
De in elkaar geschoven afdekkingen van de verbin-
dingskabel en de aansluitbus losmaken van elkaar.
2.
Verbindingskabel van de booraanzeteenheid losma-
ken van de aansluitbus van de kernboormachine.
3.
Afdekkingen op de verbindingskabel en de aansluit-
bus aanbrengen.
4.
Waterslang losnemen van de kernboormachine.
82
1.
Met de toets voor de handmatige modus de water-
doorstroming vrijgeven en wachten, tot het water bij
de boorkroon naar buiten stroomt.
2.
De modus Cut Assist inschakelen.
3.
Eventueel het vermogen regelen met behulp van de
toets Cut Assist.
AANWIJZING Zie voor de vermogensregeling het
hoofdstuk over bedienings- en indicatie-elementen.
4.
Het boorproces starten zoals beschreven in de
handleiding van de kernboormachine.
5.
Het boorproces beëindigen zoals beschreven in de
handleiding van de kernboormachine.
6.3 Boren in de handmatige modus
1.
Op de booraanzeteenheid de toets voor de hand-
matige modus indrukken.
Hierdoor wordt de waterdoorstroming vrijgegeven,
d.w.z. dat het toegevoerde water door het koelsys-
teem van het kernboorsysteem stroomt en bij de
boorkroon naar buiten komt.
2.
Het handmatige boorproces uitvoeren zoals be-
schreven in de handleiding van de kernboorma-
chine.

6.4 Pauzes en opslag bij lage temperaturen

GEVAAR
Bij temperaturen onder 4 °C (39 °F) moet bij pauzes
van meer dan 1 uur of bij opslag van het apparaat
het water in het waterkanaal met perslucht worden
verwijderd.
Om het waterkanaal te legen moet de kernboormachine
op de netspanning zijn aangesloten en met de booraan-
zeteenheid verbonden zijn.
1.
De watertoevoer losmaken van de booraanzeteen-
heid.
2.
De waterregeling van de kernboormachine openen.
3.
De 3-weg klep op de kernboormachine in de stand
"natboren" zetten.
4.
De handmatige modus op de booraanzeteenheid
inschakelen om de watertoevoer vrij te geven.
5.
Met perslucht (max. 3 bar) het water uit het water-
kanaal blazen.
5.
Slede vergrendelen.
6.
Booraanzeteenheid beveiligen tegen vallen en te-
gelijkertijd de bevestigingsbout met het handwiel
losdraaien.
7.
Booraanzeteenheid verwijderen en op een veilige
plaats leggen.
7.2 Transport en opslag
Open vóór de opslag van het kernboorsysteem de wa-
terregeling.
ATTENTIE
Bij temperaturen onder het vriespunt erop letten dat
er geen water in het kernboorsysteem achterblijft.

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido