FLENS
KLEMTYPE
Dubbele klem met
ISO 63
M10 schroefdraad
Dubbele klem met
ISO 100 K
M10 schroefdraad
Dubbele klem met
ISO 160 K
M10 schroefdraad
De
turbopomp
met
ConFlat
vacuümpomp worden bevestigd met behulp van de speciale
mechanische bevestigingselementen van Varian. Zie voor meer
informatie de bijlage "Technical information".
OPMERKING
De TPS-compact kan niet met behulp van zijn eigen basis
worden bevestigd.
Zie "Technical Information" voor installatie van accessoires die
als optie verkrijgbaar zijn.
GEBRUIK
In deze paragraaf worden de belangrijkste gebruiksprocedures
vermeld.
Breng alle elektrische en pneumatische aansluitingen tot stand
alvorens het systeem te gebruiken. Tijdens de eventuele
verwarming van de vacuümkamer mag de temperatuur op de
inlaatflens niet meer dan 120° C bedragen.
Laat het pompsysteem nooit draaien als de inlaatflens niet op de
vacuümkamer is aangesloten of als de afsluitflens niet gesloten is.
Raak de turbopomp en eventuele accessoires niet tijdens het
verwarmen aan. De hoge temperatuur kan lichamelijk letsel
veroorzaken.
Vermijd stoten of bruuske verplaatsingen wanneer
turbopomp in werking is. De lagers kunnen beschadigen en er
kunnen letsels aan personen of schade aan voorwerpen
worden veroorzaakt.
ATTENTIE!
Gebruik voor de "luchttoevoer" naar de pomp inert gas zonder
stof, vaste deeltjes of vocht (bijv.: stikstof). De inlaatdruk via de
hiervoor bestemde poort moet minder van 2 bar (boven de
atmosferische druk) bedragen.
Wanneer de pomp wordt gebruikt voor het pompen van
brandbare,
giftige
of
radioactieve
procedures worden gevolgd die speciaal voor elk type gas zijn
opgesteld.
Gebruik het pompsysteem niet in aanwezigheid van explosieve
gassen.
AANHAAL-
NR.
KOPPEL
4
22 Nm
4
22 Nm
4
22 Nm
inlaatflens
moet
aan
GEVAAR!
GEVAAR!
GEVAAR!
GEVAAR!
gassen,
moeten
Inschakeling en gebruik van de TPS-compact
Om de TPS-compact in te schakelen is het voldoende om
voedingsspanning te verschaffen en de externe schakelaar in de
stand ON te zetten. De ingebouwde controller herkent
automatisch de aanwezigheid van stroom en start de pomp. Bij
de eerste inschakeling wordt aangeraden om de "Soft Start"
modaliteit te gebruiken, door deze op de controller te activeren.
Voor de volgende inschakelingen wordt aangeraden om de
de
"Soft Start" modaliteit te inactiveren. Voor het activeren van de
"Soft Start" procedure zie paragraaf "Signal Description" uit het
hoofdstuk "Technical Information".
De blauwe "STATUS" LED op het achterpaneel van de basis
van de TPS-compact geeft door de frequentie van zijn
knipperen, de werkcondities van het systeem aan:
-
brandt onafgebroken: de pomp draait normaal;
-
knippert langzaam (periode van circa 400 ms): het systeem
is in de status "oploop" of "remmen" of "stop" of "waiting for
interlock";
-
knippert snel (periode van circa 200 ms): fouttoestand.
Zie
voor
een
bedieningspaneel van de TPS-compact de bijlage "Technical
Information".
Afzetten van de TPS-compact
Om de TPS-compact uit te schakelen is het voldoende om de
externe schakelaar in de stand OFF te zetten. De ingebouwde
controller stopt onmiddellijk het pompsysteem.
Noodstop
Om de TPS-compact onder noodomstandigheden uit te
schakelen, moet de voedingskabel uit de contactstop worden
gehaald of de externe schakelaar in de stand OFF worden
gezet.
ONDERHOUD
De TPS-compact is onderhoudsvrij (behalve de vervanging van
de Tip-seal). Eventuele werkzaamheden moeten door bevoegd
personeel worden uitgevoerd.
de
Alvorens werkzaamheden aan het systeem uit te voeren, de
stekker verwijderen, de pomp met behulp van de hiervoor
bestemde klep ontluchten en wachten totdat de rotor volledig
stil staat en de oppervlaktetemperatuur van de pomp onder een
temperatuur van 50 °C is gezakt.
In geval van storing is het mogelijk om de reparatiedienst van
Varian.
Alvorens de pomp ter reparatie of ruil naar de fabrikant op te
sturen, volledig ingevuld naar het plaatselijke verkoopkantoor
worden gestuurd. Een kopie van deze kaart moet vóór
versturing bij de pomp in de verpakking worden gevoegd.
de
Mocht het systeem gesloopt worden, ga dan overeenkomstig
de specifieke nationale wetgeving te werk.
20/74
GEBRUIKSAANWIJZINGEN
gedetailleerde
beschrijving
GEVAAR!
OPMERKING
87-901-010-01
van
het