ONDERHOUD EN OPSLAG
CILINDER EN GELUIDSDEMPER
Om brandgevaar te beperken, worden de vleugels van
de cilinder regelmatig gereinigd met perslucht en wordt
de zone van de geluidsdemper vrijgemaakt van zaagsel,
takjes, bladeren of ander afval.
STARTGROEP
Om oververhitting en schade aan de motor te voorko-
men, moeten de roosters voor de aanzuiging van de
koellucht altijd schoon en vrij van zaagsel en vuil zijn .
Het starttouw moet vervangen worden bij de eerste te-
kenen van slijtage.
BEVESTIGINGEN
Controleer regelmatig of alle schroeven en moeren goed
aangezet zijn en of de handgrepen stevig vastzitten.
REINIGING VAN DE LUCHTFILTER (Afb. 19)
BELANGRIJK
filter gereinigd wordt, voor de goede werking en de le-
vensduur van de machine. Werk nooit zonder filter of met
een beschadigde filter, om geen onherroepelijke schade
toe te brengen aan de motor.
De reiniging wordt uitgevoerd elke 15 werkuren.
Om de filter te reinigen:
– Draai de knop (3) los, demonteer het deksel (1) en ver-
wijder het filterelement (2).
– Was het filterelement (2) met water en zeep. Gebruik
geen benzine of andere oplosmiddelen.
– Laat de filter drogen aan de lucht.
– Hermonteer het filterelement (2) en het deksel (1),
door de knop weer aan te draaien (3).
CONTROLE VAN DE BOUGIE (Afb. 20)
Periodiek wordt de bougie gedemonteerd en gereinigd,
door eventuele restjes te verwijderen met een metalen
borsteltje.
Controleer en herstel de correcte afstand tussen de
elektrodes.
Hermonteer de bougie en draai hem stevig vast met de
bijgeleverde sleutel.
De bougie moet ingeval van doorgebrande elektroden of
een beschadigde isolatie, en ieder geval elke 100 werk-
uren, vervangen worden door een bougie met analoge
karakteristieken.
Het is essentieel dat de lucht-
REGELING VAN DE CARBURATOR
De carburator werd in de fabriek geregeld met het oog
op de beste prestaties in alle omstandigheden, met een
minimale uitstoot van schadelijke gassen, overeenkom-
stig de geldende normen.
In geval van schaarse prestaties, wendt u zich tot de Ver-
koper voor een controle van de brandstoftoevoer en de
motor.
• Regeling van het minimumtoerental
bewegen met de motor op het minimumtoerental.
Als de snij-inrichting beweegt met de motor op zijn
minimumtoerental, neem dan contact op met uw
verkoper om de motor goed af te stellen.
HOEKRETOUR (Afb. 21)
Smeren met vet op basis van lithium.
Verwijder de schroef (1) en breng het vet aan door de as
handmatig te laten draaien tot het vet naar buiten komt;
vervolgens de schroef (1) hermonteren.
SLIJPEN VAN HET MES MET 3 of 4 PUNTEN
(Afb. 22)
Indien het slijpen gebeurt zonder het mes te de-
monteren, de bougiekap loskoppelen.
Het slijpen moet gebeuren volgens de typologie van het
mes en de bladen, met behulp van een platte vijl en op
gelijke wijze op alle punten.
De aanwijzingen voor een correcte vijling vindt u in Afb.
22:
A = Verkeerde vijling
B = Vijllimieten
C = Verkeerde en ongelijke hoeken
BELANGRIJK
een correct evenwicht bewaard blijft. Om veiligheidsre-
denen, raadt men aan het slijpen en uitbalanceren door
een gespecialiseerd Centrum te laten uitvoeren, die over
de geschikte bevoegdheid en werktuigen beschikt om
deze handeling uit te voeren, zonder risico het mes te be-
schadigen en het gebruik ervan onveilig te maken.
De messen met 3 of 4 punten kunnen aan weerszijden
gebruikt worden. Wanneer een zijde van de punten ver-
sleten is, kan het mes omgedraaid worden om de andere
zijde te gebruiken.
NL
De snij-inrichting mag niet
Draag werkhandschoenen.
Het is belangrijk dat na het vijlen
13