Lichtje
Lichtje voor linker inktpatroon
brandt.
Lichtje voor rechter inktpatroon
brandt.
Lichtje voor rechter inktpatroon en
lichtje voor linker inktpatroon
branden.
Aan/uit-lichtje uit, doorgaan-lichtje
knippert.
Aan/uit-lichtje knippert, doorgaan-
lichtje knippert.
Aan/uit-lichtje knippert, doorgaan-
lichtje knippert, lichtje voor linker
inktpatroon en lichtje voor rechter
inktpatroon branden.
Toelichting en aanbevolen actie
Driekleurenpatroon is bijna op.
• Vervang de inktpatroon. Zie De inktpatronen vervangen in de
elektronische gebruikershandleiding.
Zwarte inktpatroon of fotopatroon is bijna op.
• Vervang de inktpatroon. Zie De inktpatronen vervangen in de
elektronische gebruikershandleiding.
Driekleurenpatroon en zwarte inktpatroon of fotopatroon zijn bijna op.
• Vervang de inktpatronen. Zie De inktpatronen vervangen in de
elektronische gebruikershandleiding.
Vastgelopen afdrukmateriaal of stilgevallen papiermotor.
• Verwijder het vastgelopen papier. Zie Vastgelopen afdrukmateriaal in
de Gebruikershandleiding op het scherm. Als de papierstoring is
verholpen, drukt u op de doorgaan-knop om de afdruktaak voort te
zetten.
Als er geen papierstoring is, drukt u op de doorgaan-knop. Als dit niet
werkt, zet de printer dan uit en weer aan, en stuur de afdruktaak
opnieuw.
Vastgelopen afdrukmateriaal of stilgevallen wagen.
• Verwijder het vastgelopen papier. Zie Vastgelopen afdrukmateriaal in
de Gebruikershandleiding op het scherm. Als de papierstoring is
verholpen, drukt u op de doorgaan-knop om de afdruktaak voort te
zetten.
Als er geen papierstoring is, drukt u op de doorgaan-knop. Als dit niet
werkt, zet de printer dan uit en weer aan, en stuur de afdruktaak
opnieuw.
Vastgelopen afdrukmateriaal of stilgevallen servicestation.
• Verwijder het vastgelopen papier. Zie Vastgelopen afdrukmateriaal in
de Gebruikershandleiding op het scherm. Als de papierstoring is
verholpen, drukt u op de doorgaan-knop om de afdruktaak voort te
zetten.
Als er geen papierstoring is, drukt u op de doorgaan-knop. Als dit niet
werkt, zet de printer dan uit en weer aan, en stuur de afdruktaak
opnieuw.