F
GB
D
E
SPECIFIEKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR CIRKELZAGEN
Houd uw handen uit de buurt van de zaagzone en
■
van het zaagblad. De hand waarmee u niet de
hoofdhandgreep vasthoudt moet de hulphandgreep
vasthouden of op de motorombouw rusten. Op die
manier loopt u niet het gevaar dat uw handen in
zaagzone in het zaagblad komen.
Ga niet met uw handen langs de onderkant van
■
het werkstuk want de beschermkap bedekt niet
het werkstuk aan de onderkant van het werkstuk.
Stel de zaagdiepte af al naar gelang de dikte van
■
het werkstuk. De tanden van het zaagblad mogen niet
geheel onder het werkstuk uitkomen tijdens het zagen.
Houd het werkstuk NOOIT met uw hand of tussen
■
uw benen vast. Maak het vast op een stabiele
ondergrond. Het is uiterst belangrijk dat het werkstuk
goed is vastgemaakt om geen verwondingen op te
lopen en het zaagblad niet te verbuigen of de macht
over het zagen te verliezen.
Houd het apparaat aan geïsoleerde delen vast als
■
u in een oppervlak zaagt waarin zich eventueel
elektrische leidingen kunnen bevinden. Door
aanraking met onder stroom staande draden kunnen
de metalen delen stroom gaan voeren en een
elektrische schok veroorzaken.
Gebruik altijd een parallelgeleider of een rechte
■
lat bij het schulpen. Zo werkt u veel nauwkeuriger
en voorkomt u dat het zaagblad wordt verbogen.
Gebruik altijd zaagbladen die qua grootte en vorm
■
geschikt zijn voor de dikte van de as. Zaagbladen die
niet geschikt zijn voor de as waarop ze moeten worden
gemonteerd zullen niet op de juiste manier ronddraaien
en u de macht over het apparaat doen verliezen.
Gebruik nooit schroeven of flenzen van defecte of
■
verkeerde zaagbladen. De flenzen en de
zaagbladschroeven zijn speciaal bedoeld voor uw
type zaagmachine en verschaffen optimale zekerheid
en prestaties.
Controleer steeds of de onderste zaagblad-
■
beschermkap wel goed het zaagblad bedekt
voordat u het apparaat gebruikt. Gebruik de
zaagmachine niet als de onderste zaagblad-
beschermkap niet vrij kan worden bewogen en als het
niet onmiddellijk over het zaagblad terugklapt.
Blokkeer of bevestig de onderste zaagblad-
beschermkap nooit in de geopende stand. Als de
zaagmachine per ongeluk valt, zou de onderste
zaagbladbeschermkap verbogen kunnen worden.
NL
I
P
S
DK
N
FIN
GR
Nederlands
Zet de onderste zaagbladbeschermkap met behulp
van de knop omhoog en controleer of de kap zonder
moeite kan worden bewogen en nooit met het
zaagblad of enig ander onderdeel in aanraking komt,
ongeacht de zaaghoek of de zaagdiepte.
Controleer of de veer van onderste zaagblad-
■
beschermkap in goede staat verkeert en naar
behoren werkt. Als de onderste zaagblad-
beschermkap of de veer niet goed werken, dient u
deze te laten repareren of te vervangen voordat u de
zaagmachine gaat gebruiken. De vrije beweging van
de onderste zaagbladbeschermkap kan worden
gehinderd door beschadigde onderdelen, afgezette
hars of opgehoopt zaagsel.
De beschermkap mag alleen voor bijzondere
■
zaagsneden handmatig open worden gehouden,
zoals bij het laten indalen van het zaagblad of bij
schuinverstekzagen. Zet de onderste beschermkap
omhoog aan de knop. Daarna dient u de onderste
zaagbladbeschermkap meteen los te laten zodra het
zaagblad in het werkstuk dringt. Voor alle andere
typen
zaagbladbeschermkap zich zelf automatisch.
Controleer of de onderste zaagbladbeschermkap
■
wel goed over het zaagblad zit voordat u de
zaagmachine op een werkbank of op de grond zet.
Als het zaagblad niet goed is afgedekt, kan het door
inertie door blijven draaien en dat wat zich in zijn
baan bevindt doorzagen. Wees u steeds bewust van
de tijd die nodig is voordat het zaagblad tot stilstand
komt nadat u de motor hebt uitgezet.
Gebruik geen vervormde of beschadigde zaagbladen.
■
Gebruik geen zaagbladen van snelstaal (HS).
■
Gebruik geen zaagbladen waarvan de technische
■
gegevens niet overeenstemmen met die welke in
deze handleiding zijn aangegeven.
Probeer het zaagblad niet te stoppen door tegen de
■
zijkant van het blad te drukken.
Controleer of de beweegbare beschermkappen vrij
■
kunnen bewegen zonder te klemmen.
Blokkeer de onderste zaagbladbeschermkap niet in
■
de geopende stand.
Controleer of het mechanisme dat er voor zorgt dat
■
de beschermkap terugklapt goed werkt.
Gebruik geen zaagbladen die dikker zijn of waarvan de
■
tanden smaller zijn dan de dikte van het spouwmes.
63
RO
H
CZ
RUS
zaagsneden
regelt
HR
PL
SLO
TR
de
onderste