5 Installatie
WAARSCHUWING
Alle lokale bedrading en componenten MOETEN worden
geïnstalleerd door een erkend elektricien en MOETEN
voldoen aan de geldende wetgeving.
GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE
WAARSCHUWING
Een hoofdschakelaar of een andere manier om te
onderbreken, met een contactscheiding in alle polen,
MOET
voorzien
zijn
in
overeenstemming met de geldende wetgeving.
Elektrische specificaties
Fase
Frequentie
Spanningsbereik
Spanningstolerantie
Maximaal opgenomen stroom
Overstroomzekering
Specificaties voor lokale bedrading
Kabel
Dikte (mm²)
(a)(b)
Voedingsbedra
H05VV-U3G
In
ding
overeenstemmi
ng met
geldende
wetgeving ≤4,0
Bedrading van
Mantelkabel 2
0,75~1,25
(c)
afstandsbedieni
geleiders
ng en
transmissie unit
(a)
Alleen in het geval van beschermde leidingen. Gebruik
H07RN-F indien geen bescherming aanwezig is.
(b)
Installeer de elektrische bedrading in een buis lopen om
ze te beschermen tegen externe invloeden.
(c)
Gebruik kabels met dubbele isolatie voor de
afstandsbediening (manteldikte ≥1 mm) of laat de kabels
door een muur of buis lopen zodat de gebruiker ze niet
kan aanraken.
(d)
De lengte is de totale uitgebreide lengte in een systeem
met groepsbesturing.
5
Installatie
5.1
Ventilo-convector monteren
INFORMATIE
De unit moet op ≥10 mm van het plafond worden
gemonteerd met een luchtaanvoerruimte van ≥150 mm.
INFORMATIE
Alle bovenvermelde onderdelen zijn lokaal aan te kopen.
Vraag raad aan uw plaatselijke dealer voor andere
installaties dan de standaardinstallatie.
Montagehandleiding
60
5.1.1
de
vaste
bedrading
in
1 Maak de benodigde plafondopening voor installatie op een
FWE-D
1N~
50 Hz
2 Installeer de ophangbouten. Gebruik W3/8- of M10-bouten.
220~240 V
±10%
0,46 A
16 A
Lengte
—
≤500 m
(d)
3 Installeer de unit tijdelijk.
Horizontale installatie
geschikte plaats.
Het kan nodig zijn om het frame van het vals plafond te
versterken om het plafond waterpas te houden en trillingen te
voorkomen. Raadpleeg voor details de aannemer.
Gebruik voor bestaande plafonds een anker en voor nieuwe
plafonds een verzonken inzetstuk, verzonken anker of andere
lokaal aan te kopen onderdelen. Op die manier kunt u het
plafond versterken zodat het het gewicht van de unit kan
dragen. Controleer het verzonken inzetstuk om na te gaan
welke punten moeten worden versterkt. Regel de afstand tot
het plafond vooraleer verder te gaan.
e
a
Plafondtegel
b
Anker
c
Lange moer of spanschroef
d
Ophangbout
e
Vals plafond
Bevestig de ophangbeugel aan de ophangbout. Maak de unit
goed vast.
c
a
Moer (lokaal te voorzien)
b
Vulring (lokaal te voorzien)
c
Ophangbeugel
d
Dubbele moer (niet meegeleverd)
10≤
10≤
a
b
c
d
a
b
d
FWE03~11D
Ventilo-convectoren
3P443944-5E – 2019.09