Descargar Imprimir esta página

Controle Van De Werking - Sundstrom SR 500 Instrucciones De Uso

Ocultar thumbs Ver también para SR 500:

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 41
• Druk de drie bevestigingslippen van de band naar
beneden. Fig. 5.
• Herhaal deze procedure met de andere helft van de
band.
• De lengte van de band kan eenvoudig worden
geregeld door de uiteinden van de banden aan te
trekken of losser te maken.
c) Ademhalingsslang
Volgelaatsmasker SR 200
Bij gebruik van volgelaatsmasker SR 200 voor de
ventilator, worden masker en ademhalingsslang apart
geleverd.
Ga als volgt te werk:
• Het ene uiteinde van de slang is voorzien van een
verloopstuk met schroefdraad. Sluit het verloopstuk
aan op de filterschroefdraad van het masker. Fig. 8.
• Controleer of de O-ring van de slang op zijn plaats
zit. Fig 6.
• Sluit de slang aan op de ventilator en draai hem
ongeveer 1/8 slag met de klok mee. Fig. 7.
• Controleer of de slang stevig bevestigd is.
Zie ook de gebruiksaanwijzingen van de desbetref-
fende hoofdbescherming.
d) Deeltjesfilter/combinatiefilter
Twee deeltjesfilter of twee filtercombinaties van
hetzelfde type en dezelfde klasse moeten altijd samen
worden gebruikt. Ga als volgt te werk:
1. Deeltjesfilter SR 510
• Controleer of de pakkingen in de filterhouder van de
ventilator op hun plaats zitten en intact zijn. Fig. 9.
• Druk het deeltjesfilter vast op het filterverloopstuk.
Ver-mijd druk op het midden van het filter aangezien
dit beschadiging van het filterpapier kan veroorzaken.
Fig. 10.
• Draai het verloopstuk zo ver in de filterfitting dat het
verloopstuk contact maakt met de pakking. Draai
daarna nog ca. 1/8 slag tot een volledige afdichting is
verkregen. Fig. 11.
• Plaats een voorfilter in de voorfilterhouder. Fig. 12.
• Druk de voorfilterhouder vast op het deeltjesfilter. Fig.
13.
2. Deeltjesfilter SR 710
• Controleer of de pakkingen in de filterbevestiging
van de ventilator op hun plaats zitten en in goede
staat verkeren. Fig. 9.
• Schroef het filter zo ver de filterbevestiging in dat het
filter in contact komt met de pakking. Draai het filter
daarna nog 1/8 slag verder aan om een goede
afdichting te waarborgen. Fig. 11.
• Monteer een voorfilter in de filterhouder. Fig. 12.
• Druk de filterhouder op het deeltjesfilter. Fig. 13.
3. Combinatiefilter
• Controleer of de pakkingen in de filterfitting van de
ventilator op hun plaats zitten en intact zijn. Fig. 9.
• Druk het deeltjesfilter vast op het gasfilter. De pijlen op
het deeltjesfilter moeten in de richting van het gasfilter
wijzen. Vermijd druk op het midden van het filter
aangezien dit beschadiging van het filterpapier kan
veroorzaken. Fig. 14.
• Draai het combinatiefilter in de filterfitting zodat hij
contact maakt met de pakking. Draai daarna nog ca.
1/8 slag tot een volledige afdichting is verkregen.
Fig. 15.
• Plaats een voorfilter in de voorfilterhouder. Fig. 12.
• Druk de voorfilterhouder vast op het combinatiefilter.
Fig. 16.
Filter SR 599, een gecombineerd gasfilter en
deeltjesfilter, wordt rechtstreeks in de filtermontage-
opening van de ventilator geschroefd. Ga te werk
volgens bovenstaande beschrijving.
2.6 Bedrijf/functie
• U zet de ventilator aan door de bedieningsknop in te
drukken. Fig. 17.
• De ventilator voert nu een voorgeprogrammeerde
test uit. Tijdens de test lichten de symbolen op het
scherm op, het geluidssignaal klinkt en de vibrator
trilt twee maal. Fig. 18.
• Na de interne test worden alle symbolen gedoofd,
behalve het groene ventilatorsymbooltje. Dit geeft de
normale bedrijfsstand aan, met een stroming van
minstens 175 l/min.
• Als u de knop nogmaals indrukt, komt u in de
geforceerde bedrijfsstand met een stroming van
minstens 225 l/min. Dit worden aangeduid doordat
het grotere groene ventilatorsymbool gaat branden.
• Druk nogmaals op de bedieningsknop om terug te
keren naar de normale bedrijfsstand.
• Om de ventilator uit zetten houdt u de bedienings-
knop ca. twee seconden lang ingedrukt.

2.7 Controle van de werking

Controle van de minimumstroming - MMDF
MMDF staat voor "Manufacturer´s Minimum Design
Flow rate" oftewel de door de fabrikant geadviseerde
minimumstroming. Zie 3."Technische gegevens." Deze
stroming moet altijd vóór het gebruik worden
gecontroleerd. Ga als volgt te werk:
• Controleer of de ventilator compleet, op de juiste
manier gemonteerd, schoon en intact is.
• Zet de ventilator aan. Zie 2.6.
• PU (polyurethaan) ademslang SR 550:
Plaats het bovenste uiteinde in de stromingsmeter
en omklem het onderste deel van de zak om het
gedeelte rondom de ademslang af te dichten. Pak
de stromingsmeterbuis met de andere hand beet
zodat de buis verticaal en opwaarts van de zak af
gericht is. Afb. 19.
• Rubberen ademslang SR 551:
Plaats het bovenste uiteinde in de stromingsmeter
en omklem het onderste deel van de zak om het
gebied rondom de bovenste bevestiging van de
ademslang af te dichten (bevestiging wordt
weergegeven in afb. 8). Opmerking. U mag de
rubberslang zelf niet omklemmen omdat dit
ofwel de luchtstroom blokkeert ofwel het tot
stand brengen van een degelijke afdichting
belemmert. Pak de stromingsmeterbuis met de
andere hand beet zodat de buis verticaal en
opwaarts van af de zak gericht is. Afb. 19.
• Lees de positie van de kogel in de buis af. De kogel
moet op dezelfde hoogte of net boven de bovenste
aanduiding op de buis (175 l/min) zweven. Fig. 20.
93

Publicidad

loading