C.3
Damit Sie im Falle von verloren
gegangenen oder defekten Schlüsseln
schnellstmöglich Ersatz anfordern
können, empfehlen wir Ihnen, die
Schlüsselnummer aufzuschreiben.
C.4
Die Dachbox sollte nicht im Freien,
sondern wettergeschützt (z. B. vor
Regen oder direktem Sonnenlicht)
gelagert werden.
C.5
Der Hersteller haftet nicht für Schäden
und Unfälle, die durch eine Mißachtung
der Gebrauchsanleitung, Veränderung
von Teilen oder Verwendung anderer
Teile als der Original-Ersatzteile des
Herstellers entstehen!
NL
A.0
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
A.1
Controleer voor en tijdens het rijden in
gelijkmatige afstanden (afhankelijk van
de rijsituatie) of de dakbox vast op de
lastdrager is gemonteerd, de lading nog
is vastgezet en de sleutels eruit zijn.
A.2
Let er op dat de dakkoffer gesloten en
afgesloten is en dat de sleutel uit het
slot verwijderd is voordat u wegrijdt.
A.3
Controleer alle sloten, de lading en de
bevestiging van de koffer zodra u deze
onbewaakt achterlaat en verzeker u
ervan dat alles in goede staat is.
A.4
Onvoldoende vastgezette ladingen
of verkeerd bevestigde dakdrager
en dakbox kunnen tijdens het rijden
losgaan en leiden tot zware ongevallen!
A.5
Neem de veranderde hoogteafmetingen
in acht. Bijvoorbeeld het veranderde
rijgedrag van het voertuig
(zijwindgevoeligheid, bochten-
en remgedrag) bij gemonteerde
lastdragers resp. dakboxen. Aan de
buitenkant van de dakbox mogen geen
andere lasten worden bevestigd.
A.6
Het toegelaten totaalgewicht van
het voertuig mag niet worden
overschreden. De aanwijzingen van de
voertuigfabrikant over de maximale
daklast moeten in acht worden
genomen:
A.7
Bepalen van de voorhandene daklast:
Gewicht van de lastdrager
+ gewicht van de dakbox
+ gewicht van de inhoud
= voorhandene daklast
A.8
De snelheid van het voertuig moet altijd
worden afgestemd op de vervoerde
lading en de actuele rijomstandigheden,
zoals het soort weg, de kwaliteit
van de weg, windomstandigheden,
501-8181-05
verkeersintensiteit en toepasselijke
snelheidslimieten, maar mag onder geen
enkel beding 130 km/u overschrijden.
De toepasselijke snelheidslimieten en
andere verkeersregels moeten altijd in
acht worden genomen.
A.9
De dakbox moet zorgvuldig worden
gereinigd en verzorgd, vooral in de
winter. Gebruik hiervoor uitsluitend
een oplossing van water en normaal
wasmiddel zonder alcohol-, chloor-
of ammoniaktoevoegingen. Anders
kan het oppervlak van de dakbox
worden beschadigd. Gebruik geen
cockpitspray. De sloten moeten met
een sproeismeermiddel (smeermiddelen
mogen niet in contact komen met het
kunststofoppervlak) worden gesmeerd.
B.0
LET BIJ HET GEBRUIK VAN DE
DAKKOFFER OP HET VOLGENDE:
B.1
De voertuighoogte kan tot 700 mm
hoger worden (afhankelijk van de
lastdrager)
B.2
Let dus op bij lage ingangen van
garages, doorritten en bij laaghangende
takken etc.!
B.3
Er kunnen windgeluiden ontstaan.
B.4
Voor automatisch wassen in een
autowasserij moeten de dakbox en
de lastdrager worden verwijderd.
B.5
Neem naast de instructies in deze
gebruiksaanwijzing ook die in de
gebruiksaanwijzing van de lastdrager
en van het voertuig in acht!
B.6
Voor energiebesparing en de veiligheid
van de andere verkeersdeelnemers
moeten dakbox en drager worden
gedemonteerd als ze niet worden
gebruikt.
B.7
Voor uw eigen veiligheid alleen
goedgekeurde en voor uw voertuig
toegelaten dakdragers gebruiken.
B.8
De dakkoffer moet gemonteerd zijn
met de voorkant in de rijrichting.
B.9
Ter vermijding van verhoogde
opwaartse druk moet de dakbox zonder
hoek (dus parallel met de rijbaan)
worden gemonteerd.
B.10 Als er in de montage-instructies geen
speciale montageposities worden
aangegeven, moet een minimale
afstand van 700 mm tussen de
dwarsstangen worden nagestreefd.
Een verandering (bijvoorbeeld extra
boringen) van de bevestigingsinrichting
van de dakbox niet is toegestaan.
7