Attention : Les voitures de ce train doivent toujours
être attelées de manière à ce que le wagon-re-
staurant soit placé au milieu et que les voitures
voyageurs bleues à attelage court se retrouvent aux
extrémités du train.
Vous pourrez ainsi atteler une locomotive ou des voitu-
res à ces extrémités.
Dans ce cas, tenez compte du fait que le frotteur de la vo-
iture voyageur concernée n'alimentera alors que les trois
voitures du coffret réf. 43290 pour l'éclairage intérieur.
Si ce train doit assurer l'alimentation en courant
d'autres voitures avec éclairage intérieur, ces dernières
devront être équipées de l'attelage réf. 72020 ou
72021 et placées entre le wagon-restaurant et les
voitures voyageurs du coffret réf. 43290.
Attention : Ne jamais atteler des voitures issues
du coffret réf. 43290 ou des voitures équipées de
l'attelage conducteur de courant réf. 72020 ou
72021 avec des véhicules dont les attelages métal-
liques sont électriquement reliés aux roues. Ceci
vaut pour toutes les locomotives dont l'attelage
métallique est relié avec le châssis ainsi que pour
les voitures voyageurs dont la référence commence
par 40.. et 41.. .
De manière générale, il est préférable de ne pas atteler
de wagons marchandises entre les voitures voyageurs.
Prudence également si une locomotive à tampons
métalliques encastrés dans un plancher métallique
est attelée à une voiture équipée d'un attelage
conducteur de courant. Dans les contre-courbes
serrées, les tampons reliés à la masse peuvent
entrer en contact avec l'attelage conducteur de
courant = risque de court-circuit.
Opgelet: de rijtuigen van deze trein altijd zo met
elkaar koppelen dat het restauratierijtuig zich in het
midden bevindt en de blauwe coupérijtuigen met de
kortkoppelingen aan het einde van de trein.
Op deze wijze kunt u aan het einde van de trein een loc
of een rijtuig aankoppelen. Denk er wel aan dat in dat
geval de sleper van één van de coupérijtuigen alleen
de drie rijtuigen uit de set 43290 van stroom voor de
binnenverlichting voorziet. Indien er meer rijtuigen met
binnenverlichting door deze trein van stroom moeten
worden voorzien, dan dienen deze rijtuigen voorzien te
worden van de koppelingen 72020 of 72021 en tussen het
restauratierijtuig en het coupérijtuig geplaatst te worden.
Opgelet: nooit rijtuigen uit de set 43290, of rijtuigen die
met stroomvoerende koppelingen 72020 of 72021 uit-
gerust zijn, koppelen met rijtuigen waarvan de metalen
koppeling elektrisch verbonden is met de wielen. Dit
betreft voornamelijk de locomotieven waarvan de meta-
len koppeling met het chassis zijn verbonden en de rij-
tuigen uit de serie 40.. en 41.. . Goederenwagens dienen
standaard niet met de rijtuigen te worden gekoppeld.
Tevens dient men voorzichtig te zijn als de loc voorzien
is van metalen buffers die in het metalen chassis van
de loc zijn geperst. In krappe tegenbogen kunnen de
stroomvoerende koppelingen in contact komen met de
aan massa liggende buffers -kans op kortsluiting.
3